'Mevrouwtje, kunt u even uit de weg gaan? Ik moet deze kabel hier doortrekken...' Daar sta ik dan, alsof ik een fan ben, al tien minuten gedachteloos te staren naar twee wegwerkers die met grote precisie kabels in een opengescheurde weg leggen. De ene heeft een indrukwekkende bos rastahaar, de ander een glimmende kale kop. Beiden dragen fluorescerende vesten, stevige werkschoenen en enorme handschoenen. Achter hen torent een hijskraan boven alles uit.
Nooit gedacht dat ik ooit in mijn leven vrijwillig zó lang naar wegwerkzaamheden zou kijken. En dat nog wel in de stromende regen. Maar voor je kind heb je blijkbaar alles over. Naast me staat namelijk mijn anderhalf jarige zoontje. Zijn ogen groot en vol verwondering gericht op deze klussende mannen. 'Kijk! Kijk!' roept hij enthousiast, wijzend naar de hijskraan voor ons. 'Tsja, een hijskraan...' zou ik tegen ieder ander zeggen, maar bij hem kan ik niets anders doen dan meegaan in zijn enthousiasme: 'Ja, wauw! Een hijskraan, hè schatje! En kijk, bouwvakkers!'
Alweer vast bij bouwvakkers
Dit is niet de eerste keer dat we zo staan. Eerder deze week bewonderden we samen al verhuiswagens, brommers en boormachines. Ik app mijn moeder: 'Ik sta weer vast bij een stel bouwvakkers.' 'Ja, jongetjes zijn echt anders', appt ze terug. Is dat echt zo? Vraag ik me af. Ik dacht altijd dat het voor een groot deel opvoeding was: jongetjes krijgen auto's en hijskranen om mee te spelen, meisjes poppen en make-up, en voilà, hun voorkeur is geboren. Maar mijn kleintje heeft nooit auto's of gereedschap gekregen. En met twee oudere zussen ligt het huis juist vol met kraaltjes, jurken en poppen.
Als kind van twee biologen sla ik er het boek van apen-expert Frans de Waal nog maar eens op na. Tenslotte zijn wij mensen toch een soort apen met smartphones. De Waal beschrijft dat de kinderen van chimpansees en bonobo's ook verschillende voorkeuren hebben: de meisjes ontfermen zich al jong over de baby's in de groep en spelen met stukken hout alsof het poppen zijn. De jongens-aapjes slaan met stokken en tonen veel interesse in grote bewegende objecten. Apen hebben vast nog nooit nagedacht over genderneutraal opvoeden, bedenk ik me. Het lijkt er dus op dat die voorkeuren voornamelijk aangeboren zijn.
Vol verwondering
Mijn zoontje blijft de komende jaren waarschijnlijk vol verwondering kijken naar bouwvakkers, wielen en motoren. Misschien wordt hij later zelf wel bouwvakker of kraanmachinist. En tot die tijd sta ik in de regen naar hijskranen te staren. Misschien moet ik maar een thermoskan koffie meenemen voor de volgende keer, of beter nog, een campingstoel. Want ja, dat doe je voor je kind.