Voor oudersColumns & rubrieken

Laurens kinderen zijn genadeloos eerlijk: 'Ze vinden m'n haren grijs, mijn tanden geel en denken dat ik een baby krijg'

Lauren Verster en haar dochters. Fotografie: Fiona Ruhe
Fotografie: Fiona Ruhe
Leestijd 3 minuten
Lees verder onder de advertentie

'Als je zo naar jou kijkt, zie je dat jouw tanden echt geel zijn', zegt mijn oudste dochter terwijl ik nietsvermoedend aan tafel zit, en een gezellig kletspraatje houdt met mijn geliefde, die in de keuken staat. Pats, die zit. Ik ren direct naar de spiegel en inspecteer mijn tanden. Daarna pak ik er een handspiegel bij om ze in daglicht nog eens kritisch te bekijken. Is dat écht zo? Ik had het zelf nog niet eens opgemerkt.

De volgende klap komt als ik 's avonds net onder de douche wil springen. Mijn jongste dochter staat er opeens bij en vraagt: 'Krijg jij nou nóg een baby?' Wacht even… hoezo?!, vraag ik, mijn blik naar mijn opgeblazen buik glijdend. 'Nou, het lijkt er écht net op', zegt ze met een droogheid waar je U tegen zegt. En zo gaan we door.

Er zijn inmiddels grijze haren gesignaleerd op plekken waar ik zelf nog nooit was geweest, rimpels zijn nauwkeurig geteld ('die rimpel tussen jouw neus en mond is écht vét groot!') en mijn huidskleur is meerdere keren bekritiseerd ('moet jij niet even in de zon gaan zitten ofzo?'). Het houdt niet op.

Lees verder onder de advertentie

Anderen worden net zomin gespaard

Anderen worden net zomin gespaard. Laatst in de supermarkt, tijdens een gezellige boodschappenronde, wijst mijn dochter met veel te veel enthousiasme naar een man die in de verte een brood in z'n mandje legt: 'Kijk, mama, die meneer heeft véél te veel taartjes gegeten!' Op vol volume, uiteraard. Ik krijg het zweet op mijn voorhoofd en probeer haar nog snel af te leiden met een pak koekjes. Tevergeefs.

Of die keer dat een oudere man, nietsvermoedend even uitpuffend op een bankje in de stad, het volgende naar zijn hoofd geslingerd krijgt: 'Ah, u bent een straatmens! Dat zie ik zo! Wat zielig!' Het schaamrood stijgt naar mijn wangen, en ik overweeg een snelle ontsnapping, maar de man glimlacht gelukkig.

Les ketst terug in mijn gezicht

Op de sportclub wordt een meisje met een handicap het hemd van het lijf gevraagd, inclusief vragen die zelfs ík niet durf te stellen. En wat krijg ik te horen als ik er iets van zeg? 'Maar jij zei toch dat eerlijkheid het langst duurt?!' Je kunt beter eerlijk zijn anders gelooft niemand je meer na een tijdje.' Een eigen les teruggekaatst in mijn gezicht.

Lees verder onder de advertentie

Vorige week kwam mijn jongste vriendin eten, 29 is ze. Toen ze weg was, vroeg mijn kleinste: 'Word jij ooit net zo groot als zij?' Ik schoot in de lach en legde uit dat ik niet meer groei. 'Nee, dat bedoel ik niet', zei ze. ' Ik bedoel wanneer jij net zo oud bent als zij.' Juist. Dank je wel, schat. Gewoon, even keihard confronteren met de realiteit, goed zo.

Het is duidelijk: de eerlijkheid van kinderen is bruut, genadeloos en…eigenlijk best verfrissend. Of ik er blij van word? Tja, laten we zeggen dat de volgende keer dat ik ze iets leer, ik toch nog even nadenk of ik mezelf daarmee niet in de voet schiet. Of anderen. Want eerlijkheid mag dan wel het langst duren, maar het kan ook knap pijnlijk zijn.