Een van de onverwachte gelukjes van opvoeden is dat het met een kater makkelijker gaat. Het gebeurt niet zo vaak meer, maar laatst was er zo'n ochtend waarop de borrel van uren geleden nog nasuisde.
De oudste moest naar judo
Mijn lichaam was een bouwplaats, de heipaal stond in mijn hoofd en ik wilde mezelf in duizend slaapzakken wikkelen, maar ik moest naar beneden, want het was weekend en de oudste moest zo naar judo.
Als een kakkerlak die net een kernramp heeft doorstaan gleed ik de trap af. Er zat twintig procent leven in me, schatte ik, de rest was gft-afval en een sprankje plichtsbesef. Ik deed de deur open. Daar zaten mijn frisse kinderen al aan tafel, hun ogen zo helder als bergmeertjes. 'Bwuh,' zei ik. 'Hallo mama,' zeiden ze oordeelloos.
Lees ook: Alcohol gedronken voor de zwangerschap? Dan krijgt je baby mogelijk een wipneus
Op karakter
De een had een onesie aan die vorige week al vies was, de ander zat in zijn blote bast en droeg slechts gorillasloffen. Ik zag het, maar het kwam niet binnen. Op karakter deed ik yoghurt in een bakje. Dat ze tijdens het ontbijt gewoon doorspeelden op hun tablet; ik liet het gebeuren.
Als dank rende de oudste meteen naar boven toen ik 'Judo, naar we gaan kom' mompelde. De jongste knuffelde me. Ze wilden op hun stepjes, nee toch niet, eentje op de fiets en de ander op de skippybal. Ik vond het best.
Alleen maar staren
In de sportzaal was ik zo muf als de dikke mat. Ik kon alleen maar staren, de normale verlokking van mijn telefoon viel in deze staat makkelijk te negeren; ik kon de letters toch niet lezen. Het voordeel was dat ik de hele les meekreeg.
Vijftien witte dwergjes dwarrelden door de zaal. Hoe braaf keken ze naar de meester en gooiden ze elkaar op de grond? De tranen prikten achter mijn ogen. Na afloop was ik water vergeten, maar dat gaf niet: ze mochten thuis limonade. En koekjes en snoep, ja hoor. En naar het kinderfestival in de buurt.
Volle aandacht
Op het grasveld in de zon vertelde de jongste me heel ernstig en heel lang hoe honingdassen precies te werk gaan als ze de honing uit een bijenkorf willen stelen. Het was de twaalfde keer, maar ik was één en al oor. Alsof mijn hoofd maar één ding tegelijk aan kon, en daar dan ook helemaal in opging. Volle aandacht, dacht ik geraakt toen de jongste even ging plassen tegen een boom, is dat eigenlijk niet het mooiste dat je kinderen kunt geven? (Ik word er ook labiel van, katers.)
Maar de frisse lucht en de raketjes begonnen hun werk te doen. Krakend kwamen de raderen in mijn hoofd weer op gang. 'Boodschappen,' kwam eruit gerold, 'iets gezonds', 'op tijd naar bed.' 'Kom jongens,' zei ik, 'we moeten nog even naar Albert Heijn en dan gaan we naar huis.' 'Waarom mama?' riep de oudste teleurgesteld, 'het was net zo gezellig.'
Lees ook: Goed genoeg ouderschap: 'Feilbare ouders bewijzen hun kind een enorme dienst'
Dit was de laatste column van Margot