Eetproblemen sluipen op allerlei manieren het gezinsleven binnen, ziet Van Bruggen. 'Soms bestaat het eetprobleem al langer, soms ontstaat het pas later in het ouderschap. Vaak gaat het gepaard met schaamte en zelfbeschuldiging: ouders willen hun kinderen er buiten houden, maar door geheimen krijgt het eetprobleem juist meer ruimte. Partners raken verstrikt in discussies over voeding en kinderen merken dat er iets aan de hand is.'
Van Bruggen werkt al 25 jaar in de behandelpraktijk bij Novarum, centrum voor eetstoornissen, en schreef onlangs het boek Mama, waarom eet jij niet mee? om dit thema zichtbaar te maken. 'Er was al veel geschreven over ouders met psychische problemen, maar nauwelijks over ouders met eetproblemen. Terwijl het zo'n grote impact heeft. Ouders zoeken naar herkenning en steun, en kinderen verdienen uitleg.'
Lees ook: Danique: 'Achteraf begrijp ik dat mijn volharding ervoor zorgde dat mijn dochter slechter ging eten'
Nooit uit eten
De maaltijd, hét dagelijkse moment van samenzijn, wordt een strijdtoneel. 'Bij een eetprobleem dat draait om controle en beperking komen er veel regels in huis. Dit mag wel, dat mag niet. Soms leggen ouders hun kinderen ook regels op, vaak vanuit hun eigen controlebehoefte.
Bij eetbuien is het patroon weer anders: tijdens het eten lijkt er rust, maar daarna volgt spanning of compenserend gedrag. Hoe dan ook: het eetprobleem trekt alle aandacht naar zich toe. Aan tafel is het moeilijk om het nog ergens anders over te hebben of aan iets anders te denken.'
Hierdoor kunnen gezinnen geïsoleerd raken. 'Naar verjaardagen of uit eten gaan wordt ingewikkeld of vermeden. Soms neemt de partner de kinderen mee, omdat samen gaan te veel stress geeft.'
Wat kinderen ervaren
Volgens Van Bruggen hangt de impact op kinderen onder andere af van hoeveel zij weten en begrijpen. 'Als een kind niet weet dat er een eetprobleem is, kan hij geen onderscheid maken tussen wat normaal is en wat niet. Dan denken kinderen vaak: dit komt door mij.
Als ouders uitleggen dat het een probleem is dat niet de schuld van het kind is, ontstaat er ruimte. Belangrijk is dat kinderen leren vertrouwen op hun eigen lichaamssignalen – honger, verzadiging – en niet overschaduwd raken door de regels vanuit het eetprobleem van de ouder.'
Jasmijns verhaal
Eén verhaal uit haar boek raakte Van Bruggen bijzonder. 'Het verhaal van Jasmijn was voor mij de aanleiding om het boek te schrijven.'
Tijdens haar tienerjaren leed Jasmijn (30) aan een eetstoornis. Na een moeilijke periode kwam zij erbovenop en jarenlang ging het goed. Ze ontmoette Vincent (35), ze werden verliefd en ze kregen twee kinderen, Ben (6) en Emma (4). Drie jaar geleden sloeg de eetstoornis helaas opnieuw toe. Deze keer waren er in eerste instantie geen zorgen om Jasmijn, maar om hun zoon Ben. Ten tijde van Van Bruggens gesprek met Jasmijn, is zij aan het herstellen van de eetstoornis, waarvoor zij twee jaar geleden in therapie ging. Vorig jaar kreeg zij opnieuw een terugval, die alles weer op scherp zette.
Van Bruggen: 'Je ziet hoe het eetprobleem de ouder overneemt en zelfs het gedrag naar haar kind bepaalt. Het eetprobleem zette haar ertoe aan om haar zoon minder eten te geven. Dat is aangrijpend – een moeder die dat zelf niet wil, maar toch gevangen zit in die dwingende stem. Zonder dat probleem was ze een totaal andere ouder geweest.'
Volgens de behandelaar maakt juist dit verhaal duidelijk hoe ernstig en venijnig een eetprobleem kan ingrijpen in een gezin. 'Het laat zien dat je eetproblemen niet moet onderschatten. En het toont hoe eenzaam ouders zich kunnen voelen. Voor mij onderstreepte dit de noodzaak: meer bewustwording, meer steun en meer hulp voor gezinnen.'
Lees ook: Eetstoornis ARFID bij een kind: kenmerken en de behandeling
Op eieren lopen
Ook partners hebben een lastige rol. 'Ze willen steunend zijn, maar raken soms onbedoeld verstrikt. Bijvoorbeeld door mee te gaan in eetregels, gewoon om ruzie te voorkomen. Dan staat een maaltijd op tafel die door het eetprobleem is 'goedgekeurd', zodat er geen strijd is waar de kinderen bij zijn. Maar zo bevestig je eigenlijk de macht van het probleem. Toch is het begrijpelijk; de spanning is groot en soms ontbreekt de energie om het steeds te bevechten.'
Het belangrijkste volgens Van Bruggen is om niet te negeren wat er speelt. 'Erover zwijgen maakt dat je op eieren loopt in huis. Het kind voelt de spanning toch wel, maar heeft er geen woorden voor. Juist dan wordt het eetprobleem groter.'
Niet besmettelijk
Nog altijd heerst er veel onbegrip over eetproblemen bij ouders. 'Mensen denken vaak: als je eenmaal ouder bent, zet je toch gewoon een knop om? Alsof het een keuze is. Of ze zien controle over eten als wilskracht, iets om bewondering voor te hebben. Maar een eetprobleem is een psychisch probleem, geen lifestyle. Je kunt er niet zomaar mee stoppen, hoe graag iemand dat ook zou willen – juist ook voor de kinderen.'
Ook leeft de angst dat het bespreekbaar maken van het probleem, ervoor zorgt dat het besmettelijk wordt. 'Veel ouders zijn bang dat hun kind het gedrag gaat kopiëren. Maar een eetprobleem ontstaat niet door imitatie, het gaat veel dieper. Openheid werkt juist beschermend: kinderen leren dat iedereen ergens last van kan hebben, dat je erover mag praten en dat er hulp is.'
Toen ik mijn zoon Ben (4) vertelde over mijn eetstoornis, begreep hij het opeens. Ik zat met hem op zijn bed en zei: ‘Mama is ziek’. Ik zag zijn opluchting. Hij begon te lachen, te gniffelen. Dat is goed geweest.
Jasmijn (30)
Haal de druk weg
Veel ouders worstelen met de gedachte dat zij hun kinderen beschadigen. 'Ik zeg altijd: je bent niet het eetprobleem, je hebt er last van. Het is niet jouw schuld dat je dit hebt ontwikkeld, het was ooit een manier om grip of troost te vinden. Schuldgevoel is een extra last bovenop het eetprobleem en maakt het moeilijker om stappen te zetten. Als je het onderscheid maakt tussen jezelf en het probleem, ontstaat er ruimte om verantwoordelijkheid te nemen voor hoe je ermee omgaat.'
Kinderen daarbij betrekken kan op een eenvoudige manier, zegt ze. 'Je hoeft geen moeilijke woorden te gebruiken, maar benoem wat een kind toch al merkt: dat je soms gespannen bent bij eten, of sneller boos. Leg uit dat dit iets is waar jij hulp voor krijgt, en dat het niet de taak van je kind is om het op te lossen. Dat haalt de druk weg.'
Lees ook: Het ligt niet aan de opvoeding: genen bepalen of je kind een kieskeurige eter wordt
Hoop en herstel
Ondanks de zwaarte van het onderwerp ziet Van Bruggen ook veel veerkracht. 'Veel ouders willen niets liever dan dat eten weer gezellig en spanningsvrij is, dat er ruimte komt voor verbinding met hun kinderen. Als er hulp en openheid komt, zie je gezinnen groeien. Het kost tijd en moed, maar er valt ook veel moois te winnen: meer vertrouwen, meer vrijheid en meer nabijheid.'
In Mama, waarom eet jij niet mee? vind je persoonlijke verhalen van ouders met een eetprobleem, uitleg vanuit het oogpunt van behandelaar Mignon van Bruggen en praktische tips om met kinderen over het eetprobleem van een ouder in gesprek te gaan. Bestel het boek via uitgeverij Boom.