Dat geldt overigens ook voor slangen, maar die zien we een stuk minder.
Niet aangeleerd
Uit onderzoek van een groep Duitse en Zweedse wetenschappers uit 2014 blijkt dat de angst voor spinnen niet is aangeleerd, maar een evolutionaire oorsprong heeft. Dat schrijft Scientias.
Baby's van zes maanden oud kregen verschillende plaatjes te zien, zoals lieve plaatjes van bloemen en vlinders maar ook plaatjes van neushoorns en beren én van dieren die ook oudere kinderen en volwassenen vaak eng vinden: spinnen en slangen. Zodra de baby's een spin zagen, werden hun pupillen aanzienlijk groter. En het groter worden van pupillen is een stressreactie, zeggen de onderzoekers. Omdat baby's nog immobiel zijn, kunnen ze die reactie nog niet van hun moeder of ander persoon hebben overgenomen.
Rolmodel
Voortaan hoef je je dus niet meer groot te houden en te doen alsof je de aanwezigheid van het beestje prima vindt. Zo steken we nu eenmaal in elkaar 🙂
Bron: Scientias
