Lees ook: Als je peuter bang is in het donker
Is het niet voor een boef in de kast, dan is het wel voor een blaffende hond. En als dat het niet is, dan is het wel een handje aan een vreemde geven of een trap op lopen in een huis waar ze nog niet eerder waren. De reden dat jonge kinderen best bang aangelegd zijn, is dat ze daar groot gelijk in hebben. De wereld is een plek vol gevaren. Tegenwoordig valt dat best mee, maar toen in de prehistorie onze hersenen zich tot een werkelijk mensenbrein aan het ontwikkelen was, lag er overal gevaar op de loer. Wat geritsel in de bosjes – nu hoogstens de verdwaalde hond van de buurman – kon zomaar een sabeltandtijger zijn die je voordat je maar een kick kon geven te grazen nam. Je kunt dus beter vaak onterecht bang zijn, dan één keer onterecht niet bang.
De angstloze kinderen uit de prehistorie zijn dus waarschijnlijk allemaal al op jonge leeftijd opgepeuzeld en hebben zich daardoor niet kunnen voortplanten. Alleen de wat angstiger kinderen hebben de evolutie overleefd, want die werden wél volwassen. Het loont dus gewoon om bang te zijn, zo simpel is het eigenlijk. Bang zijn is het belangrijkste overlevingsmechanisme dat een kind heeft.
Lees meer: Nachtlampje kopen: hulpmiddel voor als je kind bang is in het donker
Angst overnemen
Maar je wilt als kind natuurlijk niet een bang mens worden. En daarom krijg je bij het krijgen van het leven ook gratis een setje ouders mee. Het is een package deal. En die ouders zijn er om je te voeden, maar dat is niet het enige. Ze zijn er ook om je minder bang te maken. In elk geval minder bang dan je bij je geboorte was. Heel langzaam, stapje voor stapje, laten ze je zien wat eng lijkt, maar dat niet is. Althans, een stuk minder eng dan je dacht. Want er zit geen boef in de kast en als ik met je meeloop, hoeft een huis waar je nog niet eerder geweest bent ook niet eng te zijn.
Nu kan het zijn dat je een beetje pech hebt en je ouders treft die zelf ook nog voor van alles bang zijn. De grootste voorspeller of een kind bijvoorbeeld bang is voor spinnen, is als een van de ouders bang voor spinnen is. Maar dat geldt natuurlijk niet alleen op het gebied van deze achtpoters. Er zijn nog vele andere gebieden waarop we kinderen angstig kunnen maken omdat wij dat zijn. We noemen dat ook wel social referencing. Daarmee bedoelen we dat het referentiepunt van het leven voor een kind zijn sociale omgeving is. Daarom lopen kinderen van ouders die spinnen eng vinden het gevaar die irrationele angst over te nemen.
Ook interessant: Magisch denken: monsters in de slaapkamer? Die bestaan dus écht
Op de rem
En als we dus willen dat onze kinderen hun angsten overwinnen en een beetje lef in het leven tonen, dan begint dat voor een deel bij onze houding. We kunnen onze kinderen immers angstig houden, of zelfs ook angstig maken.
Maar er is natuurlijk ook een andere kant. De kant namelijk dat kinderen eigenlijk bang zouden moeten zijn, maar dat door hun beperkte blik niet zijn. Dat is waarom ze bijvoorbeeld zomaar de straat oversteken. Dat is geen gebrek aan angst, maar het gevaar niet zien. En dat betekent dat we bij onze kinderen – als het op het opdoen van ervaringen aankomt – niet alleen het gaspedaal moeten intrappen, maar ook af en toe op de rem moeten staan. Maar net zomin als het verstandig is gas te geven als je eigenlijk moet remmen, is het ook niet optimaal als we kinderen remmen waar ze best gas hadden kunnen geven. Dan voeden we hun angst en voordat je het weet, schrikken ze dan al van een spinnetje.
Kinderboeken over bang zijn (in het donker):
Lees meer: Verlatingsangst bij peuters en kleuters: wat doe je eraan?