'Uit steeds meer onderzoeken blijkt dat racisme in veel branches en sectoren voorkomt. Dat betekent helaas ook dat onze kinderen ermee te maken krijgen', zegt pedagoog Jillian Emanuels. Zij geeft als De Instant Pedagoog onder anderen (professionele) opvoeders advies over antiracistisch opvoeden.
Volgens haar kunnen kinderen tussen 3 en 6 maanden oud al een voorkeur hebben voor mensen die hetzelfde ras hebben als zij. Als ze 3 jaar zijn, koppelen ze negatieve eigenschappen aan specifieke groepen mensen.
Een bekend voorbeeld is het poppenexperiment, waarbij kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar poppen met een witte huid als mooi bestempelen en poppen met een donkere huid als stout.
Tip: 15x inclusieve kinderboeken (en waarom dit zo belangrijk is)
Voor de spiegel
'Je kunt wat mij betreft niet vroeg genoeg beginnen met het bespreken van racisme', zegt Emanuels. Dat het een moeilijk onderwerp zou zijn dat kinderen nog niet begrijpen, is volgens De Instant Pedagoog niet waar. Sterker nog: 'Het is heel makkelijk om met kinderen te praten over racisme. Wij als volwassenen denken er te moeilijk over en praten er zelf veel te weinig over.'
Emanuels stelt dat het onderwerp bespreken begint bij, zoals zij het noemt, de basisvaardigheden. 'Als kinderen rond de 2,5 jaar oud zijn, met kleuren bezig zijn en al een redelijk grote woordenschat hebben, kun je het hebben over huidskleuren.'
Dit kun je op een simpele manier doen door samen voor de spiegel te staan en te benoemen wat je ziet: welke kleur ogen, haar, brede neus, smalle neus? 'Als mensen hebben we allemaal een huidskleur, variërend van licht beige tot donkerbruin. Het is belangrijk dat kinderen dit leren op respectvolle wijze te omschrijven. Daarom begin je bij de kenmerken in je eigen gezin.'
Allemaal uniek
De pedagoog vervolgt: 'Ook al lijkt iedereen in het gezin misschien op elkaar: dezelfde kleur haar, ogen en huidskleur, toch zullen er variaties zijn. Het is belangrijk om kinderen mee te geven dat we allemaal anders en uniek zijn.'
'Praten over huidskleur, zonder waardeoordeel is een belangrijke basis voor kinderen om later te begrijpen dat huidskleur, haarstructuur, afkomst, accent of geboorteland nooit het probleem zijn als er sprake is van racisme. Vooroordelen en stereotypes over dergelijke menselijke eigenschappen, zijn dat wél', legt Emanuels uit. 'Met kinderen van 5 of 6 jaar kun je hier dan op voortborduren door te bespreken wat vooroordelen zijn.'
Lees ook: Vooroordelen op de basisschool: witte meisjes krijgen het vaakst complimenten in rapport
'Het ligt niet aan jou'
Hoe praat je er met je kind over als hij slachtoffer is van racisme? De pedagoog: 'De allerbelangrijkste boodschap die je je kind kan meegeven: het ligt niet aan jou. Maak je kind duidelijk dat hij niets verkeerd heeft gedaan, maar dat het te maken heeft met de vooroordelen van een ander.'
Merk je dat een kind discrimineert, straf het dan bijvoorbeeld niet met een time-out, adviseert Emanuels. 'Want dat werkt niet. Er moet een leerproces plaatsvinden. Het kind moet leren dat het niet kan wat hij zegt of doet. Dat bereik je door met je kind over racisme te praten: wat is dat nou eigenlijk?'
Geef je kind ook mee om op te staan als hij racisme ziet. 'Je kind kan naar het slachtoffer gaan om hem te steunen of, al dan niet met een ander kind, naar de leerkracht gaan om het te melden. Het is in elk geval belangrijk dat ze íéts doen. Wat je namelijk veel ziet bij volwassen slachtoffers van racisme, is de pijn die ze ervaren door stilte van de omstanders.'
Niet allemaal gelijk
'Iedereen is gelijk' is een boodschap die veel ouders goedbedoeld aan een kind meegeven in de hoop racisme tegen te gaan. Maar zeg dat vooral niet, stelt Emanuels. 'Want het ís niet zo. Door te zeggen dat we allemaal gelijk zijn, ontken je eigenlijk dat er racisme is.'
Het is van belang dat je je kind meegeeft alle mensen gelijkwaardig te behandelen. Emanuels: 'Wat ik mijn 6-jarige dochter al op jonge leeftijd vertelde: 'Het is belangrijk dat je jezelf belangrijk vindt, maar weet wel dat je niet belangrijker bent dan een ander.''
Voorbeeldrol
'We hebben als ouder heel veel invloed op de manier waarop onze kinderen denken', benadrukt de expert in antiracistisch opvoeden. 'Ik hoor weleens van ouders dat ze wachten met het bespreekbaar maken van racisme tot het relevant is, maar begin dus zo vroeg mogelijk, bijvoorbeeld voor de spiegel.'
'Je kunt als ouder heel fanatiek inclusief doen door bijvoorbeeld inclusieve voorleesboeken of poppen in huis te halen, maar we weten allemaal: die belanden uiteindelijk op zolder', besluit Emanuels. 'Uiteindelijk willen we iets veranderen op de lange termijn en dan komt het echt aan op de gesprekken die je met je kind voert.'
Lees ook: Praten met je peuter: met deze 7 tips wordt er beter naar je geluisterd
Gesprekstips per leeftijdsfase
Racisme bespreek je dus niet maar in één gesprek, maar in meerdere. Maar hoe begin je eigenlijk zo'n eerste gesprek? En wat zeg je dan? Elke leeftijdsfase heeft een andere benadering. Zo pak je het volgens Jillian Emanuels aan:
- 01.
Baby's en dreumesen
Al vanaf 6 maanden kunnen baby's waarnemen dat mensen een andere huidskleur of uiterlijk hebben. Het is daarom goed om al op jonge leeftijd je kind bewust te maken van de overeenkomsten die mensen hebben van verschillende afkomst, religies en culturen. Maak gebruik van inclusieve prentenboekjes en tv-programma's. Ook de keuze voor een kinderopvang met een grotere diversiteit kan bijdragen aan een open blik. Wees hierbij voorbereid op vragen over verschillen, zoals handicaps, geslacht en fysieke kenmerken zoals huidskleur en haar. - 02.
Peuters
Op 3-jarige leeftijd beginnen uiterlijke kenmerken een rol te spelen bij de keuze met wie ze willen spelen. Ook kunnen ze onbedoeld kwetsende opmerkingen maken, waar je als ouder op dat moment iets mee moet doen. Neem de opmerkingen en vragen van je kind serieus en neem de tijd om vooroordelen te weerleggen. - 03.
Basisschoolleeftijd
Wanneer kinderen naar school gaan, wordt hun wereld groter en worden ze aan meer dingen en verschillende mensen blootgesteld. Dit is de fase waarop je kritisch wilt zijn op de media die zij consumeren. Wat kijken ze? Wie zijn de helden, de verliezers of de slechteriken? Je ziet bij kleuters vaak dat ze heel erg bezig zijn met jongenstaken en meisjestaken. Ze zijn op deze leeftijd heel erg ontvankelijk voor structuren en hokjes. Probeer deze zo breed mogelijk te houden, door ze juist bloot te stellen aan andere perspectieven. Bijvoorbeeld: meisjes die wetenschapper zijn, in plaats van de standaard witte oude man met wilde haren of jongens die aan ballet doen. - 04.
Tieners
Idealiter wil je voor het tiende levensjaar zoveel mogelijk besproken hebben. Zodra kinderen in de puberteit komen, merk je namelijk dat ze als jongeren veel minder aannemen van hun ouders dan van hun leeftijdsgenoten. De vooroordelen van tieners komen veel meer overeen met hun leeftijdsgenoten dan van hun ouders. Verder is het bij tieners belangrijk om ruimte te laten voor hun eigen meningen en ontwikkeling maar daarin wel te blijven sturen richting inclusie en antiracisme. Zorg voor open gesprekken die niet als doel hebben om hun mening te beïnvloeden. Een safe space creëren is cruciaal, want zo geef je tieners de gelegenheid om over racisme te praten zonder dat ze bang hoeven te zijn om veroordeeld te worden.