Je baby in een couveuse
Als je baby te vroeg wordt geboren, een groeiachterstand heeft (dysmatuur) of als er andere problemen spelen waardoor hij extra zorg nodig heeft, wordt hij opgenomen op de afdeling neonatologie. Je baby ligt dan meestal in een couveuse. Een heel nieuwe wereld waar je als ouders in terechtkomt. Er komt veel op je af en het ouderschap begint heel anders dan je had verwacht of gehoopt. Wat gebeurt er als je baby in een couveuse ligt? En hoe gaat het verder?
Vroeggeboorte
In Nederland worden jaarlijks zo'n 12.000 baby's te vroeg (prematuur) geboren. Dat is ongeveer 6,9 procent van alle baby's die in een jaar worden geboren. Je spreekt van een vroeggeboorte als een baby tussen de 20e en de 37e week van de zwangerschap wordt geboren. Wordt je baby geboren met 32 weken of daarvoor? Dan heet dit extreme prematuriteit, oftewel extreme vroeggeboorte.
Wanneer is een baby levensvatbaar?
In Nederland worden baby's die worden geboren na 24 weken zwangerschap 'actief opgevangen'. Dat betekent dat ze onder behandeling komen bij de kinderarts-neonatoloog en alle ondersteuning krijgen die nodig is om in leven te blijven. Onder meer met ademhalingsondersteuning en door de baby zo goed mogelijk op temperatuur te houden. Dat gaat het beste in een couveuse.
Bijna 56 procent van de baby's die vlak na de 24ste week worden geboren, overleeft. Elke week dat een baby langer in de buik blijft, worden de overlevingskansen groter.
Overlevingskansen van een extreem vroeggeboren baby:
Deze overlevingskansen zijn gemiddelden en zeggen uiteindelijk niets over de kansen van je eigen kind. Elke situatie is uniek en geen baby is hetzelfde.
Wat is een couveuse?
Als je baby te vroeg is geboren, wordt hij opgenomen op de afdeling neonatologie om te worden ondersteund, behandeld en verzorgd. Op deze afdeling staan speciale bedjes voor pasgeboren baby's: de couveuses. Ze zien eruit als plexiglazen huisjes, die lekker warm zijn en worden bevochtigd. Zo wordt de situatie in de baarmoeder zo goed mogelijk nagebootst. Vaak liggen de baby's in de couveuse ook in een nestje (snuggle): dit lijkt meer op de geborgenheid van de baarmoeder.
Als je baby groter en sterker wordt, wordt de temperatuur afgebouwd tot je baby in een open bedje kan. Dit wiegje wordt vaak nog verwarmd, het heet ook wel een warmtebedje. Blijft de temperatuur van je baby ook in zo'n bedje op peil, dan kan hij in een gewone wieg.
Rondom de couveuse staan allerlei medische apparaten, met slangen die via kleine openingen in de couveuse naar je baby gaan. Het ziet er indrukwekkend uit, zo'n klein baby'tje tussen al die snoeren en piepende monitors. De verpleegkundige op de afdeling kan je uitleggen waar ieder apparaat voor is. De wat grotere openingen in de couveuse kun je opendoen om je handen doorheen te steken, zodat je je baby bijvoorbeeld kunt verzorgen, je handen op zijn lijfje kunt leggen of zijn handje kunt aaien.
Lees hier meer over de twee soorten couveuses die er zijn.
Wanneer baby naar afdeling Neonatologie?
In steeds meer ziekenhuizen in Nederland zijn moeder-kind-centra, waar baby's die onder behandeling zijn van de kinderarts toch bij hun moeder op de kamer kunnen blijven. Zo kunnen de ouders voortdurend dicht bij hun baby zijn en het is rustiger, wat fijn is voor het hechtingsproces. In ziekenhuizen waar geen moeder-kind-centrum is, worden baby's onder de 36 weken opgenomen op de afdeling neonatologie, en ook als er een gezondheidsprobleem is waarvoor de baby speciale zorg nodig heeft. Zo ziet de zorg eruit:
- 01.
Een baby tussen de 36 en 37 weken kan meestal bij zijn moeder blijven, maar wordt wel onderzocht door de kinderarts. Ook moet zijn bloed geregeld worden geprikt om zijn bloedsuikerwaarde in de gaten te houden.
- 02.
Tussen de 32 en 36 weken worden baby's opgenomen en krijgen ze meestal monitorbewaking. Ze liggen in een couveuse, een open warmtebedje of een wieg.
- 03.
Wordt een baby voor 32 weken zwangerschap geboren, dan wordt hij opgenomen op een neonatale intensive care unit (NICU). Is je baby groter dan 1.000 gram en ouder dan 30 weken en gaat het goed? Dan mag hij snel naar een post IC-afdeling (high care of medium care).
- 04.
Als je baby bij de geboorte (veel) kleiner is dan je op basis van het aantal weken zwangerschap zou verwachten, is hij dysmatuur. Hij heeft een groeiachterstand en zijn organen kunnen onrijper zijn dan verwacht. Deze baby's moeten extra gecontroleerd worden en worden afhankelijk van gewicht en leeftijd ook opgenomen op de afdeling neonatologie.
- 05.
Sommige baby's die na 37 weken zijn geboren worden opgenomen op de NICU of neonatologie vanwege complicaties tijdens de bevalling, een infectie of een aangeboren afwijking.
De couveuse-afdeling: een wereld op zich
Als je net bent bevallen, komt er sowieso veel op je af. Normaal gesproken zou je stap voor stap in je eigen knusse huis je weg gaan vinden als ouder. Maar als je baby wordt opgenomen op de afdeling neonatologie, beland je in een heel medische wereld, met z'n eigen gewoontes en tijdschema's. De verpleegkundigen kunnen je wegwijs maken op de afdeling neonatologie. Vaak is er een grote ruimte waar meerdere baby's in couveuses liggen. Als je kind daar ligt, kun je altijd naar hem toe, maar meestal kun je er niet blijven slapen. Sommige ziekenhuizen hebben ook een intensive care voor baby's.
Hier lees je meer over NICU, high care en medium care op de afdeling neonatologie.
Binding met je couveuse baby
Als je baby in de couveuse ligt, kun je je als ouder heel machteloos voelen. Je bent blij dat hij is geboren, maar het is zo anders gegaan dan de bedoeling was. Het kan je erg bezorgd maken over wat er allemaal gebeurt en wat jullie misschien nog gaan tegenkomen. Ook kun je onzeker zijn over jouw rol. Door de ziekenhuissituatie kun je niet zorgen voor je baby en van hem genieten zoals je het liefst zou willen. Er zijn zoveel andere mensen bezig met jouw baby en vaak kun je alleen maar toekijken. Misschien ben je zelf al ontslagen uit het ziekenhuis en moet je je baby achterlaten op de afdeling.
Iets waar veel ouders van couveusekinderen zich zorgen over maken, is de invloed die dit heeft op het hechtingspproces. Een goede hechting tussen een kind en zijn ouders is de basis voor een gezonde emotionele, sociale, verstandelijke en motorische ontwikkeling. Baby's herkennen hun ouders aan hun lichaamsgeur, stemgeluid en manier van aanraken. Van nature willen ouders hun baby verzorgen en beschermen, en baby's hebben veel behoefte om dichtbij hun ouders te zijn. Het vroege hechtingsproces verloopt het makkelijkst in een veilige, rustige omgeving, met zo min mogelijk stress. Een ziekenhuissetting is zo anders…
In deze moeilijke omstandigheden zijn de dingen die je wél voor je baby kunt doen extra waardevol. Je kunt misschien niet de hele dag met je baby knuffelen, maar de verpleging kan je wel helpen om met je kind te buidelen. Je kunt je kind soms vasthouden of zachtjes tegen hem praten tijdens behandelingen, zodat hij zich veiliger voelt. Je kunt moedermelk kolven, bij zijn couveuse zitten, voor hem zingen en boekjes voorlezen. Dit helpt je baby stress te reguleren en vertrouwd met jullie te raken.
Wanneer mag je baby mee naar huis?
Vlak na de geboorte van je kleine premature baby kun je het je nog niet voorstellen, maar na een aantal weken begint het meestal te kriebelen: je gaat toeleven naar de dag dat je je baby mee naar huis kunt nemen. Inmiddels is je baby misschien al verplaatst van een intensive care naar een high care of medium care en de grootste zorgen zijn voorbij.
Meestal kunnen te vroeg geboren baby naar huis rondom de uitgerekende datum. Soms wat eerder en soms wat later. De meeste baby's kunnen dan zelf al hun voedingen uit de borst of de fles drinken, hun temperatuur stabiel houden en ze groeien goed. Ook gebeuren er geen onverwachte situaties meer met hun gezondheid en is de monitor niet meer nodig. Dat zijn voorwaarden om mee naar huis te kunnen. Soms met een sonde voor voeding; de ouders leren dan hoe ze hun baby sondevoeding kunnen geven.
Naar huis: weer wennen
In steeds meer ziekenhuizen kun je de laatste dagen van de opname (of de hele opname) dicht in de buurt van je baby blijven, waardoor jullie al goed aan elkaar gewend zijn en je de verzorging zelf kunt doen.
Helaas is dat nog niet in alle ziekenhuizen zo en dan is het nog meer wennen om je baby thuis te hebben. Je maakt hem dan voor het eerst dag en nacht mee, je leert de geluidjes kennen die hij maakt en gaat de verschillende manieren van huilen ontdekken. Te vroeg of te klein geboren baby's zijn vaak onrustiger dan op tijd geboren baby's.
Na alles wat jullie hebben meegemaakt is het heel normaal dat je in het begin erg bezorgd bent of het thuis wel goed gaat. Die bezorgdheid of onrust kan ook nog een hele tijd blijven na zo'n spannende start. Als je twijfels of vragen hebt of je zorgen maakt, kun je altijd terugvallen op het ziekenhuis. Ook kun je uitgestelde kraamzorg of couveusenazorg aan huis krijgen: er komt dan een gespecialiseerde kraamverzorgende om jullie op weg te helpen. Of misschien helpt informatie van ouders die hetzelfde hebben meegemaakt. Op de website van Couveuse Ouders vind je nog veel meer informatie en tips.
Wat zijn de gevolgen van vroeggeboorte?
Ademhalen, op temperatuur blijven, groeien, sterker worden: daar is een te vroeg geboren baby die in de couveuse ligt vooral mee bezig. Dat kost allemaal veel energie, en elk beetje dat hij over heeft stopt hij in zijn groei.
De ontwikkeling van een te vroeg geboren baby verloopt vaak anders dan bij op tijd geboren baby's. Na de periode op neonatologie wordt een baby gevolgd in zijn ontwikkeling, om te zien of alles volgens verwachting verloopt. De controles worden vaak gedaan in samenwerking met de kinderfysiotherapeut, (pre)logopediste en jeugdarts.
Om te bepalen hoe ver jouw kind in zijn ontwikkeling is, houden artsen de gecorrigeerde leeftijd aan. Stel dat jouw baby zes weken te vroeg is geboren, dan heeft hij na acht weken een gecorrigeerde leeftijd van twee weken. Kinderartsen corrigeren te vroeg geboren kinderen tot ze twee jaar zijn. Hierdoor verschuiven de ontwikkelingsmijlpalen van je baby ook naar een later moment. De motorische mijlpalen, dus wanneer een kind bijvoorbeeld gaat omrollen of zitten, geven een goed beeld van de ontwikkeling. Maar het is natuurlijk altijd zo dat ieder kind zich in zijn eigen tempo ontwikkelt en dat dat erg uiteen kan lopen, ook per ontwikkelingsgebied.
Als de kinderarts het idee heeft dat je baby bij zijn ontwikkeling wat hulp kan gebruiken, bijvoorbeeld van de fysiotherapeut, logopedist of een revalidatiearts, bespreekt hij dit met jullie.
Vroege gevolgen couveusebaby
Een vroeggeboorte en de complicaties die zich daarbij kunnen voordoen, kan verschillende gevolgen hebben. De arts bekijkt daarom per kind waar goed op gelet moet worden bij de nazorg. Dit kunnen bijvoorbeeld gevolgen zijn in de eerste periode:
Ademhaling – als er veel ademhalingsproblemen waren doordat de longen van je baby nog niet rijp waren, kan dat ook na de ziekenhuisopname een terugkerend probleem zijn. Klachten die veel voorkomen zijn kortademigheid, weinig energie en snel luchtweginfecties door nauwe luchtwegen.
Ontwikkeling – als er in de periode in het ziekenhuis een bloeding of zuurstoftekort in de hersenen is geweest, kunnen er problemen ontstaan bij de motorische ontwikkeling. Die kans is er ook bij kinderen die een ernstige infectie hebben gehad.
Gehoor en zicht – dit kan door de onrijpheid, infecties en te weinig zuurstof ook afwijkend zijn bij extreem vroeggeboren kinderen.
Eten en groei – dit kan een probleem blijven bij premature kinderen die een ernstige darminfectie hebben gehad op de afdeling neonatologie.
Latere gevolgen couveusebaby
Hoe vroeger je baby is geboren, hoe groter de kans op een ontwikkelingsachterstand of een blijvende beperking. Ernstige motorische problemen zijn rond de leeftijd van twee jaar vaak zichtbaar. Andere problemen worden soms pas op de basisschool duidelijk. Dit kunnen gevolgen op langere termijn zijn:
-
Geheugenproblemen
-
Leerproblemen
-
Spraak- en taalachterstand
-
Gedragsproblemen
-
Achterstand sociale vaardigheden
-
Coördinatie
-
Een verminderd probleemoplossend vermogen
Niet alle extreem vroeg geboren kinderen krijgen te maken met cognitieve problemen, maar wel een relatief groot deel. Het IQ van een te vroeg geboren kind kan lager zijn dan gemiddeld. De helft van de premature baby's krijgt te maken met een achterstand in lezen, schrijven, rekenen, praten en/of de fijne motoriek.
Ook het gedrag kan anders zijn bij te vroeg geboren kinderen. Zo hebben ze vaker last van concentratiestoornissen, hyperactiviteit, impulsiviteit en koppigheid. Daardoor kan een kind het ook moeilijker vinden om vriendjes te maken.
Niet alle genoemde problemen worden herkend als een gevolg van de vroeggeboorte, terwijl het vaak veel verklaart en voor begrip zorgt. Het wordt dan ook duidelijker hoe een kind hier het beste mee geholpen kan worden. Herken je een of meer punten bij jouw kind? Neem dan contact met de kinderarts die jouw kind volgt.
Lees meer: Alles over vroeggeboorte: de oorzaak tot emoties en ontwikkeling
Bronnen: Machteld van Scherpenzeel – MCL, Nemo Kennislink