Grove motoriek trainen
De eerste weken ligt je baby het grootste deel van de dag op zijn rug in de box of kinderwagen en heeft hij nog geen controle over zijn lichaam. Pas als hij een maand of twee is, ontdekt hij zijn handen en voeten en leert hij ze beetje bij beetje te beheersen. Is je kind een maand of drie, dan zal hij een voorwerp vast kunnen houden als je het in zijn hand stopt. Vanaf een maand of vier zal hij zelf iets vast kunnen pakken, om het vervolgens in zijn mond te stoppen. Net als zijn voetjes, want ook daar speelt hij graag mee en stopt hij in zijn mond.
Je kunt de grove motoriek van je kind stimuleren door hem regelmatig op een kleed of in de box te leggen. Zo heeft hij alle ruimte om te bewegen en zijn spieren te trainen. Leg je baby niet alleen op zijn rug, maar ook regelmatig op zijn buik. Zo leert hij zijn hoofd rechtop houden en traint hij zijn arm-, rug- en nekspieren. Dit is heel belangrijk om straks te kunnen omrollen, kruipen, zitten, staan en lopen. Leg je kind het liefst op een stevige ondergrond: zo is het makkelijk voor je kind om zich 'op te drukken'. En is het 'tummy time', blijf er dan altijd bij om je kind in de gaten te houden.
Een babygym is een leuk hulpmiddel om je kind spelenderwijs zijn spieren en motoriek te laten oefenen. Let wel op dat de speeltjes van de babygym zo hangen dat je kind er ook bij kan. Kijk hier voor meer tips om de grove motoriek van je baby te stimuleren.
Omrollen
Ligt je kind op zijn rug en wil je hem op zijn buik neerleggen? Til hem niet op, maar rol hem zachtjes om. Zo voelt je kind alvast de beweging van omrollen. Het duurt nog wel even voordat hij zelf om kan rollen: de meeste baby's hebben het rond de zes maanden pas echt onder de knie.
Rolt je kind al eerder om van zijn buik naar zijn rug, dan komt dat waarschijnlijk door de zwaarte van het hoofd wat door de zwaartekracht naar de zijkant valt als hij over zijn schouder kijkt.. Je baby zal zich waarschijnlijk eerst bewust van zijn rug naar zijn buik rollen. Pas later zal hij bewust van buik naar rug rollen. Dit laatste is vaak spannend omdat ze voor hun gevoel een vrij diepe val maken. Dit moeten ze vaak voelen totdat ze genoeg vertrouwen hebben om weer om te rollen naar de rug. Je baby bepaalt zijn eigen manier én tempo. Tegen de tijd dat je baby negen maanden is, kan hij alle kanten op rollen.
Lees ook: Vanaf dit moment kan je baby leren omrollen
Pivoteren: ronddraaien op zijn buik
De fase hierna heet pivoteren: dit betekent ronddraaien om de as. Van hieruit leert je kind zich naar voren en achteren te bewegen: het begin van tijgeren. Je kunt dit stimuleren door je baby met blote voetjes op een wat gladdere ondergrond te leggen. Met een speeltje kan je je kind verleiden om naar links of juist rechts te draaien. Zo traint hij meteen zijn flanken waardoor hij ook zijwaarts sterker wordt, wat weer nodig is om straks te kunnen kruipen en zitten.
Meer weten? Zo ontwikkelt een kind grove motoriek
Tijgeren
Tussen de 7 en 8 maanden gaan de meeste baby's tijgeren, al ontwikkelt elk kind zich natuurlijk op zijn eigen tempo. Hierbij ligt je baby op zijn buik, zet hij zich met de voetjes af en trekt hij zich met zijn armen vooruit. Vaak zie je dat kinderen zich in eerste instantie met hun handen of armen afzetten en zo naar achteren bewegen. Terwijl je baby tot zijn grote frustratie eigenlijk naar voren wil bewegen. Maar ook hiervoor geldt: oefening baart kunst. Na een tijdje lukt het vanzelf. Lees hier alles over wanneer je baby gaat tijgeren.
Je kunt je baby eventueel helpen door je hand tegen zijn voetjes te houden, zodat hij zich kan afzetten. Ook dit gaat weer makkelijker op een gladde vloer. Je kunt het tijgeren ook stimuleren door een speeltje voor zijn neus te leggen dat net niet binnen handbereik is. Pas wel op dat je kind niet gefrustreerd raakt. Als dit het geval is, leg het speeltje dan dichterbij.
Tip: Dit is educatief en veilig babyspeelgoed
Wanneer gaat een baby kruipen en zitten?
Richt je baby zich tijdens het tijgeren op tot kruiphouding , dan duurt het meestal niet lang meer voordat hij begint te kruipen en zelfstandig kan gaan zitten. Niet per se in die volgorde, want sommige baby's kunnen al zitten voordat ze kunnen kruipen. Als ze al gaan kruipen, want er zijn ook baby's die dit overslaan en direct van zitten naar staan gaan.
Je kunt het kruipen stimuleren door je kind op zijn buik op een wat ruwere ondergrond te leggen, zoals een vloerkleed. Ook hierbij kun je gebruik maken van een speeltje dat je net buiten zijn bereik neerlegt. Je kind een lange broek of legging aantrekken kan ook helpen. Dit beschermt zijn knieën waardoor het prettiger voor hem voelt om op zijn knieën te steunen.
Kan je kind nog niet zelfstandig in de zithouding komen, zet hem dan niet te vaak rechtop met behulp van bijvoorbeeld een kussen of wippertje. Door hem regelmatig op de grond of in de box te leggen, traint hij de spieren die hij nodig heeft om in de zithouding te komen en straks zelfstandig te kunnen zitten. Lees hier meer over hoe je baby leert zitten.
Staan en lopen
En dan staat je baby opeens rechtop! Bij de meeste baby's gebeurt dit tussen de 9 en 12 maanden, maar het kan ook eerder of later gebeuren. Meestal zit je baby eerst op zijn knieën en trekt hij zich vervolgens op aan de bank of spijlen van de box. Weer gaan zitten is in het begin een flinke uitdaging, maar al snel zal hij leren om vanuit staande houding gecontroleerd te gaan zitten. Lees hier wanneer de meeste baby's gaan staan
Heeft je baby het staan en weer gaan zitten onder controle, dan zal het waarschijnlijk niet lang meer duren voordat hij de eerste stapjes zet. Eerst nog zijwaarts terwijl hij zich vasthoudt aan de bank, daarna voorwaarts met een loopwagen of aan jouw handen, en na een tijdje ook los. Wanneer kinderen gaan lopen verschilt enorm: sommige baby's kruipen of billenschuiven met anderhalf jaar nog de kamer door, terwijl andere kinderen al met 10 maanden zelfstandig de kamer door lopen.
Meer weten? Leren lopen, zo verlopen de eerste stapjes van je baby
Eigen tempo
Is jouw kind veel later met kruipen, zitten of lopen dan gemiddeld? Ieder kind ontwikkelt zich op zijn eigen tempo. Maak je je toch zorgen, bespreek dit dan met het consultatiebureau of vraag een kinderfysiotherapeut om mee te kijken.