
Oppasoma en -opa: zo wordt het een succes
Fijn als je (schoon)ouders op je kind willen passen, maar hun rol als oppasoma en -opa kan ook voor spanningen zorgen. Hoe zit het met regels en flexibiliteit. Kortom: hoe zorg je dat het leuk blijft voor beide partijen?
Opa’s en oma’s passen steeds vaker op in Nederland. Veel grootouders vinden het heerlijk om te doen, al is het soms wat zwaar. Daarom hebben wij hieronder vijf zaken op een rij gezet waar je van te voren goed over moet nadenken.
Tip! De leukste voorleesboeken voor kinderen shop je via deze link.
1. Hoe vaak?
Hoeveel opa en oma willen oppassen is afhankelijk van de situatie, je eigen wensen en die van je (schoon)ouders. Misschien speelt ook hun fysieke gesteldheid een rol: zorgen voor een kind kan behoorlijk intensief zijn. Zoek dus naar een goede balans voor kind en grootouders. Bespreek van tevoren wat je wilt en wat haalbaar is.
2. Thuis of bij de oppasoma en -opa?
Sommige grootouders gaan naar hun kleinkind toe, andere passen op in hun eigen huis. Beide situaties hebben zo hun voordelen. In het eerste geval hoef je niet met de complete babyuitrusting te slepen. Je kind blijft in zijn vertrouwde omgeving en kan gewoon in zijn eigen bedje slapen. Maar opvang in het huis van de oppasoma en -opa heeft ook voordelen: zij hoeven ’s ochtends niet extra vroeg op, en bovendien kunnen ze in hun eigen omgeving pronken met hun kleinkind.
3. De regels
Of je wilt of niet: wanneer je (schoon)ouders regelmatig oppassen, verandert hun rol ook gedeeltelijk in die van medeopvoeders. Maak daarover van tevoren duidelijke afspraken. Bijvoorbeeld: aan welke regels is je kind gewend en in hoeverre mogen de oppasoma en -opa daar van afwijken? Vind je het goed als je kind af en toe wordt verwend? En zijn er andere regels bij de grootouders thuis dan wanneer ze in jullie huis oppassen?
4. Het dagritme
Kleine kinderen gedijen bij regelmaat, ook op de dagen met hun oppasoma en -opa. Vraag ze het vaste ritme van je kind daarom zo veel mogelijk te volgen als het gaat om slaap- en etenstijden. Laat ze liever geen overvolle dagen plannen.
5. Voeding
Veel ouders en grootouders maken duidelijke afspraken over voeding. Dat kan te maken hebben met de leeftijd van jullie kind en met jullie opvattingen. Door één lijn met de grootouders te trekken, weet je kind precies waar hij aan toe is en raakt hij niet in de war van tegenstrijdige regels.