
Lisa: ‘Stiekem verlangde mijn hart naar nog een keer’
Opeens is het gebeurd: Norah is uit haar lievelingstrui gegroeid. Waar Lisa dat met Simcha nogal een ding vond, pakt ze nu zonder pijn een groter exemplaar. ‘Zo met mijn twee meiden is het goed.’
Het gebeurde onverwachts. Het was me niet eens opgevallen. Ik schuif Norahs liefste truitje over haar hoofd. Dat truitje waarin ik haar zie lopen als ik mijn ogen dichtdoe. Als ik aan het werk ben en haar mis. Hij is bruin met een witte streep over de borst. Tweedehands gekocht en zelfgebreid. Noor zit op de aankleedtafel en zingt een liedje. Het is allang geen kerstmis meer, maar O, dennenboom schalt hier nog meerdere keren per dag door het huis.
Lievelingstrui
Ik pak haar kleine sterke handje en schuif ’m in haar mouw. Het handje dat me zo lekker aaien kan als ik ’s avonds voor het slapengaan nog even met haar knuffel. Terwijl ze haar wang tegen mijn schouder drukt, streelt ze steevast zacht mijn arm. Ik kan me niks heerlijkers voorstellen. Tijdens ‘Ik heb je laaaatst in het bos zien staaaan, toen zaten eeeer geen kaarsjes aan’ zie ik hoe haar romper een flink eind onder haar mouwen uit steekt. Alsof het ineens is gebeurd. Van de ene op de andere dag. Ze is eruit gegroeid.
Bewaarmand
Norah ziet het ook. ‘Mij trui is veul te klein mama!’ Haar handjes gaan weer uit de mouwen. Ik schuif de trui weer over haar hoofd. Haar krullenbos steekt wild alle kanten op. Ik vouw de te kleine lievelingstrui op en leg hem op de trap. Die mag naar de vliering. In de bewaarmand met dierbare herinneringen.
Nooit meer
Toen Simcha zo klein was, vond ik dat vreselijk. Elke keer als er iets te klein was geworden of ze de fase van babyspeelgoed was ontgroeid, brak mijn hart. Nooit zou ik meer zulke kleine voetjes zien. Nooit meer een rompertje. Nooit meer een trappelzak. Het deed zeer, omdat ik eigenlijk nog niet klaar was om het af te sluiten.
Verlangen
Stiekem verlangde mijn hart naar nog een keer. Nog een keer dat leven voelen in m’n buik. Nog een keer zo’n kleintje aan de borst. Nog een keer dat eerste stralende lachje. Die eerste vertederende woordjes. Die eerste onvaste pasjes. Elke keer als ik naar de vliering ging met een dierbare getuigenis van de baby, peuter of kleuter die Simcha was geweest, schrijnde het. Want nog een keer zo veel mazzel bij een ivf-traject zou ik vast niet krijgen.
Geen centje pijn
Ik til Norah van de aankleedtafel en zet haar op de grond. Enthousiast rent ze door de kamer en roept: ‘Ik ga Simcha uit schooltje halen!’ Nu mijn hart niet meer vertelt over nog een keer en ik zeker weet dat Norah mijn laatste is, doet het gek genoeg helemaal geen pijn om haar truitje straks naar de vliering te brengen. Ik heb met hen alles voluit mogen beleven. Zo met mijn twee meiden is het goed. Zonder een centje pijn pak ik een andere trui. ‘Ga je mee Noor? We gaan naar je grote zus!’
Dit artikel is eerder verschenen in Ouders van Nu Magazine