Nederlandse vrouwen ervaren thuisbevalling vaak als minder zwaar dan ziekenhuisbevalling

Van ‘magisch’ tot ‘dit nooit weer!’: iedere vrouw kijkt anders terug op de geboorte van haar kind, maar 'a walk in the park' is het natuurlijk nooit. Toch ervaart maar liefst 40% van de Nederlandse vrouwen haar bevalling als niet (heel erg) zwaar, zo blijkt uit onderzoek van Ouders van Nu en EenVandaag. En opvallend genoeg geldt dat met name voor vrouwen die thuis zijn bevallen.

Ouders van Nu deed samen met EenVandaag onderzoek naar zorg en pijnbestrijding bij de bevalling onder ruim 10.000 moeders. Hieruit blijkt dat de meeste van de ondervraagde vrouwen (60%) de bevalling als lichamelijk heel of behoorlijk zwaar hebben ervaren. Verrassend genoeg vond de rest van de respondenten de bevalling niet zo zwaar (32%) of zelfs helemaal niet zwaar (8%). Goed om in je achterhoofd te houden wanneer je nog moet bevallen!

Niet zo zwaar

Opmerkelijk is het verschil tussen vrouwen die thuis zijn bevallen en vrouwen die hun baby in een ziekenhuis, geboortecentrum of geboortehotel kregen. Van de eerste groep zegt 38% de bevalling als (heel) zwaar te hebben ervaren. Terwijl 46% van de moeders die thuis is bevallen, het lichamelijk eigenlijk best wel te doen vond. 16% van de vrouwen gaf zelfs aan dat ze het helemaal niet zwaar vond. In totaal vond dus maar liefst 62% van de thuis bevallende moeders thuisbevallen best of zelfs zeer goed te doen.

Lees ook: Thuisbevalling versus ziekenhuisbevalling

In het ziekenhuis

Bij moeders die in het ziekenhuis zijn bevallen, is dat andersom. Vooral vrouwen die daar moesten bevallen vanwege een medische noodzaak, zijn achteraf behoorlijk negatief over de bevalling. Op zich logisch, maar ook de meerderheid van de vrouwen die zonder medische noodzaak, dus op eigen initiatief, in het ziekenhuis een baby heeft gekregen, geeft aan dat ze de bevalling lichamelijk zwaar vond.

Hoe lastig die vrouwen hun bevalling vonden, is terug te zien in het gebruik van medicatie. Ruim de helft (53%) die de geboorte van hun kind als (heel) zwaar heeft ervaren, heeft gebruik gemaakt van een vorm van pijnbestrijding. Bij vrouwen die de bevalling niet of minder zwaar vonden, is dat ongeveer een kwart (24%).

Lees ook: Alles over pijnbestrijding tijdens de bevalling

‘Vrouwenlichaam gemaakt om te baren’

De meningen over pijnbestrijding lopen trouwens flink uiteen, zo toont ons onderzoek aan. In Nederland heeft elke bevallende vrouw recht op pijnbestrijding tijdens haar bevalling, ook als daar geen medische noodzaak voor is. Ongeveer de helft (47%) van de moeders is daar blij mee en vindt dat een vrouw die gaat bevallen alle middelen tot haar beschikking moet hebben om zo min mogelijk pijn te lijden. ‘Vrouwen scheppen op over de hoeveelheid pijn die ze hebben moeten lijden, omdat ze zich beter willen voelen dan andere vrouwen’, aldus een voorstander van (geplande) pijnbestrijding. ‘Mannen vergelijken hun Toyota met de Tesla van de buurman, vrouwen vertellen hoe trots ze zijn dat ze geen ruggenprik hebben genomen. Dit is niet constructief.’

Een derde (32%) van de moeders vindt daarentegen niet dat iedere vrouw die gaat bevallen zomaar pijnbestrijding moet kunnen krijgen en dat het beter is om zonder te bevallen. Zij geloven dat een vrouwenlichaam is gemaakt om te baren of vrezen dat het ongeboren kind in gevaar kan komen door het gebruik van medicatie. ‘Een gezond biologisch proces moet je niet willen verstoren naar mijn idee’, schrijft een tegenstander van pijnbestrijding.

Pijnbestrijding (nog) niet de norm

Dat pijnbestrijding tijdens de bevalling in Nederland niet de norm is – in tegenstelling tot veel andere westerse landen – blijkt ook uit het feit dat maar liefst twee derde (64%) van de respondenten vooraf het liefst zonder pijnbestrijding wilde bevallen. En zelfs als je het wel wilt, moet je maar zien of je het ook krijgt. Want ondanks dat iedere vrouw die gaat bevallen in Nederland ten alle tijden recht heeft op pijnbestrijding gaat het in de praktijk lang niet altijd het goed. Zo bleek uit ons onderzoek dat maar liefst 25% van de moeders, ondanks dat ze erom vroeg, geen ruggenprik kreeg tijdens de bevalling.