Kies nú voor een abonnement met korting

Abonneer nú met korting

 

Als je weer gaat werken, hoe gaat het dan met de hechting van je baby?

Journalist Hagar Jobse liet haar baby na zes weken zonder schuldgevoel bij opa en oma achter. Weg zonder de baby: heerlijk! Ook kon ze niet wachten om weer te gaan werken. Nu denkt ze: had ik voor de hechting meer met mijn baby moeten cocoonen?

Advertentie

Babybubbel

Toen ik nog zwanger was, leek cocoonen met mijn pasgeboren baby me het fijnste wat er is. In mijn buurt zag ik geregeld kersverse moeders rondlopen met een hummeltje tegen zich aangedrukt in een draagzak. Nog even en ook mijn vriend en ik zouden ons kunnen terugtrekken in die babybubbel waar iedereen het altijd over heeft. Maar toen mijn dochter eenmaal geboren werd, bleek de realiteit heel anders.

Ruige start

Eerlijk toegegeven, we hadden niet de makkelijkste start. Tijdens de bevalling had mijn dochter zuurstoftekort en moest na de geboorte meteen aan de beademing. De kraamweek voelde als overleven. Mijn minibaby – 2,3 kilo bij de geboorte – moest vooral aansterken en dus bijgevoed worden. Mijn dagen bestonden uit borstvoeding geven, kolven en flesjes kunstvoeding maken.

Naar buiten gaan met haar vond ik ingewikkeld. De kinderwagen moest ik drie trappen naar beneden tillen en voor de draagzak was ze nog te klein. Als ik haar na het raadplegen van tientallen YouTube-filmpjes in een draagdoek – dat kon dan weer wel – had gewikkeld, was ik als de dood dat ze eruit zou vallen. En dus liep ik, met mijn armen strak om mijn pasgeborene geklemd, gespannen over straat.

Lees ook: Een draagdoek of draagzak: welke kies je?

Omdat mijn vriend zzp’er is, had hij geen recht op partnerverlof, maar om mij te ontzien, werkte hij die eerste periode zo veel mogelijk thuis. Dat gaf mij weliswaar meer bewegingsruimte, maar hij kon zich maar moeilijk concentreren met een huilende baby op de achtergrond.

Advertentie

Babyvrij

Toen ik na twee weken heel even zonder haar de deur uit kon, viel er een last van me af. Ik genoot wel van de momenten met haar tegen me aan op de bank, maar al snel kreeg ik de behoefte om – zonder gehannes met een kinderwagen – de deur uit te gaan.

Dat ik drie weken na de geboorte in mijn eentje een paar uurtjes naar een bruiloft ging, vond ik dan ook heerlijk. ‘Wat ontzettend sterk van je. Dat je haar nu al kunt missen,’ zei een kennis die ik daar tegenkwam.

Zijn opmerking zette me aan het denken. Eerlijk gezegd had ik er enorm naar uitgekeken om een middagje babyvrij te zijn en een ‘normaal’ gesprek te voeren. Maar was dat eigenlijk wel normaal? Op Instagram zag ik immers vooral moeders die het liefst maandenlang met hun baby tegen zich aangeplakt zaten, terwijl ik besloot om na zes weken te stoppen met borstvoeding en mijn dochter diezelfde week nog een nachtje naar mijn ouders bracht. Ook stond ik na drie maanden te springen om weer aan het werk te gaan.

Lees ook: Weer aan het werk na zwangerschapsverlof, dit zijn onze beste tips

Hechtingspatroon

Melina (25) had het tegenovergestelde met haar zoontjes (8 en 1). ‘Toen ik op mijn zeventiende mijn oudste kreeg, bleek ik een soort ‘oermoeder’ te zijn. De eerste twee jaar heb ik niet gewerkt en ik heb hem tot hij vijf jaar was borstvoeding gegeven.’ Nu bij de tweede is ze weer fulltime thuis. ‘Ik vind het heerlijk om al mijn tijd met mijn kinderen door te brengen. Het voelt heel natuurlijk. Vroeger zorgde de man toch ook voor het inkomen en bleef de vrouw thuis?’

Advertentie

Ik vraag Melina wat ze dan vindt van werkende moeders als ik. Haar oordeel is mild. ‘Ik had geen bloeiende carrière die ik moest opgeven. Als je al iets verder bent in je loopbaan kan ik me voorstellen dat je wilt blijven werken.’ Of mijn werk als freelance journalist onder het kopje bloeiende carrières valt, weet ik niet. Maar ik kan ervan leven en vind het vooral heel erg leuk.

In dat geval heeft het geen zin om dan maar thuis te blijven om zo veel mogelijk tijd door te brengen met mijn dochter, stelt GZ-psycholoog Myrthe Roebroek. Ze werkt bij Basic Trust, een organisatie gespecialiseerd in trauma en hechting. ‘Als ouder moet je ervoor zorgen dat je ook voorziet in je eigen basisbehoeftes. Als jij niet goed in je vel zit, kun je er ook niet zijn voor je dochter.’

Beschikbaar zijn

Fysiek aanwezig zijn, betekent volgens haar namelijk niet dat je ook echt beschikbaar bent voor je kind. En juist die échte beschikbaarheid is de eerste jaren zo belangrijk voor een veilig hechtingspatroon. Paulien Kuipers, psycholoog en schrijfster van het boek Eerste hulp bij hechting: ‘Die veilige hechting ontstaat wanneer ouders er zijn wanneer het kind het nodig heeft, maar het ook de ruimte krijgt om zelf de omgeving te ontdekken.’

Gebeurt dit niet, dan raakt een kind juist onveilig gehecht. De invloed van ons hechtingspatroon moeten we volgens Kuipers niet onderschatten. ‘Het is in feite een blauwdruk voor de rest van je leven. Mensen die onveilig gehecht zijn, hebben doorgaans minder zelfvertrouwen en krijgen later vaker moeite met relaties omdat ze niet op anderen durven te vertrouwen.’

Lees ook: Dit kun je doen voor een gezond hechtingsproces

Vertrouwen ontwikkelen

Maar wat verstaan we precies onder ‘beschikbaar zijn’? Zowel Roebroek als Kuipers legt uit dat het erom gaat dat je behoeftes van je kind ziet en herkent en hier vervolgens naar handelt. Roebroek: ‘Een baby is de eerste periode van zijn leven totaal van jou afhankelijk. Daarom is het zo belangrijk dat je als verzorger sensitief bent, de signalen van je kind oppikt.

Denk bijvoorbeeld aan smakken met het mondje als hij honger heeft of rood aanlopen als hij moet poepen. Als je hier als ouder goed op reageert, door bijvoorbeeld de borst of de fles te geven, ontwikkelt het kind het vertrouwen dat er naar zijn behoeftes wordt geluisterd.’

De eerste periode zijn de ouders idealiter de primaire verzorgers. ‘De baby heeft hun stemmen in de baarmoeder al gehoord. Dat voelt dus het meest vertrouwd,’ zegt Roebroek. ‘En wanneer jij als ouder aan de primaire behoeftes van je kind voldoet, leert deze erop te vertrouwen dat hij van andere mensen, bijvoorbeeld van opa’s en oma’s of verzorgers in de opvang, ook zal krijgen wat hij nodig heeft.’

In andere handen

Over wanneer je de zorg voor je baby uit handen kunt gaan geven, bestaat geen eenduidig advies. Volgens de Europese richtlijn zou, voor een stabiele relatie tussen moeder en kind, het verlof na de bevalling minstens achttien weken moeten duren. In Scandinavische landen, maar ook in Duitsland, hebben ouders zelfs een jaar lang recht op ouderschapsverlof.

Dat vrouwen in Nederland slechts tien tot twaalf weken verlof hebben na de geboorte is volgens Kuipers dan ook veel te kort. ‘Een baby is de hele dag indrukken aan het verwerken,’ zegt ze. ‘Met drie maanden is hij net een beetje aan de thuisomgeving gewend. Als hij dan opeens weer aan een heel andere omgeving moet wennen, werkt dat ontregelend. Zeker wanneer die omgeving niet stabiel is, zoals in het geval van een kinderopvang met wisselende leidsters.’

Lees ook: Een kinderdagverblijf kiezen, hoe doe je dat?

Rustig leren kennen

Ik moet even slikken. Toen mijn dochter drie maanden was, paste beide opa’s en oma’s een keer per week op en ging ze twee dagen naar de opvang. De eerste dagen daar verliepen dan ook niet bepaald soepel. Afgeleid door het geluid van de andere kinderen sliep ze er nauwelijks en mijn vriend en ik moesten haar meerdere keren ophalen omdat ze niet dronk.

Natuurlijk had ik ervoor kunnen kiezen om het eerste jaar thuis te blijven, maar bij de gedachte alleen al komen de muren op me af. En zoals Roebroek al aangaf, heeft mijn dochter er niks aan als ik depressief met haar op de bank zit.

Toch blijft de gedachte dat ik misschien een betere moeder ben als ik meer thuis zou zijn me achtervolgen. En dat is niet geheel onterecht, als ik Kuipers mag geloven. ‘Om de signalen van je kind goed te kunnen oppakken, is het essentieel dat je je kind leert kennen,’ legt ze uit. ‘Dat gebeurt alleen op het moment dat je ook echt tijd met je kind doorbrengt.’

Niet te beschermend

Dat betekent overigens niet dat je je baby 24/7 tegen je aan moet dragen. ‘Veilige hechting gaat zowel over geborgenheid en veiligheid bieden als over kunnen loslaten. Er zijn momenten dat je baby misschien helemaal niet tegen jou aan wil liggen, maar juist wil spartelen op een kleedje.’

Je kunt als vader of moeder ook te verstikkend zijn. ‘Sommige ouders zijn te beschermend,’ legt Kuipers uit. ‘Ze zien overal angsten en vinden het ingewikkeld om een kind ook zijn eigen weg te laten gaan. In dat geval zie je vaak dat kinderen zich angstig ontwikkelen en zich te veel aan de ouders vastklampen.’

Lees ook: Zo weet je of je overbezorgd bent

Verschilt per kind

Dat het belangrijk is om goed naar de behoeftes van je kind te kijken, ervoer Petra (54) toen ze 24 jaar geleden haar tweede, een zoon, kreeg. Toen haar eerste kind geboren werd, een dochter, was ze gestopt met werken om fulltime thuis te zijn. ‘Voor mijn dochter was dat fantastisch, die wilde het liefst alles met mij doen,’ legt ze uit.

Haar zoon daarentegen was als peuter meer op zichzelf. ‘Toen ik doorkreeg dat hij het juist fijn vond om zelfstandig te spelen, besloot ik weer meer tijd voor mezelf te maken en ben ik weer gaan studeren.’ Petra wist niet alleen wat haar zoon nodig had doordat ze al die jaren thuis was gebleven, maar vooral doordat ze actief tijd met hem had doorgebracht. ‘Ik vond niks leuker dan met mijn kinderen zijn. Wanneer ik met hen bezig was, was ik ook écht met hen bezig en niet met iets anders.’

Maak echt contact

En dat is volgens Kuipers het verschil met veel andere ouders. ‘Je ziet ouders die achter de kinderwagen lopen vaak met hun telefoon in de weer. Dan lijkt het misschien alsof je je dag met je kind hebt doorgebracht, maar er is geen echt contact.’ Ze raadt ouders met een baby dan ook aan om elke dag minstens een kwartiertje alleen maar naar hun kind te kijken. ‘Leg je telefoon en alle andere dingen die voor afleiding zorgen weg en observeer gewoon eens wat je ziet. Zo leer je de signalen die je kind afgeeft herkennen.’

Philippa Perry, de Britse schrijfster van het boek Het boek waarvan je wilde dat je ouders het hadden gelezen schrijft hierover: ‘Sommige ouders vinden die eerste jaren met een kind moeilijk, want saai, of nogal afstompend.’ Ze erkent dat er een hoop ‘handwerk’ zit in het grootbrengen van kinderen en dat het niet altijd de intellectuele of maatschappelijke uitdaging vormt die je misschien gewend was van je leven vóór de baby.

Ze raadt ouders daarom aan om nieuwsgierig te worden naar hun baby. ‘Probeer te achterhalen wat hij probeert te doen of te zeggen in plaats van de tijd die je met hem bent af te doen als ‘saai’ of je baby te zien als een wezen dat alles passief ondergaat.’

Lees ook: 28 schermvrije activiteiten om samen te doen

Beter leren kennen

Kuipers is het hier hartgrondig mee eens. ‘Probeer je dochter niet te zien als een object waarvoor je zorgt, maar als een vriendinnetje dat je steeds beter leert kennen. Op die manier wordt het ouderschap ook veel leuker,’ adviseert ze mij.

Nu mijn dochter vijf maanden is, merk ik dat ik het ouderschap al een stuk minder saai vind. Ze kijkt me vaak heel wakker aan en maakt de hele dag door allerlei geluiden. Eerlijk: een hele dag met haar alleen vind ik soms nog best lang. Maar op een werkdag kan ik niet wachten om haar te zien en sta ik vaak om half vijf bij de opvang. Dan gaat mijn telefoon uit en heb ik alle aandacht voor haar, zo heb ik met mezelf afgesproken.

Tekst: Hagar Jobse, Beeld: GettyImages

Redactioneel – Offer – Klaar voor het najaar (schoenen)

kleertjes.com

Klaar voor het najaar

Lopen, rennen en spelen
Kies de juiste schoen