Start: 22.30 uur
'Samen in bed tv-kijken. Uitpuffen na een zware week. Heel licht voel ik iets in mijn buik. Krampen. Zal ik straks maar in de logeerkamer gaan slapen? Ik wil Soufyan niet wakker houden, hij moet morgen werken.
Gisteren is mijn opa gecremeerd. Zomaar ineens is hij overleden, zo onwerkelijk. Mijn moeder is enig kind, dus ik wilde er voor haar zijn. Helpen met de uitvaart, het opruimen van zijn appartement. En ondertussen lichte paniek. Wat nou als ik tijdens de crematie ga bevallen? Dat is gelukkig niet gebeurd, maar nu rommelt het. Mijn moeder zei vandaag nog: "Misschien begint het vanavond wel."
Aan het werk
In de logeerkamer probeer ik de nacht door te komen. Een beetje tv-kijken. Krampen opvangen. In de vroege ochtend bel ik de verloskundige. Soufyan gaat aan het werk. Nog één dag en dan heeft hij drie weken vrij.
De verloskundige komt voor een controle: 1 centimeter ontsluiting. Ik stuur Soufyan een berichtje. Laat hem zijn werk maar rustig afmaken. Ik breng mijn moeder en mijn beste vriendin op de hoogte. Vijftien jaar geleden maakten we een afspraak: we zijn bij elkaars eerste bevalling. Ze komt meteen naar me toe en de verloskundige belooft elke drie uur langs te komen.
Toch naar het ziekenhuis
Als mijn vriendin er is, doen we relaxed. Koffiedrinken, samen op bed liggen. Ze maakt het bad klaar. De verloskundige komt tussendoor voor controles. Ik zit nu op 3, 4 centimeter. Bij de volgende controle wil ze misschien mijn vliezen breken en naar het ziekenhuis. Dat wil ik liever niet. Ik wil graag thuis bevallen. Met Soufyan, mijn moeder, schoonzus én vriendin erbij.
Maar bij de volgende controle blijk ik niets te zijn opgeschoten. De verloskundige breekt mijn vliezen. Daarna mag ik weer even terug in bad. De weeën worden heftiger. Ik hou Soufyan op de hoogte. Kom toch maar naar huis. Het kan nu ineens snel gaan. Als hij thuis is, mogen we naar het ziekenhuis. Maar vanwege de coronamaatregelen mag er maar één persoon bij de bevalling zijn.
Storm
Onderweg stormt het, en ook in mijn buik. Wat een verschrikking! In het ziekenhuis krijg ik pijnstilling. Eerst een morfinepomp, straks een ruggenprik. Ik voel persweeën, maar ik heb pas 6 centimeter. Ze geven er weeënopwekkers bij.
Voor ik het weet, gaan we richting de anesthesist voor de ruggenprik. Met bed en al voor de lift. "Er is een spoedkeizersnee tussendoor gekomen!" hoor ik roepen. En er is maar één anesthesist in het ziekenhuis. Terug naar de kamer dus. Nee! De weeën vliegen me om de oren. Ik wil die ruggenprik! Soufyan masseert mijn rug. Het morfinepompje heeft nog amper effect. Ik druk op de knop, maar voel geen verschil. En weeën opvangen in bed lukt voor geen meter.
Bij de anesthesist
Het is al bijna middernacht. Eindelijk mogen we weer naar beneden voor de ruggenprik. Die weeën zijn niet te doen. Zo heftig. Ik wil gillen. "Moet ze niet eerst gecontroleerd worden?" vraagt de verloskundige. "Nee, de anesthesist staat te wachten," wordt er gezegd. "We moeten gauw door."
De ruggenprik wordt gezet. Het gaat in een roes. Een assistente strijkt door mijn haren. Ik ken haar niet. Er is een wissel geweest. Maar het is alsof mijn moeder voor me staat. Zo veel rust. Maar die pijn. Ik kán niet meer. "Volgens mij ben je al heel ver," zegt ze. "Ik ga de verloskundige waarschuwen."
Racen over de gang
Ik zit nog steeds in de kamer van de anesthesist. Er komt een assistent-verloskundige bij. Controle. Volledige ontsluiting! Paniek. Racen over de gang. Terug naar boven, naar de kamer. Verpleging komt erbij. Dingen worden klaargezet. De verloskundige van het ziekenhuis roept: "Je mag gaan persen!"
Ik probeer het, maar dit kan ik niet. Intens veel pijn. En die druk! Soufyan roept: "Ik zie het hoofdje, wat heeft hij veel haar!' Persen. En nog een keer. Hij komt al! Soufyan pakt hem aan van de assistent. Meteen op mijn borst. Een eerste huiltje. Duimpje in zijn mond. Wat is dit onbeschrijfelijk mooi. Dit is onze Liyem.'
26 uur later
Naam: Liyem • lengte: 48 cm • gewicht: 3186 gram
Dit artikel is eerder verschenen in Ouders van Nu Magazine