Dag stinkende wc, daar ben ik weer. Niet om mijn blaas te legen, maar mijn borsten. Ik vouw me op naast je, plant m'n hakken op de plakkerige vloer waarin jij uitwerpselen laat verdwijnen. Mijn schouder leunt tegen je betegelde muur, je geeft me houvast, maar − eerlijk − ik moet even slikken dat ik je weer tref.
Ik hoop dat dat luide, slurpende geluid van mijn kolfapparaat je niet stoort.
Lees ook: Kolfapparaat kopen: welke borstkolf past bij jou?
Alleen voor werknemers
Geloof me, ik heb nog geprobeerd eronderuit te komen. Ik ben weer eens onderweg voor mijn werk, zoals vaker. Had geen tijd om voor mijn interviewafspraak uit te zoeken waar ik in de omgeving kon kolven. Je kent het wel: kinderen aankleden, boterhammen smeren, naar de crèche fietsen − de ochtendspits is topsport.
Ik dacht op goed geluk het gemeentehuis binnen te lopen. Ik las een tijdje geleden iets over borstvoedingsvriendelijke gemeenten, die kolven en voeden willen stimuleren en hun deuren openstellen. Maar de kolfruimte hier is alleen voor werknemers, aldus de baliemedewerker, die me naar jou verwees.
So, we meet again.
Is er wel keuzevrijheid?
Ik blijf wat langer bij je vandaag, want de melk schiet hier nu eenmaal minder snel toe. Dat ik zo opgefrommeld zit, helpt niet mee. Misschien moet ik even naar wat foto's van dat guitige koppie van m'n zoontje kijken, dan vloeit het beter. Hopelijk lukt dat zonder melk te morsen. Maar ach, het is niet alsof ik op een brandschone vloer zit, hier.
Vergeef me deze monoloog, ik moet het kwijt. De laatste borstvoedingscijfers waren de druppel. Nog nooit kregen zo weinig baby's in Nederland vanaf hun geboorte borstvoeding: slechts iets meer dan de helft, bleek uit nieuwe cijfers van het Voedingscentrum. Sommige vrouwen starten met alleen de fles, de meeste vrouwen combineren borst en fles.
Je kunt concluderen: vrouwen ervaren eindelijk keuzevrijheid! Plus: flesvoeding emancipeert, zoals Caroline van Keeken in NRC schreef. Helemaal waar. Maar is die keuzevrijheid er wel echt? Hebben vrouwen die borstvoeding willen geven daar genoeg mogelijkheid toe?
Lees ook: Onderzoek: bijna driekwart van de vrouwen stopt eerder met borstvoeding dan ze wilden
Veel voor over
Verreweg de meeste moeders die stoppen met borstvoeding waren van plan om het langer vol te houden, lees ik. Twee derde is teleurgesteld dat dit niet is gelukt. Hoe komt dat? Echt niet alleen omdat ze gek gemaakt zijn door de borstvoedingsmaffia (waar ik niet toe behoor, wees niet bang). Maar omdat het ze bij tijd en wijlen onmogelijk gemaakt wordt, denk ik.
Want eerlijk, wc, hoe vaak heb ik wel niet naast een van jouw soortgenoten gezeten, en gedacht: ik doe dit nóóit meer. Ze stikken er maar in met die borstvoeding, als het zo moet. Maar dan legde ik thuis die kleintjes aan de borst en dan dat handje op mijn wang, de gezelligheid, het versmelten, het gemak in de nacht. Ik had er veel voor over. Nu heb ik ook geluk; nooit een tepelkloof gehad.
Wat mij vooral steekt, wc: hoe kom ik hier naast jou terecht als ik alles volgens het boekje doe? Al sinds mijn oudste dochter werd geboren, bijna vier jaar geleden, wordt er in de voorlichting een langspeelplaat afgedraaid: geef de borst, zoveel mogelijk de borst, zo lang mogelijk borst. De borst is beter! En wie wil niet het beste voor haar kind?
Voedende vrouw, je doet er niet toe
Ik geef nu al bijna vier jaar onophoudelijk borstvoeding, inmiddels alweer twee jaar aan nummer twee. Ik zou me een soort godin moeten voelen, een triomfantelijke Madonna met spuitende borsten zoals ze die vroeger op schilderijen verbeeldden, een heldin die haar baby's been- en nekrolletjes schonk en antistoffen om virussen te verslaan.
Maar wat voel ik me? Op dit moment een paria, weggestopt in een vies hok. Vergeef me de dramatiek, maar na vier jaar borstvoeding begrijp ik als geen ander waarom Nederland internationaal op de negentigste plaats staat als het gaat om borstvoeding en beleid, afgaand op de ranglijst van de World Breastfeeding Trends Initiative, een organisatie die cijfers over borstvoeding verzamelt.
De bezemkastachtigheid van de gemiddelde kolfruimte zegt wat mij betreft alles over hoe er in dit land gekeken wordt naar werkende vrouwen die borstvoeding geven. Die ruimtes (ik heb er veel gezien, waaronder een waar het vróór) geven een boodschap af: voedende vrouw, je doet er niet toe.
Lees ook: Kolven op werk: dit zijn je rechten
Op inschrijving
Het zou leuk worden, kolven op werk. Het begon al op werkdag één. Ik meldde me aan de balie van ons toenmalige kantoorpand: konden ze mij de kolfruimte wijzen? De baliemedewerker reageerde geïrriteerd. Ze zag mijn naam niet op de lijst staan. Waarom had ik me niet ingeschreven? Zomaar de sleutel geven, dat kon niet. Wist ik soms niet hoe het werkte?
Toen ik eindelijk toegang kreeg tot de kolfruimte, trof ik een kaal hok zonder daglicht, met witte badkamertegels, een plastic tuinstoel en een grote koelkast. Ik kon nog net mijn benen kwijt. Toen ik tegen de baliemedewerker zei: 'Wat een klein hokje voor zo'n groot bedrijf', antwoordde ze: 'Wees blij dat we een ruimte hebben'.
Ik moest me elke werkdag opnieuw inschrijven. 'Half drie?' 'Nee, dan is ie al bezet, het kan pas een uur later.' Alsof mijn borsten dat hielden. En dan trof ik jou weer, wc. En ik maar hopen dat de collega's het niet hoorden of dachten: wat zit Rianne daar nou een kwartier te doen?
'Het is hier toch geen hotel'
Ik besloot het er niet bij te laten zitten. Via de ondernemingsraad kaartte ik samen met enkele andere collega's, verzameld in de appgroep 'De Kraamkamer', de belabberde kolfruimte aan. We kregen het facilitymanagement om tafel. Toen ik over warm water begon, zei de manager: 'Het is hier toch geen hotel'.
De uitkomst: er werd een stickerbehang van een zonsondergang op het strand op de witte tegels geplakt. Sfeerverhogend. Ook mochten we kiezen tussen twee stoffen IKEA-stoelen. We besloten niet meer te zeuren, we pompten gedwee door. Warm water was er nog steeds niet, net als frisse lucht.
Ik geloof dat slechts één van mijn vriendinnen op haar werk een kolfruimte heeft die aan de wettelijke eisen voldoet. Zij is ambtenaar. Logisch dat bijna één op de vijf vrouwen die na twee tot zes maanden stoppen met borstvoeding, als reden opgeven dat het moeilijk te combineren valt met werk. Als wettelijke regels niet serieus worden genomen, dan is het recht op voeden en kolven niet vanzelfsprekend.
Geen toegang
'Moet je alwéér kolven?' Welke jonge moeder heeft dat niet ooit gehoord op de werkvloer?
Let wel: bijna 40 procent van alle werkende vrouwen krijgt niet eens de mogelijkheid om borstvoeding te geven tijdens werktijd of heeft geen toegang tot een kolfruimte, blijkt uit cijfers van het College van de Rechten van de Mens (2020). 'Mijn borstvoeding stokte door een gebrek aan kolfmogelijkheden', aldus één van de bijna duizend ondervraagde vrouwen.
De enige cijfers die ik kon vinden over de staat van kolfruimtes, komen uit een enquête van de website 24 baby die ruim 1600 moeders ondervroeg. De uitkomst is schokkend: 84 procent van de ruimtes waar deze vrouwen kolven, voldoen niet aan de eisen. Je zou zeggen dat de overheid dit daarna heeft opgepakt, maar nee.
Lees ook: Onderzoek: dit is de ideale kolfruimte (met checklist voor je werkgever)
Onverminderde werklast
Niemand die het van mij vroeg, maar toch had ik het idee dat ik mijn kolftijd moest compenseren. Ik werkte soms in de avonduren om maar niet achter te lopen op mijn collega's. Ik had bij de terugkeer na kind één en twee een enorme bewijsdrang om mee te draaien alsof mijn leven niet op z'n kop stond met een kleintje thuis, en ik amper sliep. Een collega zei eens tegen mij in de trein: 'Wel knap dat je aan jou niet merkt dat je net moeder bent geworden'. Ik was daar nog trots op ook.
Slechts 4 procent van de werkgevers verlaagt de werklast van vrouwen die borstvoeding geven uit zichzelf. Bij twee derde van de werkende vrouwen blijft hun werklast gelijk, ondanks dat zij een kwart van hun werktijd mogen besteden aan kolven, blijkt uit de cijfers van het College voor de Rechten van de Mens. Vrouwen moeten er dus zelf om vragen.
Wéér je eigen rechten bevechten. En dat met slaaptekort. Zo wc, ik zit hier nog wel even.
In het openbaar
Want nog iets: we leven in 2024, en warempel, ook jonge moeders gaan wel eens zonder hun baby naar buiten. Maar bijna nergens in de openbare ruimte vind je, zoals in andere landen, plekken waar je even kunt kolven. Geen NS-station dat een ruimte heeft, geen winkelcentrum, geen gemeentehuis, amper een concertzaal. Dus die zes maanden dat we volgens de Wereldgezondheidsorganisatie volledig moeten borstvoeden, moeten we maar thuisblijven of de baby meenemen?
Toen ik voor werk een weekje meeliep in de psychiatrie en daar indertijd tweemaal daags moest kolven, gaf een verpleegkundige mij goede raad. Als je langer borstvoeding wil geven, zei ze, moet je al je schaamte overboord gooien. Dat is de enige manier waarop het lukt. Zelf had ze gekolfd bij patiënten thuis, en in de auto op straat.
Lees ook: Eén op de drie moeders voelt zich ongemakkelijk bij borstvoeding geven in het openbaar
Wegkieperen
Dus zat ik soms na een interview te kolven in een badkamer of slaapkamer van iemand die ik net ondervraagd had over z'n leven. Bevrijdend was dat allerminst. Ik voelde me onprofessioneel en kwetsbaar. Ik wilde daar even geen moeder zijn, maar gewoon journalist van Trouw. Toch kon ik even nergens anders terecht.
Ik heb één keer gekolfd vanuit een luxe wellnessruimte met weids uitzicht, omdat ik een lieve hotelmedewerker trof toen ik enigszins wanhopig was binnengelopen. Maar vaker eindigde ik in jouw armen, wc. Soms zelfs in jouw stinkende zusje: de trein-wc. Geloof me, de melk die je daar afkolft kun je beter wegkieperen, door de pot heen, de rails op.
Kolven in het vliegtuig
Toen ik vorig jaar de koninklijke familie achterna reisde voor hun bezoek aan de Cariben, moest ik acht uur vliegen. Ik moest in die periode zeker één keer kolven. Toen ik hiernaar informeerde bij de klantenservice van de KLM, kreeg ik te horen dat kolven tijdens de vlucht niet kon. Uiteindelijk mocht het toch, maar wat een stress kostte al dat gesmeek.
Door al dit gedoe zwichtte ik voor de lokroep van de Elvie. Een handzame, stille, draadloze kolf die je zo in je bh kunt schuiven. Prijs: 300 euro. Influencers lopen ermee weg, want het is zó efficiënt. Je kunt gewoon doorwerken of je kledingkast opruimen, terwijl Elvie de melk uit je borsten trekt. Ik werd een enthousiaste evangelist.
Tot ik me realiseerde dat het gebruik van de Elvie ook capituleren is aan een wereld die er geen rekening mee houdt dat borstvoeden tijd en energie kost. Aan een economie waarin alles almaar efficiënter moet, zelfs een van de meest vertragende activiteiten die er is.
Ah, borst één is leeg. De volgende dan maar. Ben zo weg hier, wc, kun je weer andere gasten ontvangen.
Lees ook: Getest: draadloze Elvie kolf – is ie echt het geld waard?
Bh naar beneden
Ik ga nog even door, want veel vrouwen durven niet in het openbaar te voeden en worden daardoor in hun vrijheid beknot. Volgens het Voedingscentrumonderzoek stopt een deel van de vrouwen met voeden om hun vrijheid terug te krijgen. Hoog tijd om voeden op straat en in het park te normaliseren. Gewoon, zorgeloos die bh naar beneden, het kind laten aanhappen in een restaurant of in de trein, de kerk voor mijn part. Zónder afkeurende blikken, vervelende opmerkingen ('kun je dat even daarachter doen?') of gegluur naar je borst.
Borsten mogen wel gezien worden als ze sexy en glimmend van de olie op een billboard staan, maar niet als ze melk geven. Hebben we de mannelijke blik geïnternaliseerd? In 2016 bleek uit onderzoek van het Voedingscentrum dat één op de drie moeders zich onprettig of zeer onprettig voelt bij borstvoeding in het openbaar, waarbij zij het ontbreken van maatschappelijke acceptatie als een van de redenen noemen.
Hypocriet
Ook opmerkelijk: voeden tót ongeveer 1 jaar wordt opgehemeld, terwijl op langvoeden een stigma rust. Ik heb mijn oudste dochter gevoed tot haar derde, waardoor ik een tijdje twee kinderen voedde: tandemvoeden heet dat. Bij mij liep het min of meer per ongeluk zo. Ik vond het heel mooi en intiem, en het hielp mijn oudste om mijn jongste te accepteren.
Toch heb ik de keuze voor langvoeden almaar moeten verdedigen - 'is dat wel goed voor hun zelfstandigheid?' - terwijl ik het zelf (meestal) fantastisch vond. Een kind van 3 aan de borst vinden de mensen simpelweg raar, terwijl het in andere culturen heel normaal is. Altijd al die oordelen over borstvoeding, wat je ook kiest.
Bijna uitgeraasd, wc, ik kom nu bij mijn conclusie. Namelijk: hameren op lang borstvoeding geven is hypocriet als vrouwen hiertoe niet goed in staat gesteld worden. Daardoor voelen de vrouwen die stoppen omdat het niet gaat, dat als falen. Terwijl het vaak niet hún schuld is.
Lees ook: Borstvoeding geven tijdens zwangerschap
Hulp nodig
Geef bijvoorbeeld langer ouderschapsverlof (na zes maanden hoeven vrouwen steeds minder vaak te kolven) en help vrouwen beter op weg door lactatiekundige zorg te vergoeden in het basispakket. Vaak gaat het in de eerste maand mis door te weinig productie, tepelkloven of een kort tongriempje bij de baby. Dan is wat extra hulp wel fijn. Verbeter kolfruimtes en garandeer werkvermindering, in plaats van vrouwen hierom te laten smeken. Maak werk van die borstvoedingsvriendelijke gemeenten, er doen nu nog maar 32 van de in totaal 342 gemeenten mee.
Zorg voor kolfplekken op stations, gemeentehuizen, in vliegtuigen, concertzalen en zet informatie daarover op de website. Dat scheelt een hoop stress. En zorg er in alle gevallen voor dat wij vrouwen nooit meer hier, naast jou wc, terechtkomen.
Dag stinkend hok, bedankt voor je luisterend oor. Wie weet wat de toekomst brengt, maar voor nu geldt: we'll meet again.
Rianne Oosterom (1992) is historica en redacteur geschiedenis en koningshuis bij Trouw. In 2019 verscheen haar boek Moffenmeiden. Momenteel doet ze onderzoek naar 'de vrouwen van Trouw', de verzetsvrouwen die in de Tweede Wereldoorlog betrokken waren bij de destijds illegale krant. Ze werkt ook aan een boek over dit onderwerp.
Lees ook:
Wie of wat bepaalt eigenlijk wanneer ik moeder wil worden?
Bij het uitpluizen van haar kinderwens loopt Rianne Oosterom tegen een probleem aan: hoe maak je een autonome keuze, als er van alle kanten sociale conventies aan je trekken?