Meer Kraamwerk lezen? Dat kan! We hebben er een boek van gemaakt: bestel Kraamwerk hier
''Ik weet het niet zo goed', zegt de verloskundige die ik aan de telefoon heb. 'De bevalling is wel begonnen, maar ik kan het niet goed inschatten.' Ik loop even weg om rustig te kunnen bellen, want ik heb een huis vol visite voor de verjaardag van mijn zoon. Gelukkig heb ik al gekookt, dus ook als ik weg moet, komt de visite niets tekort.
In contact met de natuur
De aarzeling van de verloskundige begrijp ik. Al bij de intake heb ik gemerkt dat het er in het gezin waar we het over hebben iets anders aan toegaat dan ik gewend ben. Vrijer, meer in contact met de natuur en de natuurgeneeskunde. Dat heeft onder andere tot gevolg dat de kraamvrouw hands-off wil bevallen: zo min mogelijk controles en aanrakingen.
Nu de bevalling net is begonnen, is het voor de verloskundige lastig in te schatten hoever die is gevorderd. Aangezien het om het vijfde kind gaat, kan de geboorte zomaar ineens snel gaan.
Goeie vraag: Gaat een tweede bevalling sneller dan de eerste?
Acht dagen alleen
Even later treffen we elkaar bij de woning van het gezin. Ik ben hier bij de intake al geweest en weet dus dat de kraamvrouw zich bevindt in een vrijstaand minivakantiehuis in de tuin, waar ze in bad wil bevallen en waar ze daarna acht dagen zal blijven. Alleen. Ze wil met rust gelaten worden, ook door haar man.
Daarom nemen we met hem plaats aan de keukentafel in het centrale huis en wachten af. Dat is een vreemde gewaarwording, gewend als ik ben aan tijdens een bevalling juist helpen, de handen uit de mouwen steken.
Oerkreten
Als het etenstijd wordt, ontpoppen de verloskundige en ik onszelf tot koks en zetten alvast een maaltijd klaar. Daarna gaan we toch nog maar even bij de kraamvrouw kijken. Het lijkt nu op te schieten en we verplaatsen onszelf naar het huisje, waar we muisstil op de bank plaatsnemen. Ik voel me ongemakkelijk, want er staat een camera die alles opneemt.
Na een tijdje begint de kraamvrouw oerkreten uit te slaan die ik nog niet vaak heb gehoord en jawel, daar is de baby. Ook nu blijven we op de achtergrond, het is de wens van de moeder om eerst even met haar kind in het bad te zitten.
Uiteindelijk doen we de controles en stellen we vast dat er een kerngezond kind is geboren, een jongen. De placenta verdwijnt in de vriezer, de ouders weten nog niet zo goed wat ze daarmee willen.
Lees ook: In een smoothie of roerbakken: de placenta eten, een goed idee of niet?
Iedereen in z'n waarde
De dagen daarna breng ik door bij het gezin. In het huis, dus. Het is zo vreemd om geen kraamvrouw en baby om me heen te hebben. De moeder wil nog steeds zo veel mogelijk met rust worden gelaten, dus ik laat me niet vaker dan nodig bij haar zien.
Ze richt zich op de baby en op de speciale moxatherapie waarmee ze, zo vertelt ze, haar herstel bespoedigt. Mijn ding is het niet, maar ik vind het vooral mijn taak me aan te passen en iedereen in z'n waarde te laten.
Nu ik me niet veel met de baby hoef bezig te houden, richt ik me maar op de enorme stapel was en op de andere kinderen. Daar ben ik nog best druk mee, want het bevalbad staat inmiddels in de woonkamer en wordt gebruikt om in te zwemmen, met alle gevolgen van dien.
Lees ook: Wat doet een kraamverzorgende (en wat niet)?
Filmpje kijken
Na een paar dagen hoor ik van een van de kinderen dat ze met z'n allen de film van de bevalling hebben gekeken. De jongste, een jochie van 3, maakt daarna een paar tekeningen met opvallend genoeg alleen een rode stift.
Een van de andere kinderen heeft allerlei vragen: over zwanger worden, bevallen en intieme delen. Ik verwijs haar naar haar vader, ik weet niet wat de ouders hierover precies willen zeggen. Weer een ander kind heeft een fascinatie voor de placenta opgedaan en loopt om de haverklap naar de vriezer.
Het is apart, bedenk ik, als ik na acht dagen afscheid neem en de deur dichttrek. Ik ben nooit eerder zo weinig tijd kwijt geweest aan de moeder en de baby. Maar ik ben ook nooit eerder zo moe geweest na een week kramen.'
Meer uit de rubriek Kraamwerk lezen? Dat kan hier!