
Word je ongelukkiger als je een kind krijgt?
Een kind als kroon op jullie geluk? Vergeet het maar, beweren sommige onderzoekers. Uit onderzoek blijkt namelijk dat ouders minder gelukkig zijn dan niet-ouders. Hoe zit dat?
Lees ook: Postnatale depressie: wat kun je doen?
Ongelukkig
Kinderen krijgen maakt ongelukkig. Dat lees ik in een oud nieuwsbericht. Oké, het leven met kind is misschien niet een en al hosanna. Ik ben bijvoorbeeld nog nooit zo moe geweest als nu. En naar de titel ‘Werknemer van het Jaar’ kan ik fluiten. Maar ik ben ook nog nooit zo blij geweest om thuis te komen. En ik stroom over van liefde als ik aan ons gappie denk. Voor mij is IJsbrand de kroon op ons geluk. Ik vermoed dat veel ouders dat zo ervaren. Maar misschien is dat mijn roze bril? Wat is de wetenschappelijke kijk: maakt een kind ongelukkiger?
Check ook even de zonnige kant: Zo leuk is het ouderschap: ‘Ik voel me geliefd, nodig en nooit meer eenzaam’
Lekker scoren
Veel onderzoekers ‘meten’ geluk door aan mensen te vragen hoe tevreden ze zijn met hun leven. Vervolgens vergelijken ze de scores van mensen met en zonder kinderen. Zo vond een Amerikaanse studie dat mensen met thuiswonende kinderen gelukkiger zijn dan kinderloze leeftijdsgenoten. Maar het nieuwsbericht zegt het tegenovergestelde. Hoe kan dat?
Verschillen
Het lastige is: de groepen die in dat Amerikaanse onderzoek werden vergeleken, verschilden ook op andere vlakken van elkaar. En dat deden ze al voordat er kinderen waren. Zo waren de mensen mét kinderen gezonder en rijker dan de niet-ouders. Wat zegt dat? Voelen zij zich gelukkiger door de komst van een kind? Of kiezen gelukkige mensen er vaker voor om kinderen te krijgen? Toen de Amerikaanse onderzoekers rekening hielden met een tiental verschillen tussen de ouders en niet-ouders, vonden ze het tegenovergestelde effect: ouders waren net iets óngelukkiger.
Doe effe gezond
Maar ook dat is een wat ongelukkige conclusie. Sommige verschillen tussen ouders en niet-ouders hangen namelijk samen met het krijgen van kinderen: je stopt bijvoorbeeld met roken als je probeert zwanger te worden. Of je kiest pas voor het ouderschap als je een vast inkomen hebt. Een deel van het gelukseffect van die keuzes kan dus wel degelijk te maken hebben met het krijgen van kinderen. Maar dat zie je niet terug in de cijfers. En appels met peren vergelijken is moeizaam, het levert tegenstrijdige bevindingen op.
Lees ook: Zo belangrijk is een gezonde leefstijl als je zwanger bent, of wilt worden
Zwangerschapspiek
Sommige onderzoekers volgen daarom liever een bepaalde periode dezelfde mensen. Zo kunnen ze zien hoe geluk na de komst van een kind verandert. De resultaten van dit soort onderzoek stemmen niet vrolijk: het geluksgevoel daalt na de geboorte van een eerste kind flink. Maar dit komt doordat het geluksgevoel tijdens de zwangerschap enorm stijgt. Na de geboorte ebt die roes weg tot mensen na een paar jaar op hun oude geluksniveau zitten.
Woelige baren
Het zou te simpel zijn om het ouderschap te vergelijken met het berijden van één golf. Duitse onderzoekers doken daar wat dieper in. Ze vonden niet alleen geluksgolven, maar ook rimpelingen. Zo nam tevredenheid over het gezinsleven toe. Maar de hoeveelheid slaap en het inkomen namen (bij moeders) een snoekduik. Daar kan ik goed in komen. Bovendien bevestigt het wat veel ouders allang weten: je kunt tegelijkertijd ongekend miserabel en intens gelukkig zijn.’
Tekst: Jojanneke Bastiaansen – Beeld: Getty Images