
Blogger Cat: ‘Eindelijk weet ik waar ik aan toe ben: stoppen met borstvoeding en starten met chemotherapie’
Nog geen drie maanden na de bevalling van haar tweede kind ontdekt Cat Rose-Tran een knobbel in haar borst. Diagnose: borstkanker. Voor Ouders van Nu schrijft ze over het moederschap, ziek zijn maar vooral: beter worden
Ik heb een afspraak met de oncoloog. Gisteren liepen de spanningen al op – het lukt het me maar niet om ruimte te vinden om alles te verwerken. Gelukkig is Reeva naar de opvang. Mijn vriendin Nicole komt op Rocco passen, maar ze is te laat.
De stress die ik al de hele dag in mijn lijf voel omdat ik vandaag de oncoloog ga ontmoeten, wordt door het te laat zijn van Nicole verergert. Ik weet op dit soort momenten niet meer wat ik met mezelf aan moet.
Error in mijn hoofd
Uit pure frustraties schop ik een paar keer tegen de voordeur terwijl ik erop los scheld. Op de achtergrond hoor ik Daniel zeggen: ‘Laat het los schatje, er is niks aan te doen.’ Maar er is een error in mijn hoofd. De frustratie neemt de overhand, ik schreeuw tegen hem dat ik godverdomme al zo veel moet accepteren. Rocco kijkt me beduusd aan vanuit de armen van zijn vader.
Alleen naar het ziekenhuis
Ik pak de autosleutel. Dan maar alleen naar het ziekenhuis. Met tranen in mijn ogen ren ik naar de auto terwijl ik buurvrouw Lia passeer. Ze kan nog net op tijd de bosjes in springen. Reeva noemt haar altijd liefkozend oma Lia.
Op de parkeerplaats merk ik dat ik tril van frustratie. Los van dat het niet verstandig is om nu te rijden, wil ik überhaupt niet alleen gaan. Niet nu al. Ik race terug en trek Lia uit de bosjes. ‘Kun jij alsjeblieft op Rocco passen?’ Volmondig zegt ze: ‘Ja’.
Worsteling
Lia loopt mee naar binnen en ik zie haar angst. Afgelopen maanden hebben we elkaar gemeden. Ze is zo huiverig voor corona. Zo bang om ziek te worden. Als er ook maar iemand in de buurt komt, zegt ze: ‘Anderhalve meter!’
Maar nu staat ze in mijn huis, op nog geen meter afstand van Daniel. Alles in haar wil ons helpen, maar ik zie de worsteling dat ze Rocco niet uit Daniels armen durft te pakken. Snel zeg ik tegen hem: ‘Leg Rocco maar op de bank’. Lia gaat direct naast hem zitten, maakt oogcontact met hem en zwaait ons uit.
Niet kletsen maar huilen
Vlak voordat ik de deur uitstap, wijs ik nog naar Rocco’s schema dat op de koelkast hangt. Ik duw het flesje met die stomme kunstvoeding in haar handen en trek aan Daniels arm om daarna richting de auto te rennen.
In de auto typ ik een overdracht aan Nicole en barst daarna in huilen uit. Dit had ik zo graag anders willen doen voor Rocco. Gewoon samen in bed liggen, in zijn pretoogjes kijken en luisteren naar zijn gebrabbel. Met hem kletsen alsof we elkaar al verstaan. Zeggen dat ik van hem hou en hem voeden zodra hij ook maar een beetje begint met pruilllippen.
Controlfreak
Maar het is niet zo, we rijden weer naar het ziekenhuis, naar het kankerziekenhuis. Ik hoop zo dat we op tijd zijn. Ergens weet ik dat tien minuten echt niks uitmaakt, maar weet jij veel, misschien vindt de arts me wel niet serieus genoeg in het beter willen worden en gaat hij me een lesje leren door extra veel kutchemo in mijn infuuszakje te stoppen.
Mijn hoofd draait overuren. Ik probeer grip te krijgen, maar het lukt niet. Kanker krijgen terwijl je een controlfreak bent, is niet gemakkelijk.
Weg ermee
Als ik dan eindelijk de oncoloog ontmoet, vraag ik of ik het gesprek mag opnemen. Hij stemt toe, maar benadrukt dat de opname enkel voor eigen gebruik is. Tuurlijk, ik zal het niet online zetten, ik twijfel of ik het überhaupt ooit terug ga luisteren, want wie wil dit nou in godsnaam nog een keer horen? Ik hoop dat mijn hoofd gewoon werkt. Dan kan die opname daarna lekker weg, net als die 54mm-tumor.
De opname start en hij doet zijn mond open. De woorden vliegen door de ruimte terwijl hij zijn verhaal ondersteunt met een tekening op een A4’tje. Het voelt ergens als een verademing, want na al die onrustige weken weet ik eindelijk waar ik de komende tijd aan toe ben: stoppen met borstvoeding en starten met chemotherapie.
Rode duivel
De eerste kuur krijg ik vier keer, om de drie weken. Dit type chemo is een samenstelling van twee medicijnen en wordt ook wel ‘de rode duivel’ genoemd. Het heeft allerlei nare bijwerkingen, waaronder het uitvallen van mijn haar. Waarschijnlijk al binnen drie weken.
Daarna volgt twaalf keer één keer per week chemotherapie met een derde medicijn. Dat schijnt minder erg te zijn. Maar goed, na de rode duivel is alles soort van appeltje-eitje.
Chemische zooi
4×3 = 12 weken + 12 weken = 24 weken. Vier-en-twin-tig weken. Een half fucking jaar. Na deze chemische zooi volgt de operatie. En gezien de ligging van mijn megatumor moet ik me voorbereiden op een amputatie (slik). Als kers op de taart krijg ik ‘mogelijk’ bestraling, dat kunnen ze pas na de operatie bepalen, afhankelijk van hoe de tumor op de chemo reageert.
Arme eierstokken
Als ik mijn vonnis tot me heb genomen en aanstalten maak om de kamer te verlaten, stopt mijn arts niet met praten. Er is namelijk meer. Mijn tumor is hormoongevoelig en vreet dus aan allerlei oestrogene cellen. Mijn arme eierstokken! Chemotherapie is systematisch en valt van alles aan – de kankercellen, maar ook de goede cellen. Naar verwachting zal het mijn eierstokken ook lamleggen en mogelijk beschadigen. Ik kom in de overgang, misschien wel voor de rest van mijn leven.
Oude vrouw
Maar de dokter heeft een middeltje, een hormoonspuit, die elke maand door de huisarts gezet kan worden om mijn eierstokken te beschermen tegen de chemo. Daardoor kom ik zeker in de overgang, want die spuit legt mijn eierstokken lam en maakt een oude vrouw van me. Inclusief opvliegers, spier- en gewrichtspijnen en een verlaagd libido.
Kers op de taart
Stop denk ik, hou op met praten, niet zeggen dat er meer is… Maar er ís meer, de échte kers op de taart. De oncoloog raadt me aan om na het bestralen nog aan hormoontherapie te doen. Om nog beter uit te sluiten dat er microkankercellen door mijn lichaam blijven zwemmen.
Die pilletjes moet ik een periode slikken. En die periode is niet slechts een jaar dat ik als stipje op de horizon had getekend. Het moet vijf jaar. V-I-J-F jaar. Vijf jaar een droge kut, dat is het eerste wat ik denk.
Ik moet weer janken.
Artikelen van Ouders van Nu ontvangen in je mailbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.