Jojanneke zoekt het uit: is de liefde voor auto's bij jongens aangeleerd of niet?
Jongens houden van auto’s, meisjes van poppen. Wát een onzin, vond Jojanneke. Tot haar zoontje IJsbrand (2) opvallend vaak zijn autootjes erbij pakte. Daarom zoekt Jojanneke deze keer uit of meisjes en jongens écht andere speelgoedvoorkeuren hebben of dat het aangeleerd gedrag is.
Dikke onzin
Het is een bekend verhaal: meisjes houden van poppen, want ze zijn in de wieg gelegd om voor anderen te zorgen. En jongens, die houden van auto’s. Dikke onzin, dacht ik. Die voorkeur dringen ouders hun kinderen zelf op. Dat zouden wij heel anders doen. Maar toen we zagen hoe hartstochtelijk IJsbrand zich op zijn ene speelgoedautootje stortte, haalden we er al snel (veel) meer in huis. Zit die autoliefde bij jongens echt in hun natuur?
Lees ook: Welk speeltype is jouw kind?
Oh boy
Ook volwassen wetenschappers houden zich graag bezig met speelgoed. Een recent artikel¹ duikelde wel 75 onderzoeken op die allemaal naar speelgoedvoorkeur keken. Bijvoorbeeld door kinderen te laten kiezen (de auto of de pop), te kijken naar welk speelgoed ze aan de kerstman vroegen, of door hun speelgedrag te observeren. Toen de onderzoekers al die tests samenvoegden, bleken de verschillen tussen jongens en meisjes inderdaad groot. Dat ligt vooral aan de jongens: die spelen veel liever met auto’s dan met poppen. De poppenvoorkeur van meisjes blijkt minder sterk. Zij spelen juist graag met allerlei soorten speelgoed.
Aapjes kijken
Dat die poppenvoorkeur helemaal niet zo sterk in de vrouwelijke natuur zit, blijkt ook uit een test² bij apen. In het buitenverblijf van een troep resusapen zetten onderzoekers telkens twee stuks speelgoed neer: een pluchen knuffel (bijvoorbeeld een teddybeer, knuffelkoala of lappenpop) en een speeltje op wielen (zoals een auto, vrachtwagen of winkelwagentje). Daarna lieten ze de dieren los. En nu komt de aap uit de mouw: mannetjesapen speelden het liefst met een ding op wielen, terwijl vrouwtjes-apen ongeveer even vaak met de voertuigen als met de knuffels speelden. Die uitkomst aapt dus de voorkeur bij mensen na!
Lees ook: Samen spelen, hoe leert je kind dat?
Speelgoedvoorkeur
Merkwaardig is het wel. In de oertijd sjeesden er nog geen auto’s rond. En het wiel moest letterlijk nog worden uitgevonden. Hoe kan de voorliefde voor voertuigen dan zo ingebakken zitten? Is het een zwak voor draaiende dingen? Of voor voorwerpen waarmee je hard kunt gooien? Daar zijn wetenschappers nog niet over uit. Wat wél duidelijk is: die speelgoedvoorkeur is niet alléén maar aangeboren. Het is ook bepalend waaraan je kinderen blootstelt. Hoe eenzijdiger het speelgoed thuis, hoe smaller de interesse³. En dat beperkt welke vaardigheden een kind leert.
Toegegeven, wij hebben niet veel poppen in huis. Maar knuffels des te meer. En daar kun je ook heel goed verzorgend gedrag mee leren. Bijvoorbeeld door een pleister op het pootje van de beer te plakken. Als-ie voor de zoveelste keer is overreden door een monstertruck.
Dit artikel is eerder verschenen in Ouders van Nu Magazine – Bronnen: Springer link, Sciencedirect, Springer.
1 Davis & Hines (2020). How large are gender differences in toy preferences? A systematic review and meta‑analysis of toy preference research. Archives of Sexual Behavior.
2 Hassett et al. (2008). Sex differences in rhesus monkey toy preferences parallel those of children. Hormones and Behavior. 3 Boe & Woods (2018). Parents’ influence on infants’ gender-typed toy preferences. Sex Roles.