Meteen raak
'Toen Arthur en ik elkaar leerden kennen, stonden we er hetzelfde in: we hadden allebei een grote kinderwens, maar eerst wilden we veel van de wereld zien. We reisden door Sri Lanka, Borneo, Maleisië, Indonesië en Florida en na onze reis door Mozambique, Zimbabwe, Botswana en Zuid-Afrika besloot ik mijn spiraaltje te laten verwijderen. Het was meteen raak.
Lees ook: Spiraal verwijderen: alles wat je moet weten
Twee hartjes
Al snel googelde ik me suf. Ik wilde alles weten over zwangerschappen en wat er gebeurde in mijn buik. Ik las ook over tweelingzwangerschappen, en hoe je daar vaak extra moe en misselijk van bent. Misselijk was ik amper en de vermoeidheid was te doen. Daarbij kwamen tweelingen niet voor in onze familie. Dat er misschien een tweeling in mijn buik zat, was dus nooit in me opgekomen.
Met tien weken kregen we de eerste echo. "Het hartje klopt!" zei de verloskundige blij. Helemaal gelukkig keken Arthur en ik elkaar aan. Er zat écht een kind in mijn buik. Maar verder bleef het even stil aan de kant van de verloskundige. Opnieuw keken Arthur en ik elkaar aan. "Is er iets?" vroeg ik. "Nou," aarzelde ze, "Ik mag jullie feliciteren. Het zijn er twee!"
Er schoot direct van alles door mijn hoofd: een tweeling?! Hoe kan dat nou? Hoe zou dat zijn? Wat komt daar allemaal bij kijken? Toen de shock weer was gezakt, waren we opnieuw enorm blij. "Ik zie alleen geen vliesje," zei de verloskundige tussen neus en lippen door. Maar wij hadden geen idee wat dat betekende. We werden doorverwezen naar het ziekenhuis, omdat we nu medisch waren, en leefden op een roze wolk. Een tweeling! Wie had dat gedacht?
Slechtnieuwsgesprek
Al snel konden we in het ziekenhuis terecht, waar we in één klap van onze roze wolk werden gegooid. Ik bleek zwanger van een monoamniotische monochoriale tweeling, wat inhoudt dat de baby's de vruchtzak en de placenta delen. Iets wat heel zeldzaam is en maar bij een op de honderd tweelingzwangerschappen voorkomt. In vijftig procent van deze gevallen betekent het dat ze in elkaars navelstreng verwikkeld raken of dat er knopen in de navelstreng ontstaan, waardoor ze overlijden.
Onze tweeling had dus vijftig procent kans om het niet te overleven. Ik ben een superpositief ingesteld mens, maar toen ik dat hoorde, zakte de grond onder mijn voeten vandaan. Er werd gevraagd of we dit wel aan zouden kunnen, en of we de zwangerschap niet liever wilden afbreken. Dat gebeurde vaak in het geval van een monoamniotische monochoriale tweeling.
70% van de eeneiige tweelingen is monochoriaal: ze delen één placenta. Bij een monoamniotische monochoriale tweeling delen de baby's niet alleen de moederkoek, maar zitten ze ook in één gemeenschappelijke vruchtzak. Dat is zeer zeldzaam en komt slechts voor bij 1 op de 100 tweelingzwangerschappen. Twee-eiige tweelingen hebben altijd een eigen placenta én een eigen vruchtzak.
Lees ook: Eeneiige of twee-eiige tweeling: hoe ontstaan ze, en wat zijn mogelijke complicaties?
Snel gemaakt
Waar ik een aantal uur terug nog zo gelukkig was, werd er nu aan me gevraagd of ik mijn zwangerschap wilde stoppen. Mijn hoofd duizelde. Ondanks de grote angst die ik voelde, was de beslissing snel gemaakt: vanaf die eerste echo voelde ik een band met de baby's. Geen haar op mijn hoofd die erover dacht om ze te laten weghalen.
Ik was me bewust van de risico's, maar hield vast aan dat er ook een kans was dat het wél goed kwam. Direct spraken Arthur en ik af: als dit allemaal goed gaat, gaan we als gezin op wereldreis. Om het leven te vieren.
Leven ze nog?
In de maanden die volgden, leefden we in een continue staat van angst en spanning. Als ik op de fiets zat en de tweeling even niet voelde, dacht ik direct: wat als ze dood zijn? Die onzekerheid domineerde mijn zwangerschap. Ik deed enorm mijn best om positief te blijven, maar die donkere wolk kreeg ik maar moeilijk weggeblazen.
Ik durfde ook niet na te denken over de toekomst. Ik leefde van controle naar controle, die soms wel dagelijks was omdat het de meest risicovolle zwangerschap is die er bestaat. Ik was enorm dankbaar dat we zo nauwlettend in de gaten werden gehouden, maar het was allesbehalve de zwangerschap waar je van droomt.
Er werd een afspraak gemaakt voor de bevalling, een keizersnee met maximaal 32 weken. Want hoe groter de tweeling groeide, hoe groter de kans dat ze het niet zouden overleven. Ik probeerde van de kleine dingen te genieten, maar de angst overheerste. Elke controle weer was mijn enige vraag: leven ze nog?
Lees ook: Bevallen van een tweeling: alles wat je moet weten
Voorzichtig vertrouwen
De baby's bleken het hartstikke goed te doen, al was de 20 wekenecho even extra spannend. Er kleven namelijk nog meer risico's aan een monoamniotische monochoriale tweeling, zoals hartfalen. Maar de twee dames (ja, dames!) bleken verder helemaal in orde en ze groeiden goed.
En toen we bij een controle vier weken later te horen kregen dat de meisjes het nog steeds hartstikke goed deden, durfden we voor het eerst spulletjes te kopen voor de kinderkamer. We kregen beetje bij beetje wat meer vertrouwen. Ik durfde voorzichtig te fantaseren over onze toekomst als gezin.
Regelmatig had ik een soort visioen van mezelf met aan allebei mijn handen een kind, op een prachtig tropisch strand. Als ik daaraan dacht, voelde ik mijn hele hart warm worden. Die wereldreis met onze meisjes zou er komen, hoe dan ook.
Een overvolle ok
Drie dagen van tevoren wisten we op welke datum de tweeling geboren zou worden. Dat was spannend op heel veel manieren. Zou de keizersnee goed gaan? Zou de tweeling het gaan redden? Zouden ze naar de intensive care moeten of mochten ze meteen naar de mediumcareafdeling?
Op de dag van de keizersnee stond de hele ok vol. Ik was een bijzonder geval en werd een studieobject. Ik vond het prima, want ik begreep dat het een bijzondere situatie was, maar het was ontzettend overweldigend: al die artsen in de kamer op zo'n intiem moment, de spanning over of het goed zou gaan, de spanning rondom de gezondheid van de tweeling… Ik kon het mentaal amper bijbenen.
De keizersnee ging gelukkig goed, op het verlies van flink wat liters bloed na. De tweeling, Evi en Saar, bleek sterk genoeg om naar de medium care te mogen, waar ze extra zuurstof kregen en aan allerlei toeters en bellen werden gehangen.
Lees ook: Pasgeboren baby: dit gebeurt in de eerste 30 minuten
Vechters
Natuurlijk wisten we van tevoren dat ze direct gemonitord moesten worden, en waren we allang blij dat ze op de medium care lagen, maar toch was het even slikken toen we naar ze keken: liggend in een couveuse, aan allerlei monitors. Ik kon die knop gelukkig snel omzetten: ze leefden, dat was het enige dat telde. En ze mochten niet al te lang daarna bij mij op de borst liggen, voor de hechting.
Evi en Saar deden het hartstikke goed. Sterker nog: het leek elke dag alleen maar beter te gaan. Totdat we plots bericht kregen dat hun hartslag steeds zakte, zonder duidelijke aanleiding. Even ging het zelfs zo slecht dat het reanimatieteam al klaar stond. Maar diep vanbinnen voelde ik dat deze twee vechters ook dit aankonden. En dat bleek het geval: al snel ging het weer beter met ze. Na vijfenhalve week mochten ze mee naar huis om daar verder aan te sterken en groeien.
Zware tijd
Inmiddels zijn Evi en Saar 3 jaar en doen ze het supergoed. Het zijn heerlijk eigenwijze peuters en je merkt totaal niet dat ze zo veel te vroeg zijn geboren. Ik ben zo trots op ze en blij dat ik mijn intuïtie heb gevolgd door ze die kans op een mooi leven te geven.
Wel heb ik met behulp van een psycholoog en EMDR-therapie de zwangerschap en de geboorte een plek moeten geven. Het was veel: de angst en onzekerheid tijdens de zwangerschap, de spannende keizersnee, de eerste weken na de geboorte en de mini-terugval van de meisjes. Het was de meest bijzondere, maar ook de meest zware tijd van mijn leven.
Onze belofte aan elkaar zijn we niet vergeten. Over een paar weken komt onze droom uit: we gaan op wereldreis. De meisjes zijn groot genoeg, we zitten niet meer met luiers en slaapjes en ze hoeven nog niet naar school. Vier maanden lang reizen we door Thailand, Laos, Vietnam, Nieuw-Zeeland en wie weet waar nog meer. We gaan het leven vieren. Samen met onze kneitersterke meisjes.'