Als je partner en jij na de zwangerschap allebei gaan werken, wil je je kind straks misschien naar de kinderopvang brengen. Mocht je gebruikmaken van een kinderdagverblijf of gastouder, dan is het belangrijk om de inschrijving op tijd te regelen. De beschikbaarheid is in veel regio's beperkt en je kunt te maken krijgen met (lange) wachtlijsten. Hier lees je welke vormen kinderopvang er zijn, de voor- en nadelen van kinderopvang en wat er nog meer mogelijk is.
Wat is het verschil tussen een kinderdagverblijf en een kinderopvang?
Kinderopvang is de opvang van een kind wanneer de ouders werken. Het kinderdagverblijf is een vorm van kinderopvang, maar er zijn ook andere vormen. Kinderopvang is dus niet altijd een kinderdagverblijf, maar kan bijvoorbeeld ook gastouderopvang zijn. Maar in de praktijk worden de termen ook door elkaar gebruikt: ouders zeggen bijvoorbeeld dat ze hun kind naar de opvang of de crèche brengen, als hij naar het kinderdagverblijf gaat.
Lees ook: Kinderopvangtoeslag, wanneer heb je er recht op?
Welke drie vormen van kinderopvang zijn er?
Er zijn verschillende soorten kinderopvang: het kinderdagverblijf, gastouderopvang en vanaf de basisschool kan je kind naar de buitenschoolse opvang (BSO).
1. Kinderdagverblijf
Een kinderdagverblijf (ook wel crèche genoemd) is dagopvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar. Vanaf welke leeftijd je je baby naar de crèche kunt brengen, verschilt per organisatie. Vaak is er opvang vanaf 6 weken en soms pas vanaf 3 maanden, maar dit is ook afhankelijk van de beschikbaarheid. In de regel brengen ouders hun baby naar de kinderopvang wanneer het bevallingsverlof en het partnerverlof voorbij zijn.
Op het kinderdagverblijf brengt je baby hele of halve dagen door in een veilige, gezellige omgeving met slaapplekken, veel speelruimte en uitdagend speelmateriaal voor elke leeftijd en fase. Hij wordt er samen met andere kinderen verzorgd en begeleid door pedagogisch medewerkers.
Een kinderdagverblijf moet zich houden aan de landelijke eisen en verplichtingen van de Wet Kinderopvang. De dagopvang op het kinderdagverblijf wordt jaarlijks door de GGD gecontroleerd op veiligheid, hygiëne en op het uitvoeren van het pedagogisch beleidsplan. Het inspectierapport is altijd ter inzage beschikbaar voor ouders, bijvoorbeeld via de website van het kinderdagverblijf en via het Landelijk Register Kinderopvang.
Lees ook: Kinderopvang met horizontale of verticale groepen, wat is het verschil?
Hoe ziet een dag op het kinderdagverblijf eruit?
Als je baby voor het eerst naar de kinderopvang gaat, wil je graag weten hoe hij daar de dag doorbrengt. Gelukkig mag je kind (en jij) eerst wennen. Hier krijg je vast een inkijkje.
2. Gastouderopvang
Als je kiest voor gastouderopvang worden je kinderen opgevangen door een gastouder of gastgezin thuis. Er mogen maximaal 6 kinderen in de leeftijd van 0-12 jaar worden opgevangen, inclusief de eigen kinderen (onder de 10 jaar) van de gastouder. Gastouderopvang is dus kleinschaliger, persoonlijker en meestal ook goedkoper dan een kinderdagverblijf. Ook is deze vorm van kinderopvang vaak flexibeler qua opvangtijden, dagen ruilen of eens een extra dag opvang. Een gastouder die bij jou thuis komt, is ook een optie.
Niet iedereen kan zomaar gastouderopvang aanbieden. Gastouders moeten onder meer een pedagogische opleiding hebben gevolgd en ingeschreven staan bij een gastouderbureau. Zo wordt gecontroleerd of de gastouder voldoet aan de Wet Kinderopvang. Gastouders in jouw omgeving kun je opzoeken in het Landelijk Register Kinderopvang, waar je ook de inspectierapporten van de GGD vindt.
3. Buitenschoolse opvang
Het duurt misschien nog even voor je er gebruik van maakt, maar de buitenschoolse opvang (BSO) is de kinderopvang voor kinderen die naar de basisschool gaan. Ze kunnen er terecht na schooltijd, tijdens schoolvakanties en op studiedagen (dan is de basisschool gesloten omdat leerkrachten bijvoorbeeld trainingen volgen).
Meestal zit de BSO in de buurt van de basisschool. De kinderen worden door een medewerker van de BSO van school gehaald en de openingstijden zijn op de schooltijden afgestemd. In sommige gevallen kunnen kinderen ook voor schooltijd al naar de BSO gaan, de zogenaamde voorschoolse opvang.
Lees ook: Zo ziet kinderopvang op de BSO eruit
Andere soorten opvang
Naast professionele opvang met kwaliteitseisen, zijn er ook informele oppasvormen, zoals:
Oppas aan huis
Behalve voor kinderopvang, kun je ook kiezen voor oppas. Misschien denk je daarbij allereerst aan opa's en oma's, maar een oppas of nanny aan huis is ook een optie. Zij is er tijdens de uren dat jij en je partner werken. Naast het opvangen van je kind kan de oppas in overleg ook huishoudelijke taken doen. Voor een gezin met meer kinderen kan een oppas een relatief goedkopere oplossing zijn.(Schoon)ouders oppassen
Willen je (schoon)ouders oppassen, dan is het ook verstandig om het te hebben over een vergoeding voor hun vaste oppasdag(en). Ze krijgen hiermee eigenlijk een dubbelrol: die van kinderopvang én familie. Door jullie verwachtingen, ook financieel, van beide kanten uit te spreken, leid je dit in goede banen. Lees ook: Oppasopa en -oma, zo wordt het een succes
Tip: zo vind je een betrouwbare oppas
Een oppas die je vast op je kind laat passen en hem of haar ophaalt vanuit school, is iets anders dan een (jongere) oppas vinden voor date night. Waar vind je een geschikte oppas voor af en toe? En wat kost dat? Hier staan gangbare oppastarieven én veel slimme zoektips.
Voordelen van kinderopvang
Kinderopvang maakt het mogelijk dat beide ouders kunnen blijven werken. Dat is niet alleen fijn voor de inkomsten, maar je werk kan ook erg belangrijk zijn voor je eigen ontwikkeling en je geluksgevoel. En kinderopvang kan nog veel meer voordelen hebben. Bijvoorbeeld op het gebied van:
Sociale vaardigheden. Je kind speelt met andere kinderen, maar leert ook meedraaien in een groep, grenzen herkennen en aangeven, en sociaal gedrag als troosten, voor elkaar opkomen, ruziemaken én het weer oplossen.
Cognitieve ontwikkeling. Een kinderdagverblijf werkt met een pedagogisch beleid, waarin onder meer aandacht is voor spelenderwijs leren. Creatieve activiteiten, muziek maken, spelen in de tuin, theaterbezoek, modderdag: er wordt van alles aangeboden.
Taalontwikkeling. Tijdens het voorlezen, samen zingen en doordat pedagogisch medewerkers veel benoemen wat de kinderen meemaken en doen, vergroot je kind zijn woordenschat en leert hij veel over communiceren.
Motorische ontwikkeling. Je kind kan zich op de kinderopvang uitleven met allerlei speeltoestellen en -materialen. Ook is er (buiten) ruimte om lekker te bewegen.
Leren van elkaar. Een kind leert veel van leeftijdsgenoten. Ze doen elkaar na, kijken bij elkaar 'kunstjes' af en samen zijn ze meer geneigd om nieuwe dingen te proberen. Zoals op een potje plassen en handen wassen.
Hulp bij de opvoeding. De pedagogisch medewerkers leren je kind goed kennen en hebben kijk op de behoefte aan uitdaging, sturing en grenzen. Loop je thuis ergens tegenaan, dan kunnen ze met je meedenken.
Contact met andere ouders. Via het kinderdagverblijf kom je heel makkelijk in contact met andere leuke ouders. Tijdens het brengen of halen heb je zo een koffiedate geregeld.
Voorbereid op school. Je kind doet op de kinderopvang al veel ervaring op die de overgang naar de basisschool makkelijker maakt. Ook wordt er aandacht besteed aan zelfstandigheid, zoals zelf naar de wc gaan en je jas en schoenen aantrekken.
Lees ook: Kinderen die naar de opvang gaan zijn minder vatbaar voor angsten en depressie, blijkt uit onderzoek
Nadelen van kinderopvang
Of een kinderopvang ook nadelen heeft, verschilt per kind en per ouder. Misschien vind je het – zeker de eerste tijd – moeilijk om je kind een hele dag te missen. Of je kind heeft veel moeite om te wennen aan de drukte en het andere ritme op de crèche. Bij sommige kinderen leidt dit tot spanning, overprikkeld raken of slechter slapen.
Doordat je baby op de kinderopvang veel in aanraking komt met andere kinderen, pikt hij ook makkelijker kinderziektes en virussen op. Zeker in de eerste jaren kun je het gevoel hebben dat je kind (en jij daardoor misschien ook) aan de lopende band snotterig en koortsig is. En omdat hij met koorts niet op de kinderopvang terecht kan, zul je regelmatig vrij moeten nemen. Een voordeel bij dit nadeel: je kind bouwt op deze manier wel een goede weerstand op, waardoor hij later (op de basisschool) minder snel ziek wordt.
Lees ook: Calamiteitenverlof, aan het werk als je kind ziek is?
Verschil kinderopvang en peuterspeelzaal
Vanaf 2 jaar tot 4 jaar kan je kind naar de peuterspeelzaal. Officieel heet dit de peuteropvang, omdat hier dezelfde kwaliteitseisen gelden als op de kinderopvang. Ook kun je voor de peuterspeelzaal, net als voor andere kinderopvang, kinderopvangtoeslag aanvragen als jij en je partner werken. Maar wat is dan het verschil tussen kinderopvang en de peuterspeelzaal?
De peuterspeelzaal is in principe niet bedoeld als opvang voor kinderen van werkende ouders, maar draait meer om de ontwikkeling van een kind. Je kind kan hier bijvoorbeeld een ochtend per week spelen met andere kinderen. Ook leert hij er, net als op het kinderdagverblijf, spelenderwijs onder begeleiding van pedagogisch medewerkers. Dit kan de overgang naar de basisschool straks een stuk soepeler maken.
De peuteropvang is meestal niet hele dagen open, maar bijvoorbeeld alleen de ochtenden. Tijdens de schoolvakanties is de peuterspeelzaal over het algemeen gesloten. Hier lees je meer over de peuterspeelzaal.
Ouderparticipatiecrèche (OPC)
In sommige woonplaatsen zijn ouders samen een ouderparticipatiecrèche (OPC) gestart: ze passen in 'diensten' op elkaars kinderen. Een OPC moet zich aan dezelfde regels houden als een reguliere kinderopvang, alleen hoeven de ouders er geen speciale opleiding voor te hebben gedaan. Wel moet de crèche op een aparte locatie zijn, dus niet bij een van de ouders thuis.
Wanneer deze kinderopvang voldoet aan de kwaliteitseisen, kan er ook kinderopvangtoeslag worden aangevraagd. Op Rijksoverheid.nl vind je informatie over het opstarten van deze vorm van kinderopvang.
Kosten en vergoeding kinderopvang
Kinderopvang, of het nu bij een kinderdagverblijf, gastouder of BSO is, kost geld. Elke opvangorganisatie bepaalt zelf zijn eigen uurtarief. Als je werkt en/of voldoet aan een aantal andere voorwaarden, krijg je een deel van wat je aan de kinderopvang betaalt vergoed via de kinderopvangtoeslag. Op belastingdienst.nl kun je een proefberekening maken van hoeveel kinderopvangtoeslag je krijgt.
De overheid stelt jaarlijks maximum uurprijzen voor de kinderopvang vast waarover je een vergoeding kunt krijgen. Voor 2025 is de kinderopvangtoeslag per uur: € 10,71 voor het kinderdagverblijf, € 8,10 voor gastouderopvang en € 9,52 voor de BSO. Rekent jouw kinderopvang een hoger uurtarief? Dan moet je de kosten boven het maximum uurtarief zelf betalen.
Hier lees je meer over de voorwaarden voor kinderopvangtoeslag en hoe je dit aanvraagt.
Bronnen: Rijksoverheid, Nederlands Jeugdinstituut