
Eva's tip om een dwarse peuter te overleven
Eva weet nog als de dag van gisteren hoe wanhopig ze werd van een driejarige die op alles 'nee' zei. Tegen alle dwarse-peuter-moeders wil ze zeggen: je doet niets fout en het is een kwestie van uitzingen.
Mijn dochter wilde niet mee naar de bakker. Ik wel. het brood was op. Een logische reden om even naar de winkel om de hoek te lopen, toch? Nee, vond mijn dochter. Want mijn dochter was drie jaar. En haar idee van logica was héél anders dan het mijne.
‘Maar dan krijg je zo’n leuk muizenpuntje van die lieve winkelmevrouw?’ ‘Nee’.
‘Maar het is heerlijk weer, lopen we gelijk even langs de schommel.’ ‘Nee’.
‘Ah, voor mama?’’NEEEEEEEE’.
Vermoeiend
‘Twee is nee’ hoor je weleens. In Engelstalige landen spreken ze van de terrible two’s. Bij mijn dochter was het niet met twee jaar, zij was op haar koppigst toen ze drie en vier jaar was. Dat was haar dwarse fase, de jaren dat ze niets wilde dat ik wilde. Ik moet zeggen: het was super-vermoeiend soms, maar het is niet de ergste fase die ik ooit heb meegemaakt. Dat vond ik de babytijd. Al die mensen met hun wacht-maar-tot-waarschuwingen (ze gaan lopen, ze peuter zijn) hadden geen gelijk. Ik heb tot op heden nooit iets lastigers meegemaakt dat een niet-slapende en huilende baby.
Herrie
Waarom ik de dwarse-peuter(en-kleuter)-fase minder erg vond? Een schreeuwende peuter is ook irritant, maar dan weet je tenminste waarom al die herrie geproduceerd wordt. Wat niet wil zeggen dat het een logische reden is (in mijn ogen). Mijn dochter schreeuwde namelijk vooral ‘nee’ omdat:
- Ik haar mee had genomen naar de speeltuin (Kindermishandeling! Hoe kon ik denken dat ze het leuk zou vinden in de speeltuin?).
- Ze mee terug naar huis moest (ze was pas drie uur in de speeltuin en het regende helemaal niet zo hard).
- Ik per ongeluk voorbij haar favoriete programma had gezapt waardoor ze er twee seconden van gemist had (het was pas de honderdste keer dat ze die Bumba-aflevering zag en de verhaallijn steekt ingewikkelder in elkaar dan je denkt).
- Ik haar zomerjas niet wilde pakken (terwijl er buiten een sneeuwstorm woedde).
En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Lees ook: Tips voor als je peuter weigert te slapen
Ferm zijn
Ze schopte de laarsjes weer uit die ik aan haar voeten had gedaan. ‘NIET naar de bakker’. Moest ik nu ferm zijn? ‘We gaan’. Of juist meer overleggen, haar een gevoel van controle geven? ‘Als we nu een lekker brood bij de bakker halen, kunnen we daarna nog even kleien, wat vind jij?’ Ik had geen flauw idee. Hoe weten andere ouders wat ze moeten doen op zo’n moment?
Omkopen
Nu, vier jaar later, is mijn dochter ook nog wel eens dwars. Maar inmiddels kan ik haar gewoon omkopen. ‘Dan halen we gelijk even brownies’ werkt nu echt. Ze is redelijker geworden. En sinds kort meen ik zelfs wat empathisch gevoel bij mijn zevenjarige te bespeuren. Ze lijkt het zowaar lullig voor mij te vinden om niet mee te gaan naar de winkel als we iets nodig hebben.
Meer lezen: Zo overleef je de peuterpuberteit
Falen
Ik kon wel janken. Door het raam zag ik andere moeders met buggy’s naar de bakker lopen. Hen lukte het wel. Zij konden wel opvoeden. Ik zat hier thuis zonder brood omdat mijn driejarige niet naar buiten wilde. Ik voelde me een falende moeder.
Nu weet ik: je bent geen mislukte ouder als je geen enkele indruk maakt op je peuter. Je bent niet zwak, je hoeft niet op opvoedcursus. Je moet het gewoon uitzingen. Het is een kwestie van wachten tot hun brein zich verder ontwikkeld heeft en inlevingsvermogen mogelijk maakt. Tot al je liefde, aandacht en opvoedpogingen hun vruchten gaan afwerpen. In de tussentijd moet je je kleine sociopaat maar zien te overleven.
En online boodschappen bestellen.