'"Is er ingebroken!?" Mijn slaperige schoonvader schrikt zich rot aan de andere kant van de lijn. Logisch, met zo'n telefoontje midden in de nacht. Nee, er is niet ingebroken. Mijn vliezen zijn gebroken!
Strakke timing
"Ik breng je naar opa en oma, dan kun je daar verder slapen," zegt Robert terwijl hij Luuk z'n jasje aantrekt. Luuk krijgt het maar half mee. Als ze de deur uit zijn, grijp ik wat spullen bij elkaar. Een uur geleden sliepen we nog, maar toen schrok ik wakker, omdat ik dacht: heb ik nou in mijn bed geplast? In de badkamer bleef het lopen. Duidelijk geen urine dus. Het bed staat pas sinds een dag omhoog. We zijn iets minder goed voorbereid dan de eerste keer, maar ik ben er zó klaar voor.
Lees ook: Vliezen gebroken, waar moet je op letten?
Het moet anders
"Kom maar," zeggen ze als we het ziekenhuis bellen. Met het risico dat we weer naar huis worden gestuurd, want ik heb nog geen weeën. Make-up, wat kleding: ik stop het in de tas en kijk nog een laatste keer de kamer rond of ik niks vergeet. Mijn eerste bevalling eindigde in een keizersnee met volledige narcose. Ik heb er dus niks van meegekregen. Deze keer moet het anders. Ze zeggen dat het een grote baby is, maar ik wil alles meemaken. Het liefst zo natuurlijk mogelijk.
Namenlijst
In de auto kletsen we wat over de namen. We weten nog niet wat we krijgen, maar de jongensnaam staat in elk geval vast. Voor een meisje zijn er twee kanshebbers. Oeh, ik voel een kramp. Begint 't op gang te komen? Nee, er gebeurt wel wat, maar dit is nog geen echte wee.
De parkeergarage is uitgestorven. We moeten zelfs aanbellen om het ziekenhuis in te kunnen. Maar we worden warm ontvangen. In de kamer word ik meteen aan de CTG gelegd. Weer zo'n kramp. "Jij gaat niet meer naar huis hoor," zegt de verpleegkundige. "Je bevalling is begonnen."
Leestip: Bevallingsverhaal: 'Ik hou Remco's hand stevig vast en voel ook zijn verdriet'
Klaar voor de start
Die mededeling lijkt wel een startschot. De weeën zetten meteen door. Om de minuut en vól in mijn rug. De eerste keer heb ik uren gedaan over een centimeter ontsluiting, dus ik ben voorbereid. Zolang ik de baby er zelf maar uit krijg. Geen narcose!
Ik probeer een houding te vinden, niks voelt goed. Volgende controle: vier centimeter ontsluiting. Wow, dat gaat snel! Met een schuin oog kijk ik naar mijn telefoon. Ik zou gaan lunchen met collega's, maar dat lukt natuurlijk niet meer. Zal ik ze appen? Oeh, een nieuwe wee. Ik leun eerst tegen de vensterbank en hang daarna over het aanrecht. De pijn in mijn rug is niet te harden. Mag ik pijnstilling? Er wordt een pompje aangesloten. Daardoor moet ik wel in bed blijven. Robert duwt bij elke wee op mijn onderrug. Ik knijp in de bedrand. Het pompje doet zijn werk.
Een kamer vol
Mensen lopen de kamer in en uit. Ik krijg het maar half mee. Zit in mijn eigen wereld. Acht à negen centimeter ontsluiting al. Het gaat supersnel. De verpleegkundige zegt: "We gaan ervoor hoor Cindy, dit moet gaan lukken." Het wordt druk om me heen. Er worden spullen klaargezet en het babybedje wordt binnengereden. "Ga maar op je zij liggen, dat helpt de baby te laten indalen," wordt er gezegd. Zo hé, ik voel meteen druk van onderen. Deze houding helpt inderdaad. De laatste controle: "Tien centimeter, je mag meepersen!" De gynaecoloog gaat ervoor zitten. Robert naast mij. "Kom op, je bent er bijna!"
Knip maar
Persen! Na één keer roept de gynaecoloog al: "Ik zie het hoofdje!" Maar ik moet nog een keer persen. En nog een keer. Hoe vaak nog? Het doet zo'n pijn! Robert moedigt me aan. Ik hoor iets over een schoudertje dat vastzit. Hebben ze het over een knip? Doe wat nodig is!
Laatste keer persen. Daar komt hij! Ineens houdt de gynaecoloog de baby omhoog. Ik kijk naar het hoofdje. Dit is écht een jongetje. Een tweede zoon! Tranen van blijdschap. Het is gelukt! Lieve Stijn, je bent er.'
Lees ook: Bevallingsverhaal: 'In twintig minuten tijd zijn we twee prachtige kinderen rijker'
Dit artikel is eerder verschenen in Ouders van Nu Magazine