Ik zit gezellig met een moeder uit de buurt aan een theetje op de trap voor ons huis. De zon schijnt en onze kinderen - van dezelfde leeftijd - zijn naar de speeltuin net om de hoek. Als ik mijn best doe hoor ik ze nog. 'Ze houden het lang vol vandaag', zeg ik na een halfuurtje. Meer als stilte-opvulling dan dat ik er iets mee bedoel. 'Nou, voor die van jou is dat wel een prestatie ja.'
Ehh. Wacht. Wat? In mijn hoofd struikelen mijn gedachten over elkaar heen. Was dit een sneer? En indirect een compliment naar haar kind? Dat zij zich zo lekker lang buiten kan vermaken? Maar waarom? Uit mijn mond komt stom genoeg niets en als de kennis vrolijk verder babbelt over iets anders is de kans om er ad rem op te antwoorden voorbij.
Lees ook: Onzeker door ongevraagd advies? 'Vraag je af waarom het je raakt'
Weg plezier
Het lijkt een onschuldige opmerking, maar komt bovenop uitspraken als: 'Gaat hij op voetbal? Dat vind ik nou echt niks voor hem'. En vele gesprekken waarin ze vertelt dat haar dochter wel wat extra uitdaging op school kan gebruiken, enorm sportief is en altijd alles eet wat ze haar voorschotelt en dan glimlachend besluit: 'Ja dat kun jij je niet voorstellen he, met van die slechte eters!'
Comparison is the thief of joy, las ik laatst. Een waarheid als een koe, want mijn joy is ver te zoeken na zo'n gesprekje. Waarom heb ik het idee dat onze kinderen zojuist langs een meetlat zijn gelegd door deze kennis en zij, geheel onpartijdig uiteraard, heeft besloten dat haar dochter het beste uit die vergelijking kwam?
In hokjes stoppen
Valerie Ritchie, opvoedcoach, counselor en Ouders van Nu-expert, ziet om zich heen dat veel ouders zich hier bewust of onbewust schuldig aan maken. 'Vergelijken is menselijk. Je verdeelt elkaar in hokjes om structuur aan te brengen voor jezelf. Ik denk alleen dat het geen handige manier is, zeker niet hardop en al helemaal niet bij kinderen. Een vergelijking is altijd een momentopname en ieder kind ontwikkelt zich op een eigen tempo.'
Als een kind op het ene vlak uitblinkt, is er vast ook iets wat minder goed gaat. En andere ouders weten dat, want die voeden net zo'n persoontje op en weten dat er echt niet alleen maar hoogtepunten zijn. Maar ook uitdagingen en zorgen. Dus wie houd je met opscheppen nu eigenlijk voor de gek? Ritchie vult aan: 'Daarbij ben ik ervan overtuigd dat ieder kind zijn hobbels wel tegenkomt op een bepaald vlak en op een bepaald moment.'
Lees ook: Goed om te weten: zo draag jij als ouder bij aan het (negatieve) zelfbeeld van je kind
Doe maar gewoon
Ongetwijfeld heb jij zelf ook wel eens een 'Oh, slaapt die van jou nog niet door?' of een 'Die van mij kon al lopen met elf maanden!' naar je hoofd gekregen. En grote kans dat het je niet lukte om te reageren met een oprecht: wat fijn voor je. Waarom triggert zo'n opmerking ons zo?
Ten eerste vinden we bescheiden mensen leuker dan arrogante, blijkt uit onderzoek van sociaal psycholoog Barry Schlenker. En, ten tweede, omdat zo'n opmerking nét een zwakke plek kan raken. Want zelf zou je ook best eens een nacht goed willen slapen en misschien vroeg je je toevallig net af wanneer jouw kind zijn eerste stappen gaat zetten.
Zo'n zinnetje van een trotse ouder kan je dan net weer even onzeker maken. En vooral bij een eerste kind ben je vaak al wat onzekerder, wat maakt dat je gevoelig bent voor zulke vergelijkingen.
Lees ook: Complimenten geven aan je kind, zo doe je het goed
Competitief
De crux is dat ouders die opscheppen over hun kind dit soms juist doen uit onzekerheid. Ritchie zegt hierover: 'Het kan een manier zijn om je eigen onzekerheid over de ontwikkeling of het gedrag van hun kind te maskeren. Dus dan maar een andere eigenschap groot maken en benadrukken. Roepen hoe geweldig sportief hij is, omdat je hoopt dat het dan minder zichtbaar is dat hij niet zo sociaal is.'
Wat Ritchie ook opvalt is dat mensen tegenwoordig sowieso een erg competitieve houding hebben, ook met betrekking tot hun kinderen. 'Een kind kan dan het middel zijn om op te scheppen. Sommige ouders zien het als hun verdienste, als hun kind snel doorslaapt of snel loopt. Kijk, hoe goed ik opvoed: mijn kind kan al zelf eten.
Je ziet soms ook dat ouders zelf vroeger ergens nét niet succesvol in waren, dit alsnog uit hun kind proberen te halen.' Zo van: mij is het niet gelukt, maar kijk mijn kind nou. 'Die ouders hebben dan het gevoel dat dan toch een beetje op hen afstraalt.'
Kwetsbaarheid tonen
Trots op onze kinderen zijn we allemaal. Dus als de ouder naast je op het voetbalveld de loftrompet steekt over haar kleine topscoorder, heb je soms voor je het weet je eigen trompet erbij gepakt en kom je in een vicieuze cirkel van opscheppen terecht. Hoe verleidelijk ook om vuur met vuur te bestrijden: zo worden gesprekken over het ouderschap natuurlijk nooit eerlijker.
Ritchie: 'Ik denk dat het uiteindelijk veel waardevoller is als mensen een stukje kwetsbaarheid durven tonen. Eerlijk naar elkaar kunnen zijn, waardoor ouders herkenning vinden in elkaars worstelingen. En misschien kun je elkaar dan zelfs helpen.'
Lees ook: Waarom ouders massaal steun zoeken op Instagram, TikTok en Facebook
Sociale antenne
Een ouder aanspreken op opschepperig gedrag raadt Ritchie alleen aan wanneer je echt bevriend bent met deze ouder en je wilt dat jullie gesprekken voortaan anders verlopen. Kortom: als je wilt investeren in de relatie.
Anders is een reactie als: 'ik zie dat jij echt heel trots bent op je kind', wellicht afdoende. Voor de onzekere opschepper, voor de competitieve opschepper, maar ook voor de ouder met de slecht afgestelde sociale antenne die gewoon uit elkaar knalt van trots over haar kind.
Want ach, soms is het ook niet meer dan dat. Iemand die het verkeerde publiek heeft gekozen. En in het vervolg beter een opa of oma kan bellen om in de trots te delen.