Basisschool kerndoelen zijn overal hetzelfde
In Nederland zijn er veel verschillende soorten basisscholen waaruit je kunt kiezen, die elk hun eigen manier van lesgeven hebben. Toch moet een kind dat bijvoorbeeld naar een Daltonschool gaat aan het einde van de rit ongeveer hetzelfde kunnen als een ander kind dat naar de Vrije School is geweest. De kerndoelen van alle basisscholen zijn dus hetzelfde: die zijn namelijk vastgelegd en voorgeschreven door het Ministerie van Onderwijs.
Het doel van de kerndoelen
Er zijn in totaal 58 kerndoelen. Het ministerie wil hiermee bereiken dat kinderen op alle basisscholen in principe hetzelfde leren, en dat het basisonderwijs overal goed en doelgericht is. Bovendien moeten de kerndoelen kinderen goed voorbereiden op het voortgezet onderwijs.
Welke vakken zijn verplicht?
Vakken waarvoor kerndoelen gelden zijn wettelijk verplicht. Dit betekent dat alle kinderen deze vakken krijgen, ongeacht het type basisschool. Een school mag wel zelf bepalen hoe de lessen in deze vakken worden ingevuld en met welk lesmateriaal. Daarvoor geven de kerndoelen voldoende ruimte.
Verplichte vakken:
-
Nederlandse taal
-
Engelse taal
-
Friese taal (als de school in Friesland staat)
-
rekenen en wiskunde
-
oriëntatie op jezelf en de wereld (bijvoorbeeld aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, burgerschapsvorming en verkeersles)
-
kunstzinnige oriëntatie (bijvoorbeeld muziek, tekenen en handvaardigheid)
-
bewegingsonderwijs (bijvoorbeeld gymlessen)
-
wetenschap en techniek
-
scholen zijn ook verplicht lessen te geven over seksualiteit en seksuele diversiteit. Deze lessen leren kinderen respect te hebben voor ieders seksuele voorkeur en helpen hen weerbaar te zijn tegen seksueel geweld.
Leerlijnen en tussendoelen
Om de vertaling van de kerndoelen naar concreet onderwijs gemakkelijker te maken, geeft het ministerie ook leerlijnen en tussendoelen. In een leerlijn zijn de kerndoelen uitgebreider uitgewerkt. Zo weet een school wat je kind op een bepaalde leeftijd of in een bepaalde groep ongeveer moet kunnen en weten.
Deze vakken krijgt je kind op school
Niet alle scholen hebben precies dezelfde vakken. Iedere school bepaalt zelf op welke manier en met welke lesmethoden de kerndoelen worden bereikt. En in welke groep je kind wat leert. Maar globaal gezien krijgt je kind te maken met de volgende vakgebieden:
Lezen, schrijven, grammatica en spelling
-
In groep 1 en groep 2 wordt je kind voorbereid op leren lezen en schrijven.
-
In groep 3 leert je kind lezen: eerst losse woorden en uiteindelijk losse zinnen. Ook leert je kind nu schrijven. Vaak sluiten de methodes om te leren lezen en schrijven op elkaar aan.
-
In groep 4 leert je kind langere woorden en zinnen lezen, maar begint hij ook met begrijpend lezen. Op de meeste scholen wordt gewerkt met leesniveaus (AVI-niveaus).
-
In groep 5 leert je kind om technisch te lezen en wordt begrijpend lezen nog belangrijker.
Rekenen
-
Het voorbereidend rekenen in groep 1 en 2 gebeurt met herkenbare verhaaltjes.
-
In groep 3 leert je kind optellen en aftrekken met getallen tot en met 20.
-
In groep 4 leert je kind de tafels van vermenigvuldiging.
-
In groep 5 komt delen aan de orde, en in groep 6 breuken.
Engels
Vanaf groep 7 krijgen kinderen op de meeste basisscholen ook wat basiskennis over de Engelse taal.
Aardrijkskunde, geschiedenis en natuur
-
Soms vallen deze vakken samen onder de noemer wereldoriëntatie.
-
Vaak wordt er gewerkt aan de hand van thema's, zoals het klimaat.
Bewegingsonderwijs en kunstzinnige vorming
-
Alle kinderen van alle groepen krijgen gymnastiek (of dans). Soms van de eigen leerkracht, soms van een vakleerkracht.
-
Ook kunstzinnige vorming is een vast onderdeel van het lespakket. Kinderen gaan zelf creatief aan de slag met verschillende materialen en technieken, en maken ook kennis met kunst en cultuur in hun leefomgeving.
Niet-verplichte vakken
Veel scholen bieden naast de verplichte vakken ook andere vakken aan. Zoals:
-
zwemles (meestal in de onderbouw)
-
verkeersles (voor groep 7 en 8)
-
godsdienstles of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs (dit geldt voor een openbare basisschool. Op bijzondere scholen krijgen leerlingen vrijwel altijd godsdienstlessen)
-
Spaans of Duits als extra buitenlandse taal
Wat leert mijn kind in groep 1 tot en met 8?
Niet alle scholen gebruiken dezelfde lesmethode. Toch heeft aan het eind van elke groep iedere basisschoolleerling min of meer hetzelfde gedaan. Hier een overzicht van de vakken en wat je kind zoal leert op de basisschool:
-
Groep 1:
In deze groep ligt de nadruk nog vooral op wennen en spelen, er 'moet' nog weinig. -
Groep 2:
Kinderen leren spelenderwijs lezen, schrijven en rekenen. Ook wordt er geoefend met samenwerken en zelfstandig werken. -
Groep 3:
Vanaf nu komen er meer cognitieve leervakken op het programma. Zo leren ze lezen, rekenen (optellen en aftrekken met getallen tot 20), ruimtelijk inzicht, de getallenlijn en beginnen ze met schrijven. -
Groep 4:
De meeste kinderen kunnen nu doorlopende zinnetjes lezen. De aandacht ligt vooral op spelling en grammatica. Ook beginnen ze dit jaar met uit het hoofd leren van de tafels en met begrijpend lezen. -
Groep 5:
Kinderen leren nu steeds langere zinnen lezen. Taal en rekenen worden moeilijker en het beheersen van de spellingsregels wordt belangrijker. Ook krijgen ze voorbereidende topografie. -
Groep 6:
In deze groep komen breuken aan bod. Bij taal blijven vooral spelling en grammatica belangrijk. Daarnaast oefenen ze met begrijpend lezen en krijgen ze topografie van Nederland. Leerlingen moeten af en toe een werkstuk maken of een boekbespreking houden. -
Groep 7:
Op veel basisscholen krijgen kinderen nu huiswerk mee. Ze leren o.a. taalkundig en redekundig ontleden en leren de topografie van Europa. Kinderen moeten een werkstuk maken en een spreekbeurt en een boekbespreking houden. -
Groep 8:
Bij taal en rekenen wordt de stof uitgediept en moeilijker gemaakt. Het tempo gaat omhoog: kinderen krijgen meer opgaven in minder tijd. Daarnaast leren ze de topografie van de hele wereld. Ook moeten kinderen een werkstuk maken en een spreekbeurt en een boekbespreking houden. Ter voorbereiding op het voortgezet onderwijs krijgen ze meer huiswerk.
Lees meer: Alles over Cito-toetsen
De ontwikkeling van je kind
De vorderingen en resultaten van de leerlingen worden bijgehouden in een (digitaal) leerlingvolgsysteem. De school heeft zo een goed beeld van de prestaties van iedere leerling en van groepen leerlingen.
Bronnen: Rijksoverheid