
Wat is een schisis (hazenlip)?
Een schisis is een aangeboren gezichtsafwijking. In de volksmond wordt schisis ook wel een hazenlip genoemd, maar dat klopt niet en veel mensen vinden die term een belediging.
Wat is een schisis?
Een schisis is een spleet in de lip, de kaak of het gehemelte. Ook een combinatie is mogelijk. Schisis, een Grieks woord dat spleet of splijting betekent, is een aangeboren afwijking. In Nederland worden ongeveer één à twee op de duizend baby’s daarmee geboren.
Normaal gesproken horen de lip, kaak en het gehemelte tussen de zesde en twaalfde week van de zwangerschap als een ‘ritssluiting’ dicht te groeien. Bij kinderen met een schisis gebeurt dit niet.
Oorzaak
Een schisis ontstaat meestal door een combinatie van erfelijke factoren en invloeden van buitenaf tijdens de zwangerschap.
- Erfelijke factoren
Erfelijke factoren spelen een rol bij het ontstaan van een schisis. Dit kan bijvoorbeeld door een chromosoomafwijking. Meestal heeft een kind dat een aangeboren mondafwijking heeft, heeft ook andere aangeboren afwijkingen. Als de vader of moeder een schisis heeft, kan het kind er ook mee geboren worden. Erfelijkheid speelt maar een kleine rol, meestal is het losstaande afwijking. - Tijdens de zwangerschap
Elk ongeboren kind heeft in eerste instantie een dubbelzijdige lip-, kaak-, en gehemeltespleet. Bij een gezonde ontwikkeling, groeien de verschillende delen naar elkaar toe en groeit dit goed vast. Tussen de tweede en zesde week van de zwangerschap sluiten de lip en bovenkaak aan elkaar. Tussen de achtste en twaalfde week gebeurt hetzelfde met het gehemelte. Als dit niet goed aan elkaar groeit, ontstaat er een schisis.
Je kunt het niet voorkomen, maar als je zwanger wilt worden, is het belangrijk dat je extra foliumzuur slikt. Je kunt hier al mee beginnen als je bent gestopt met eventuele anticonceptie. Foliumzuur vermindert de kans op een aangeboren mondafwijking.
1 tablet foliumzuur komt overeen met een halve kilo spruitjes, of ruim een kilo bruine bonen.
Hoe ziet een schisis eruit?
Een schisis ziet er niet altijd hetzelfde uit. Vaak wordt er gedacht aan een spleet in de bovenlip, vandaar de term hazenlip. Maar die vergelijking klopt niet, omdat bij een haas de spleet in het midden zit en nooit doorloopt in de kaak en het gehemelte. Schisis kan in verschillende vormen en combinaties voorkomen:
- De spleet in de lip ligt niet precies in het midden, maar loopt vanaf het midden van het neusgat naar de lip.
- Een spleet kan links of rechts zitten, maar kan ook aan beide kanten zitten.
- Een spleet kan compleet of incompleet zijn. Dit kan een klein deukje zijn, maar ook een doorlopende spleet.
Andere afwijkingen
Een kind met een schisis kan ook andere afwijkingen hebben. Denk bijvoorbeeld aan een afwijking aan zijn hart, oren, nieren, armen of benen. Bij kinderen die alleen een gehemeltespleet hebben, is de kans groter dat zij nog een afwijking hebben dan kinderen die een andere vorm van een schisis hebben. Het is belangrijk dat elk kind, met welke aangeboren mondafwijking dan ook, goed wordt onderzocht naar andere afwijkingen.
Gevolgen van een schisis
Het kan gevolgen hebben voor het uiterlijk van je kind en ook voor de voeding, het gehoor, de spraak, de neus en het gebit. Wat de gevolgen precies zijn, ligt aan welke vorm van schisis je kind heeft. Bij een lip- of kaakspleet zijn de gevolgen niet zo groot. Een spleet in het gehemelte kan vanaf de geboorte gevolgen hebben voor voeding, spraak en gehoor.
- Problemen met voeden:
Kinderen die geboren worden met een gehemeltespleet, hebben vaak moeite met (borst)voeden. Het lukt je baby niet om vacuüm te zuigen, waardoor drinken aan de borst of fles niet lukt. Als je kind een lip- of kaakspleet heeft, lukt het voeden meestal wel met de juiste borstvoedingshouding (rechtop-houding, Madonna-houding of rugby-houding)
Voor kinderen met een lip- en/of kaakspleet kan het moeilijk zijn om rechtstreeks uit de borst te drinken. Tip: start meteen met kolven. Zo kun je moedermelk geven uit een flesje indien nodig.
- Problemen met de spraak:
Als je kind gaat praten, kan hij door schisis bepaalde klanken minder goed maken. Dit is vooral als je kind een gehemeltespleet heeft. - Problemen met het gehoor:
Het zachte gehemelte staat in verbinding met het middenoor. Bij een gehemeltespleet loopt het vocht achter het middenoor niet goed weg. Het vocht kan zich ophopen en voor een middenoorontsteking zorgen of gehoorproblemen. - Emotionele gevolgen
Als je kind wordt geboren met een schisis kan dat voor ouders een emotionele gebeurtenis zijn. Het kan even tijd kosten om dat te verwerken. Mensen uit je omgeving kunnen goedbedoelde adviezen geven, maar die kunnen ook heel onhandig of bot aankomen. Ouders krijgen bijvoorbeeld te horen dat je dat tegenwoordig heel mooi kunt maken met plastische chirugie. Dat is wel zo, maar onzichtbaar wordt het litteken helaas nooit.
Onderzoek en diagnose
Na de geboorte is het belangrijk dat je kind goed wordt onderzocht. De artsen kunnen kijken om welke afwijking het gaat en welke behandeling daar het beste bij past. Een schisis kan spontaan ontstaan, maar het kan ook samengaan met andere verschijnselen. Als dat zo is dan is er sprake van een syndroom. Mocht je opnieuw zwanger willen worden dan is er een risico dat ook je volgende kind met mondafwijking geboren wordt.
20 wekenecho
Een lip- of kaakspleet wordt meestal ontdekt tijdens de 20 wekenecho. Bij een open gehemelte is dat lastiger. Soms duurt het dagen na de geboorte voordat een gehemeltespleet wordt ontdekt. Bijvoorbeeld omdat het (borst)voeden niet lukt. Het lukt je baby niet om vacuüm te zuigen, waardoor drinken aan de borst of fles niet lukt. Lees hier meer over goed aanleggen.
Behandeling
Als jouw kind een schisis heeft, zul je er rekening mee moeten houden dat hij extra hulp nodig heeft bij borst- of flesvoeding. Je kunt een speciaal Habermanflesje en bijbehorende spenen kopen. De speen heeft een extra lange hals en door erin te knijpen, spuit je de melk in de mond van je baby.
Vaak begint de behandeling meteen na de geboorte. Die kan jarenlang duren, omdat artsen de hele ontwikkeling van jouw kind willen volgen. Ieder kind groeit op in zijn tempo en elke behandeling moet op het juiste moment in het groeiproces gebeuren.
Een lip- of gehemeltespleet wordt geopereerd door een plastisch chirurg. Een kaakspleet door een kaakchirurg. Bij een gehemeltespleet krijgt je kind vaak ook buisjes in zijn trommelvlies. Het eindresultaat is pas duidelijk als je kind tussen de zestien en twintig jaar is. Tussen de controles kunnen langere periodes zitten.
Bron: Erfelijkheid, GGD Utrecht