De eerste hapjes
Als je baby tussen de vier en zes maanden oud is, kun je beginnen met oefenhapjes vaste voeding, die je naast de borstvoeding of flesvoeding geeft. Deze oefenhapjes zijn bedoeld om je baby te laten kennismaken met vast voedsel en verschillende smaken en texturen. Ook traint je baby zijn mond en kaakspieren met de hapjes en dit bevordert weer de spraakontwikkeling. Vanaf zes maanden kun je stapsgewijs de borstvoeding of flesvoeding vervangen door vaste voeding, zoals een groentehapje, fruithapje en daarna een boterham. Maar baby's kunnen niet direct alles eten; sommige voedingsmiddelen zijn niet geschikt voor kleine kinderen.
Lees ook: Hoe herken je of je baby klaar is voor de eerste hapjes?
Wat mag je baby wel eten?
Om positief te beginnen: er is gelukkig een heleboel wat je baby wél kan eten, zodra hij toe is aan vaste voeding. Alle soorten verse groenten en fruit, bijvoorbeeld. Geschikte groenten zijn bijvoorbeeld aardappel, pompoen, wortel, broccoli en bloemkool. En als geschikt fruit kan je denken aan gepureerde banaan, peer, appel en mango.
Het is goed om te beginnen met één losse smaak. Na een tijdje kun je smaken combineren. Bijvoorbeeld aardbei met banaan of peer met sinaasappel of banaan en mango.
Gaat dit goed, dan kan je kind als hij rond de zes maanden is ook brood eten en kun je geprakte aardappel, pasta, rijst of gaar gebakken vis en vlees gaan toevoegen aan de groentehapjes.
Geef je baby niet vaker dan twee keer per week nitraatrijke groenten. Spinazie, andijvie, bietjes, sla en venkel bevatten veel nitraat. Nitraat kan tijdens het bewaren en opwarmen veranderen in nitriet en dat kan dan weer schadelijk zijn.
Zodra je kind gewend is aan zijn groente- en fruithapjes, kun je ook fijngemalen pinda's (of 100% pindakaas) en ei introduceren. Als je hier zo vroeg mogelijk mee begint, verklein je de kans op voedselallergieën. Het advies is om er in elk geval mee te beginnen voordat je kind acht maanden is. Lees hier hoe je pinda's kunt introduceren bij je baby.
Let op: als er in jouw familie allergieën voorkomen, of als je kind last heeft van eczeem, wacht dan met het geven van pinda's en ei tot je met een arts hebt kunnen overleggen, of bespreek het op het consultatiebureau.
Lees ook: Zelf babyvoeding maken: groentehapjes en fruithapjes
Wat mag je baby nog niet eten?
Een aantal voedingsmiddelen kun je beter nog niet aan je baby geven. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn. Zo kunnen er in sommige voedingsmiddelen bacteriën zitten die gevaarlijk kunnen zijn voor baby's. Of er zit te veel zout in, wat ongezond is voor je baby. Een overzicht:
-
Honing
Geef je baby voor zijn eerste verjaardag geen honing. In honing kan een bacterie voorkomen: clostridium botulinum. Deze bacterie maakt de gifstof botulisme aan. Vooral baby's tot 1 jaar zijn gevoeliger voor deze bacterie en kunnen dan zuigelingenbotulisme krijgen en daar ernstig ziek van worden. Gelukkig komt dit in Nederland weinig voor, maar uit voorzorg wordt honing toch vóór het eerste levensjaar afgeraden.
Lees ook: Dit zijn babyvriendelijke superfoods: zacht van structuur en vol gezonde voedingsstoffen -
Lever, leverworst, paté of smeerworst
In leverproducten zit veel vitamine A. Dat is een vitamine die je baby wel nodig heeft, maar waar hij niet te veel van moet binnenkrijgen. Te veel vitamine A kan onder andere misselijkheid en hoofdpijn veroorzaken. Paté en smeerworst zijn ook van lever gemaakt. Daarnaast bevatten paté en smeerworst veel verzadigd vet en zout, wat ook niet goed is voor je baby. Zout kan de nieren van je baby overbelasten waardoor ze hier later last van kunnen krijgen. -
Kaas, smeerkaas en rauwmelkse kaas
Het Voedingscentrum raadt af om je kind kaas of smeerkaas te geven. In kaas en smeerkaas zit namelijk veel zout en veel verzadigd vet, wat allebei ongezond is voor je baby. De nieren van je baby kunnen de grote hoeveelheid zout in kaas nog niet goed verwerken. Ook rauwmelkse kaas wordt afgeraden, omdat daar (naast zout en verzadigd vet) bacteriën in kunnen zitten waar je baby ziek van kan worden. Het advies is dus om geen blokjes of plakjes kaas aan je kind te geven, ook niet op zijn boterham. Wil je toch graag iets van kaas op het brood geven, kies dan voor mozzarella, zuivelspread, hüttenkäse of 30+ smeerkaas met minder zout.
Lees ook: Wat is het beste broodbeleg voor je baby? -
Rauw vlees of rauwe vis
Net zoals je tijdens de zwangerschap beter geen rauw vlees en rauwe vis kunt eten, wordt dat ook afgeraden voor je baby. Er kunnen bacteriën in zitten waar je kind ziek van kan worden, omdat hij daar nog erg gevoelig voor is. Geef je baby dus geen filet americain of ossenworst op brood en zorg ervoor dat vlees altijd goed gaar gebakken is. Hetzelfde geldt voor rauwe vis, schelpdieren en schaaldieren; geef je kind geen sushi, sashimi of voorverpakte gerookte zalm. Kook of bak vis en vlees altijd goed voordat je het aan je baby geeft. -
Rauwe eieren
Hetzelfde advies geldt voor rauw ei, geef dit niet aan je baby. Dus ook geen sausjes en toetjes die van rauw ei zijn gemaakt, zoals mayonaise of tiramisu (waar ook nog alcohol in kan zitten). Rauwe eieren kunnen ziekmakende bacteriën bevatten, die gevaarlijk kunnen zijn voor je baby. Een hardgekookt eitje of goed doorbakken roerei kun je je baby wel geven (vanaf vier maanden).
Lees ook: Wanneer mag een baby met de pot mee-eten? -
Melkproducten
Voor baby's is moedermelk of kunstvoeding (volledige zuigelingenvoeding tot zes maanden, of opvolgzuigelingenvoeding vanaf zes maanden) geschikte melk om te drinken. Gewone koeienmelk is niet geschikt voor baby's, want daarin zitten te veel eiwitten en veel zout, wat schadelijk kan zijn voor de nieren van je baby. Dat geldt ook voor andere melkproducten. Aangeraden wordt om pas koeienmelk te geven als je baby een jaar oud is. Vanaf acht maanden kan je baby wel dagelijks een beetje yoghurt eten als toetje. Geef je baby ook geen zuiveldranken als chocolademelk of drinkyoghurt, of toetjes als vla of vruchtenyoghurt, want daarin zit naast de vele eiwitten ook nog veel suiker. -
Zout
Als je eten bereidt voor je baby, voeg daar dan nooit zout aan toe. Of je nou een groentehapje kookt of een roerei bakt, laat het zout achterwege. Zout kan de nieren van je baby overbelasten waardoor ze hier later last van kunnen krijgen. Geef je kind daarom ook geen kant-en-klare maaltijden, want daar is over het algemeen erg veel zout aan toegevoegd. Potjes babyvoeding of kant-en-klare babymaaltijden zijn afgestemd op de behoeften van je baby, en bevatten dus in principe geen zout (je kunt voor de zekerheid altijd de ingrediënten checken).
Lees ook: Babyvoeding: potje of zelf maken? -
Zoete dranken
Het advies luidt om je baby geen zoete drankjes te geven, zoals limonade, frisdrank, sap of diksap. Al deze dranken bevatten veel suiker en andere onnodige toevoegingen. Door de suikers en zuren zijn deze drankjes slecht voor het gebit van je kind. Vanaf zes maanden kan je kind naast de borstvoeding of kunstvoeding wel water of lauwe thee drinken. Als je baby er al aan went dat water dé dorstlesser is, zal hij als hij groter wordt ook minder suikerdranken drinken. -
Kindervitamines
Behalve de aanbevolen vitamine D en K voor baby's en kinderen hoef je je kind geen extra vitaminesupplementen te geven. Dat is zelfs onverstandig. Veel kindervitamines zijn hoger gedoseerd dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid en dat kan bij sommige vitamines schadelijk zijn. Met een gevarieerd voedingspatroon met voldoende groente en fruit krijgt je kind alle benodigde voedingsstoffen binnen.
Lees meer: Zo help je je baby bij zijn smaakontwikkeling -
Venkel- en anijsthee
Het wordt afgeraden om je kind kruidenthee te geven met venkel of anijs. Hierin kunnen aromastoffen (allylalkoxybenzenen/fenylethers) die niet goed voor de gezondheid van je baby zijn.
Toch iets gegeten wat nog niet mag?
Krijgt je baby per ongeluk toch een keer iets binnen wat hij eigenlijk nog niet mag? Maak je dan geen zorgen, de kans is gelukkig klein dat hij echt ziek wordt van schadelijke bacteriën of dat zijn nieren direct schade hebben opgelopen door het zout. Wel is het verstandig om goed in de gaten te houden wat hij binnenkrijgt en te voorkomen dat hij deze voedingsmiddelen nog een keer eet of drinkt.
Gepureerd of in stukjes?
Het Voedingscentrum raadt aan om eten te pureren of prakken als je baby begint met vaste voeding. Maar er bestaat ook een methode waarbij je het eten in grotere stukken aanbiedt. Dit heet de Rapley-methode: in plaats van lepeltjes met puree geef je je kind stukjes groente en fruit in zijn hand, die hij zelf in zijn mond kan stoppen. Zo kan je baby spelenderwijs verschillende vormen en texturen van voedsel ontdekken.
De kans is hierbij wel wat groter dat je kind zich verslikt. Kies je voor deze methode, dan is het dus belangrijk dat je baby goed rechtop kan zitten en goed kan kauwen en slikken, en dat je er altijd bij blijft als hij eet. Hij kan zich alsnog verslikken als hij een te groot stuk afhapt en probeert door te slikken. Je kunt het ook langzaam opbouwen: begin met gepureerde hapjes en geef stap voor stap grotere stukken uit het vuistje. Hier kun je meer lezen over wat je moet doen bij verslikken of verstikking.
Lees ook: Wat mogen kinderen van één tot vier jaar (nog) niet eten?
Bron: Voedingscentrum