ZwangerBevalling

Bevallen: de eerste fase (ontsluiting)

 
Getty Images
Getty Images
 
Geschreven door:
Leestijd 7 minuten

De eerste fase van de bevalling heet de ontsluiting: de baarmoedermond gaat open. Deze fase duurt het langst en bestaat ook weer uit verschillende delen. Zo verloopt de ontsluitingsfase.

(Medisch) beoordeeld door:
marijn van der zwaard
Marijn van der Zwaard
Zwangerschapscoach
Lees verder onder de advertentie

Wat is ontsluiting?

De ontsluiting (en daarmee de bevalling) begint als de baarmoedermond opengaat. Deze fase kun je ook weer onderverdelen in drie fases: de latende fase van de bevalling, de actieve fase van de bevalling en de overgangsfase tussen ontsluiting en persen. Daarover meer in dit artikel.

Fases van een bevalling

Een bevalling begint dus bij de ontsluiting en bestaat in totaal uit vier fases:

  1. De ontsluitingsfase. De baarmoedermond wordt zacht en kort en gaat open (ontsluit) door de ontsluitingsweeën.

  2. De persfase. Je krijgt persweeën en je baby wordt geboren.

  3. De nageboortefase. De placenta komt naar buiten, maar dit is ook een belangrijke fase voor de hechting tussen de baby en de ouders en de eerste borstvoeding.

  4. Het natijdperk. De controles van moeder en baby.

Lees verder onder de advertentie

Lees ook: Zo verloopt een bevalling van begin tot eind

Belangrijke hormonen bij de bevalling

Tijdens de bevalling zorgt het hormoon oxytocine voor de weeën. Telkens komt er een beetje oxytocine vanuit je hersenen via je bloed bij de baarmoederspier, waarop de spier samentrekt: je hebt een wee. De baarmoeder wordt in de dagen voordat de bevalling begint gevoeliger voor oxytocine. Dat komt onder meer doordat het hormoon progesteron daalt. Ook komen er op de baarmoederspier veel cellen die reageren op oxytocine (receptoren).

Als de weeën pijnlijker worden, zorgt oxytocine in je hersenen ervoor dat je endorfine aanmaakt. Dit werkt kalmerend, verlicht de pijn en maakt dat je je wilt focussen op je lichaam.

Lees verder onder de advertentie

Lees meer: Welke soorten weeën zijn er en hoe herken je ze?

Ontsluiting: de latente fase

De ontsluitingsfase begint met het verweken en verstrijken van de baarmoedermond. Dat betekent dat de baarmoedermond, die tijdens de zwangerschap stug en zo'n 4 centimeter lang is, zachter en steeds korter wordt. Dit gebeurt door het hormoon prostaglandine, de druk van het hoofd van de baby en de (voor)weeën.

Hoe weet je of je ontsluiting hebt?

Dit eerste deel van de ontsluiting wordt ook wel de latente fase genoemd. Latent betekent sluimerend of niet merkbaar. De weeën komen onregelmatig, zijn goed te verdragen en kunnen ook weer overgaan. Sommige vrouwen merken ze nauwelijks en twijfelen of het echt weeën zijn. Je kunt intussen ook al wat beginnende ontsluiting krijgen.

Lees verder onder de advertentie

Hoe lang duurt de latente fase? Dat is heel verschillend: van enkele uren tot enkele dagen. Bij de eerste paar centimeter ontsluiting kan het dus nog een tijdje duren voordat je gaat bevallen. De latente fase versnellen is soms mogelijk door te strippen, maar meestal is het een kwestie van afwachten. Probeer fijne afleiding te zoeken, te slapen of te rusten zolang het lukt.

Wanneer bel je de verloskundige?
Rond 36 weken bespreek je de bevalling met je verloskundige. Ze vertelt je dan ook wanneer je moet bellen als de bevalling begint. Meestal is dit als je een uur lang regelmatige, sterke weeën hebt. Lees verder: wanneer bel je de verloskundige?

Ontsluiting: de actieve fase

Op een gegeven moment is er geen twijfel meer mogelijk: de ontsluitingsweeën komen regelmatig, om de 3-5 minuten, en duren ongeveer een minuut. De weeën zijn pijnlijk, je kunt niet anders dan je erop focussen. Ze zorgen ervoor dat de baarmoedermond (verder) opengaat, tot je volledige ontsluiting hebt. Dit heet ook wel de actieve fase van de bevalling. Gemiddeld duurt deze fase zo'n 10 uur, korter of langer kan dus ook.

Lees verder onder de advertentie

Vaak, zeker bij een eerste kind, duren de eerste centimeters meer uren en gaan de laatste centimeters relatief snel. Dat komt doordat de druk van het hoofd van de baby op de baarmoedermond toeneemt. Dat zorgt voor krachtigere weeën.

Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie heeft elke bevalling een eigen tijdsverloop. Het valt dus niet te voorspellen hoe lang nog na 7 cm ontsluiting, bijvoorbeeld. De ontsluiting verloopt nu eenmaal niet met een vast aantal centimeter ontsluiting per uur.

Lees verder onder de advertentie

Bij hoeveel ontsluiting naar ziekenhuis?

Als je poliklinisch wilt bevallen, overleg je met je verloskundige wanneer je het beste naar het ziekenhuis kunt gaan. Je vertrekt pas in de actieve fase. Dat is vaak bij rond de 5 centimeter ontsluiting. Het hangt er ook vanaf hoe lang je onderweg zult zijn naar het ziekenhuis. Zorg in elk geval dat je bevaltas klaarstaat (dit kan je partner uiteraard ook doen).

Bevallen: thuis of in het ziekenhuis?
Als je geen medische indicatie hebt om in het ziekenhuis te bevallen, zijn er meerdere opties: poliklinisch bevallen, in een geboortecentrum of in je eigen huis. Hier alle voor- en nadelen op een rijtje.

Ontsluiting: de overgangsfase

Tegen het eind van de ontsluitingsfase kunnen de weeën erg krachtig zijn en snel na elkaar komen. Het kan heel pittig zijn om ze op te vangen. Dit wordt ook wel de overgangsfase of transitiefase genoemd. Het lichaam werkt hard voor de laatste 1-2 centimeters en bereidt zich hormonaal al voor op de persfase. De endorfine neemt af en je maakt meer adrenaline aan, om sterk en helder te zijn voor de geboorte. Hierdoor kun je je ook even angstig gaan voelen, of denken dat je het niet meer kunt. Misschien moet je overgeven.

Lees verder onder de advertentie

Het kan helpen om eraan te worden herinnerd dat dit bij de ontsluiting van de bevalling hoort (er is niks mis) en ook weer voorbijgaat. Het eind van de ontsluitingsfase komt in zicht. Als de baarmoedermond zo ver open is dat het hoofd van de baby erdoorheen past, heb je volledige ontsluiting. Daarvoor wordt 10 centimeter aangehouden.

Lees ook: Tijdens de bevalling maakt je baby twee keer een 'spildraai'. Hier lees je hoe en waarom

Probeer te ontspannen

De ontsluitingsweeën komen in een ritme. Telkens een wee van ongeveer een minuut, en dan weer een paar minuten pauze. De pauzes duren dus langer dan de weeën. Als je in de pauzes zo goed mogelijk ontspant, spaar je energie en kun je het beste oxytocine en endorfine aanmaken. Neem een slokje water, schud je handen los, ontspan je gezicht, ga even lekker liggen of leunen (tegen je partner) en laat je ademhaling rustig worden.

Lees verder onder de advertentie

Ontsluitingsweeën opvangen

Als er weer een wee komt, helpt het het beste om je eraan over te geven. Ook dit kan helpen:

  • Focus op je ademhaling: adem rustig in door je neus en maak je buik wat boller, alsof je daar naartoe ademt. Je kunt ook naar je taille of de zijkant van je ribben ademen, als dat makkelijker is. Adem uit door de lucht zachtjes naar buiten te blazen of maak een geluid dat je helpt ontspannen. Lees hier meer over puffen en ademhaling tijdens de bevalling.

  • Douchen of in bad: warm water ontspant en in een bevalbad je kunt makkelijk bewegen en van houding veranderen. Lees hier meer over de voordelen van bevallen in bad.

  • Je bevalhouding: zoek een houding waarin je de pijn het beste kunt opvangen. Bijvoorbeeld op je knieën, leunend op een bevalbal, staand terwijl je je ergens aan vasthoudt, of liggend op je zij. Wiebel met je heupen.

Ruimte maken in je bekken
Met je bevalhoudingen kun je de ruimte in je bekken vergroten. Dat kan het makkelijker maken voor de baby om door je bekken te draaien. Bekijk dit overzicht met bevalhoudingen om ruimte te maken.

Lees verder onder de advertentie

Hoe kun je de ontsluiting bevorderen?

Tijdens de ontsluitingsfase kan de verloskundige af en toe je ontsluiting meten. De ontsluiting vergroot niet met een exact aantal centimeter per uur. De eerste centimeters kunnen veel tijd kosten, maar je kunt ook in een halfuur een paar centimeter 'opschieten'. Ook pauzes komen voor: er zijn dan een tijdje minder weeën, of de ontsluiting blijft een tijdlang hetzelfde en gaat daarna weer verder.

Wil je de ontsluiting en bevalling bevorderen? Veranderen van bevalhouding, ontspannen in de douche, naar de wc gaan of zelfs je hart luchten als je gespannen bent: het kan allemaal helpen voor de ontsluiting en het opwekken van de bevalling. Ook kan de verloskundige je vliezen breken. Als dit niet helpt of als jij of de baby de bevalling niet goed meer volhouden, kun je weeënopwekkers krijgen. Lees meer over weeënopwekkers en wat er dan gebeurt.

Weeën, pijn en pijnbestrijding

De meeste vrouwen vinden weeën (erg) pijnlijk, maar ook draaglijk. Met een bevalcursus, zwangerschapsyoga, mindfulness of hypnobirthing kun je je voorbereiden op het omgaan met de pijn. Ook zijn er verschillende (natuurlijke) manieren van pijnverlichting, zoals massage, warm water, acupressuur of het TENS-apparaat.

Lees verder onder de advertentie

Vind je de pijn te heftig of duurt je bevalling erg lang, waardoor je uitgeput raakt door de weeën? Dan kun je ook medische pijnbestrijding krijgen in het ziekenhuis. Het meest gangbaar is de ruggenprik. Hier kun je je inlezen over natuurlijke en medische pijnbestrijding bij de bevalling.

Lees ook: Alles over de tweede fase van je bevalling: de persfase

Meer over weeën:

Bron: Deverloskundige.nl