Wat is hoogbegaafdheid?
Sommige mensen denken dat een intelligent kind hoogbegaafd is. Dat is niet zo: hoogbegaafdheid is méér dan alleen een hoge score op een IQ-test. Er wordt pas van hoogbegaafdheid gesproken als:
-
Een kind een hoge intelligentie heeft (een IQ hoger dan 130)
-
Zeer creatief kan denken (creërend denkvermogen)
-
Én een sterke motivatie heeft
Als je kind de drie persoonlijkheidsfactoren bezit, dan heeft hij dus aanleg voor hoogbegaafdheid, maar dat moet nog wel tot ontwikkeling komen. Dat is niet vanzelfsprekend: daar is een stimulerende omgeving voor nodig. Daarom spelen ook deze drie omgevingsfactoren een rol: invloed van het gezin, invloed van school en invloed van vrienden.
Hoogbegaafdheid moet zich kunnen ontwikkelen. En die ontwikkeling is een langdurig proces waarbij al die factoren een belangrijke rol spelen.
Je kind uitdagen? Dat doe je met deze educatieve spellen.
Persoonlijkheidsfactoren van hoogbegaafdheid
Zoals gezegd zijn de drie belangrijkste persoonlijkheidsfactoren van hoogbegaafdheid een hoge intelligentie, creativiteit en een sterke motivatie. Hieronder lichten we ze toe.
- 01.
Intelligentie
Met een intelligentietest, ook wel bekend als de IQ-test, kun je vaststellen hoe intelligent je kind is. Bij een IQ-score van 130 of hoger wordt er gesproken van een hoge intelligentie, of een 'score op zeer begaafd niveau'. De score geeft een goed beeld, maar als je wilt weten of jouw kind hoogbegaafd is, zijn er andere aspecten waar je op moet letten. Overigens is een IQ-test minder betrouwbaar bij peuters en kleuters, omdat hun ontwikkeling nog grillig verloopt. - 02.
Creativiteit
Hoogbegaafde kinderen zijn erg creatief in het bedenken van oplossingen. Creativiteit is vergeleken met intelligentie lastiger te meten bij een kind. Het heeft te maken met of je kind goed 'out of the box' kan denken. Is hij in staat om te komen tot andere invalshoeken, originele ideeën en oplossingen? Ook stellen hoogbegaafde kinderen vaak kritische vragen en eindeloos de vraag: 'Waarom?' - 03.
Motivatie
Motivatie en gedrevenheid heeft een kind nodig om door te zetten als iets lastig wordt. Juist daar leert hij van en zo komt hij verder. Maar de motivatie van een kind is lastig te meten. Veel kinderen die heel gemotiveerd zijn, zijn niet per se hoogbegaafd. Bovendien is een hoogbegaafd kind alleen gemotiveerd als hij ook wordt uitgedaagd.
Hoe vaak komt hoogbegaafdheid voor?
Er wordt van uitgegaan dat ongeveer 2,5 procent van alle mensen hoogbegaafd is. Een kleine rekensom: in een klas van 30 leerlingen zitten gemiddeld één tot twee (hoog)begaafde leerlingen. Het komt dus vaker voor dan je denkt, maar een deel hiervan wordt op de basisschool niet herkend als hoogbegaafd.
Op school wordt vaak gekeken naar de schoolprestaties, maar daar draait het bij hoogbegaafdheid dus niet alleen om. Vaak kan juist een afwijkende situatie ervoor zorgen dat hoogbegaafdheid wordt herkend, bijvoorbeeld als iemand plotseling enorm uitblinkt tijdens een projectweek of helemaal opbloeit tijdens een excursie of voorstelling.
Hoogbegaafdheid is voor zo'n tachtig procent erfelijk bepaald, maar ook ouders met een gemiddelde intelligentie kunnen een hoogbegaafd kind krijgen.
Lees ook: Tweetalig onderwijs: hoe jonger hoe beter?
Hoe herken je hoogbegaafdheid bij een kind?
Hoe weet je of jouw kind hoogbegaafd is? Daar is geen eenduidig antwoord voor. Dat een kind hoogbegaafd is, wordt ook niet altijd snel ontdekt. Een hoogbegaafd kind heeft de potentie om heel goed te presteren op meerdere gebieden, maar dat komt lang niet altijd tot uiting. Bovendien kunnen kinderen hun hoogbegaafdheid goed verbergen, bijvoorbeeld omdat ze zich (willen) aanpassen aan hun omgeving.
Hoogbegaafdheid uit zich op allerlei manieren. Elk kind is immers anders, heeft z'n eigen karakter en reageert anders op bepaalde situaties. Zo gaat ook elk hoogbegaafd kind op z'n eigen manier met die hoogbegaafdheid om. Het ene hoogbegaafde kind blinkt uit op school, terwijl een ander hoogbegaafd kind juist buiten school uitdaging zoekt. Weer een ander kind ontkent zijn hoogbegaafdheid, terwijl een ander kind heel competitief wordt.
Sommige hoogbegaafde kinderen gaan onderpresteren. Als een hoogbegaafd kind op school niet op het juiste niveau wordt uitgedaagd, dan kan hij zijn motivatie kwijtraken. Het gevolg kan zijn dat de schoolprestaties van je kind achteruitgaan, of heel wisselend zijn. Ook kan een hoogbegaafd kind gedragsproblemen krijgen, omdat hij zich verveelt.
Kenmerken van een hoogbegaafd kind
Hoewel elk kind dus anders kan reageren op hoogbegaafdheid, zijn er wel verschillende kenmerken die erop kunnen wijzen dat een kind hoogbegaafd is. Een kind hoeft niet aan alle kenmerken te voldoen, dit kan per persoon verschillen. Je hebt rationele, filosofische en creatieve kernmerken.
- 01.
Rationele kenmerken
Hoogbegaafde kinderen kunnen snel verbanden leggen en denken al een stap verder. Niet alleen op school, maar ook in andere situaties. Ze hebben vaak aan een woord genoeg en leren snel. Meestal heeft een hoogbegaafd kind ook een heel goed geheugen. Lees ook: Zo werkt het geheugen van je kind - 02.
Filosofische kenmerken
Hoogbegaafde kinderen stellen veel (kritische) vragen. Denk bijvoorbeeld aan: 'Waarom moet dit zo?' of 'Waarom doen we dit?' Verder hebben ze vaak veel interesses, zijn ze betrokken en kunnen ze zich goed in anderen inleven. Lees ook: Dit is de reden dat een peuter zo vaak 'Waarom'? vraagt - 03.
Creatieve kenmerken
Een hoogbegaafd kind zal niet meteen om hulp vragen, maar eerst zelf willen proberen om iets op te lossen. Ze zijn ondernemend en door te proberen, leren ze.
Signalen die op hoogbegaafdheid kunnen wijzen
Nogmaals, elk hoogbegaafd kind is anders, maar er zijn signalen die kunnen wijzen op hoogbegaafdheid. Hieronder volgt een lijst met mogelijke signalen:
-
Hoge intelligentie
-
Vroege ontwikkeling/ontwikkelingsvoorsprong
-
Uitblinken op meerdere gebieden
-
Makkelijk kunnen leren
-
Goed leggen van causale verbanden
-
Makkelijk kunnen analyseren van problemen
-
De lat altijd hoog leggen
-
Een kritische instelling, kritische vragen stellen
-
Zoeken naar de waarheid
-
Maken van grote denksprongen
-
Hoofd- en bijzaken kunnen onderscheiden
-
Flexibel denken
-
Inventief zijn
-
Hoge mate van zelfstandigheid
-
Een brede of juist specifieke interesse
-
Ongewone of originele vragen stellen
-
Voorkeur voor abstractie
-
Grote leerhonger
-
Hoge motivatie
-
Groot rechtvaardigheidsgevoel
-
Doorzettingsvermogen om een taak te volbrengen
-
Enorme gedrevenheid als hij in iets geïnteresseerd is
-
Zelfkennis: eigen zwakke en sterke punten herkennen
-
Creatief
-
Origineel
-
Perfectionistisch
-
Overtuigingskracht
-
Apart gevoel voor humor
-
Goed kunnen omgaan met oudere kinderen
-
Hoge mate van concentratie
-
Scherp observatievermogen
-
Gevoeligheid
-
Inlevingsvermogen
-
Veel energie of grote beweeglijkheid
-
Een uitstekende fijne motoriek
Let op: een hoogbegaafd kind heeft lang niet al deze eigenschappen. Het ene hoogbegaafde kind kan sociaal erg sterk zijn, terwijl een ander hoogbegaafd kind juist bepaalde sociale vaardigheden mist.
Lees ook: Zo herken je een hoogsensitief kind
Hoogbegaafdheid bij baby, peuter of kleuter
Bij een baby, peuter of kleuter kun je in principe nog niet van hoogbegaafdheid spreken. Je kind kan in zijn ontwikkeling best voorlopen op leeftijdsgenoten, of extreem leergierig, slim of welbespraakt zijn, maar dat betekent niet direct dat hij hoogbegaafd is.
Het kunnen wellicht signalen zijn van hoogbegaafdheid, maar er kan ook sprake zijn van hoogbegaafdheid zonder dit soort signalen. Belangrijk is dat je inspeelt op wat je kind aangeeft dat hij nodig heeft, zodat hij zich op zijn eigen manier en in zijn eigen tempo verder kan ontwikkelen.
Bij heel jonge kinderen kun je beter spreken over een ontwikkelingsvoorsprong dan van hoogbegaafdheid. Je spreekt van een ontwikkelingsvoorsprong als je kind duidelijk voorloopt op één of meerdere ontwikkelingsgebieden ten opzichte van zijn leeftijdsgenoten. Een kind dat bijvoorbeeld sneller leert en verbanden ziet, bouwt een ontwikkelingsvoorsprong op.
Een ontwikkelingsvoorsprong is zonder test eenvoudig vast te stellen. Het is wel zo dat hoe groter de voorsprong is, des te groter de kans dat een kind later inderdaad hoogbegaafd blijkt te zijn. Een kind kan een voorsprong hebben op verschillende terreinen:
- 01.
Spraak-taalgebied: kinderen die op tweejarige leeftijd al in volzinnen spreken en/of een enorme passieve woordenschat hebben (wat betekent dat je kind woorden die hij hoort, herkent). Ze zien ook eerder het verband tussen oorzaak en gevolg dan hun leeftijdsgenootjes.
- 02.
Motorisch gebied: kinderen die bijvoorbeeld met tien maanden al los kunnen lopen (de gemiddelde 'loopleeftijd' is vijftien maanden).
- 03.
Cognitief gebied: kinderen die bijvoorbeeld voordat ze naar groep 1 gaan al begrip hebben van kleuren, tegenstellingen, vormen en/of getallen.
Lees ook: Woordenschat: kent jouw peuter deze woorden al?
Test: mijn kind is hoogbegaafd
Als je vermoedt dat je kind hoogbegaafd is, bespreek dit dan op school, op het consultatiebureau of met je huisarts. Vervolgens kun je laten testen of je kind hoogbegaafd is, zodat je weet wat zijn behoeften zijn, zowel cognitief als op sociaal-emotioneel vlak.
Zo'n onderzoek kun je laten afnemen bij een ontwikkelingspsycholoog die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid, of bij het Centrum voor Hoogbegaafdheidsonderzoek. Uit zo'n onderzoek komt een persoonlijk advies naar voren. Zo'n advies gaat niet alleen over onderwijs, maar ook over hoe jullie vanuit het gezin zijn ontwikkeling kunnen stimuleren.
Wat een hoogbegaafd kind op school nodig heeft, verschilt per hoogbegaafd kind. Je kind kan extra stof aangeboden krijgen, of extra les krijgen in een plusklas of talentenklas. Het versnellen van onderwijs, door een klas over te slaan, kan ook een mogelijkheid zijn. Zeker als je kind zich prettiger voelt bij oudere leerlingen dan bij leeftijdsgenootjes.
In principe kunnen alle basisscholen extra begeleiding bieden aan leerlingen die hoogbegaafd zijn. Op welke manier dat gebeurt, verschilt per school. Er zijn ook scholen die zijn aangesloten bij een landelijk netwerk van begaafdheidsprofielscholen. Dat is een vereniging voor scholen in het primair en voortgezet onderwijs die zich inzetten voor op hoogbegaafden toegesneden onderwijsprogramma's.
Checklist: zo kies je de juiste basisschool voor je kind.
Onderpresteren bij hoogbegaafdheid
Hoogbegaafde kinderen kunnen tegen problemen aanlopen op school, als ze niet voldoende uitgedaagd worden of als de hoogbegaafdheid niet herkend wordt. De kans bestaat dat een kind gaat onderpresteren. Soms krijgen deze leerlingen ook gedragsproblemen.
Hoogbegaafde leerlingen hebben een grote algemene ontwikkeling en een brede belangstelling voor allerlei (ingewikkelde) onderwerpen. Daardoor hebben ze vaak al kennis over onderwerpen die nog niet in hun klas zijn behandeld. Het kan zijn dat een onderpresterend kind thuis in zijn vrije tijd veel gaat lezen of informatie verzamelt, maar op school laat hij wisselende prestaties laten zien. De schoolprestaties kunnen opeens flink afnemen.
Onderpresteerders schrijven soms ook slordig en zijn niet erg enthousiast over de lessen. Hoewel de schoolprestaties afnemen, weet een onderpresteerder vaak op ingewikkelde vragen juist wel het goede antwoord. Soms presteert zo'n leerling mondeling beter dan schriftelijk. Of ze presteren heel goed bij individueel onderwijs op maat, maar niet in het reguliere groepsonderwijs. Onderpresterende hoogbegaafde leerlingen zijn vaak ontevreden over zichzelf en hun schoolwerk. Soms vermijden ze nieuwe activiteiten uit faalangst.
Onderpresteerders kunnen negatief gedrag gaan vertonen in de klas. Ze kunnen lastig zijn, of verzetten zich tegen de leerkracht, vervelen zich, maken hun huiswerk niet, vragen om aandacht, of dromen steeds weg. Ook kan het zijn dat het kind liever niet meedoet aan groepsactiviteiten, en niet zo populair is bij leeftijdsgenootjes.
Lees ook: Elk kind leert anders; dit zijn de verschillende leerstijlen
Wat zijn de nadelen van hoogbegaafdheid?
Hoogbegaafdheid kan dus soms problemen opleveren, vooral als het niet herkend of gestimuleerd wordt. Niet alleen op school, maar ook op sociaal-emotionele vlakken of problemen thuis, in de opvoeding.
Als je kind zich niet begrepen voelt, kan het zich eenzaam en neerslachtig gaan voelen. Er kunnen problemen ontstaan met sociale vaardigheden, in de communicatie of in zijn aanpassingsvermogen. Sommige hoogbegaafde kinderen maken moeilijk vriendjes, doordat ze geen of weinig aansluiting hebben met hun leeftijdsgenootjes. Soms worden ze gepest of genegeerd door hun klasgenootjes. Daardoor hebben hoogbegaafden kinderen vaak oudere vrienden.
Ook thuis kunnen problemen ontstaan, zoals ruzies of opvoedproblemen. De standaardadviezen die je in boeken over opvoeden leest, gaan niet altijd op voor hoogbegaafde kinderen. Hoogbegaafde kinderen komen bijvoorbeeld snel in opstand tegen onrechtvaardig gebruik van gezag door de ouders. Daardoor levert een autoritaire opvoedingsstijl vaak veel frustratie en woede en weinig resultaat op.
Soms kan dit leiden tot aanpassingsproblemen, depressiviteit, gedragsproblemen of agressiviteit. Ook kunnen er psychosomatische klachten ontstaan, dat zijn lichamelijke klachten waar geen medische oorzaak voor wordt gevonden (Aanhoudende Lichamelijke Klachten, ALK), zoals chronische buikpijn of hoofdpijn. Lees hier meer over ALK.
Wat te doen bij problemen?
Ieder kind heeft het nodig om zich geaccepteerd en gewaardeerd te voelen. Denk niet dat je hoogbegaafde kind geen aanmoediging nodig heeft. Ook hij of zij heeft behoefte aan complimenten. Leg de lat niet te hoog, maar zeker ook niet te laag. Help je kind zijn evenwicht te vinden en zijn eigenwaarde te versterken. Leer je kind dat het heel normaal is dat er verschillen zijn. Niet alleen lichamelijk of qua uiterlijk, maar ook op het gebied van intelligentie. Het gaat niet om beter of minder, het gaat om anders en daar is niets mis mee.
Mochten er problemen ontstaan, vraag dan om advies van school of neem contact op met het Centrum voor Jeugd en Gezin. Schroom ook niet om hulp te vragen bij een specialist op het gebied van hoogbegaafdheid. Het is heel normaal dat je als ouder niet weet hoe je sommige situaties moet aanpakken bij een hoogbegaafd kind, daar kun je best wat hulp en adviezen bij gebruiken.
Weg met het label 'hoogbegaafdheid'?
Er gaan tegenwoordig steeds meer stemmen op om het label 'hoogbegaafd' te schrappen. Specialisten willen dat er alleen gekeken wordt naar de behoeften van leerlingen op school, of die leerling nou 'hoogbegaafd' is of niet. Een voorbeeld: sommige scholen bieden talentklassen aan voor kinderen met een IQ boven de 130. Een enorm gemotiveerd kind met een IQ van 120 zou daar niet in terechtkomen, terwijl die leerling er misschien wel meer baat bij heeft, omdat hij door de extra uitdaging enorm gestimuleerd kan worden.