Wat is de eisprong?
Per menstruatiecyclus rijpt er één eicel in een van je eierstokken. Soms rijpen er twee eicellen tegelijk, dan kun je een twee-eiige tweeling krijgen. De eisprong (ovulatie) is het moment dat de rijpe eicel uit je eierstok vrijkomt. Wanneer dat moment is? De eisprong vindt gemiddeld 14 dagen plaats voor de volgende menstruatie begint.
Als de eicel wordt bevrucht door een zaadcel (sperma) en zich innestelt in het baarmoederslijmvlies, ben je zwanger. Wordt de eicel niet bevrucht of nestelt hij niet in, dan word je ongesteld, waarbij de eicel wordt afgevoerd. Hier lees je alles over de bevruchting (conceptie).
De periode van je cyclus vóór de eisprong wordt ook wel de folliculaire fase genoemd. De periode erna de luteale fase. Dat heeft te maken met de hormonen die belangrijk zijn in deze fases.
Lees ook: Je menstruatiecyclus begrijpen en berekenen
Wanneer is de eisprong?
Als je zwanger wilt worden, is het handig om te weten wanneer je eisprong is en wanneer je vruchtbaar bent. Oftewel: je wilt je eisprong berekenen. Wanneer je een eisprong hebt, hangt af van de duur van je menstruatiecyclus. Zo'n 14 dagen voor de eerste dag van je volgende menstruatie, heb je een eisprong. Gemiddeld duurt de menstruatiecyclus 28 dagen en is de eisprong rond dag 14. Duurt jouw cyclus 26 dagen, dan is de eisprong op dag 12. Bij 30 dagen is de eisprong op dag 16, enzovoort. De ovulatie vindt dus niet altijd precies halverwege je cyclus plaats.
Wanneer ben je vruchtbaar?
De dag van de eisprong en de 2 dagen ervoor zijn je vruchtbaarste dagen. Dit komt doordat sperma gemiddeld 3 dagen in leven kan blijven in de baarmoeder, en de eicel na de eisprong nog 12-24 uur bevrucht kan worden. Je hoeft dus niet precies tijdens de eisprong te vrijen als je zwanger wilt worden. Als je 1 tot 2 dagen ervoor vrijt, heb je de meeste kans op een bevruchting. Dan zijn de zaadcellen al in de eileider aanwezig op het moment dat de eisprong plaatsvindt.
Ook als je eerder in de week van je eisprong seks hebt, kun je zwanger worden. Zaadcellen kunnen soms ook langer dan 3 dagen overleven in je lichaam.
Lees ook: Vruchtbare dagen en ovulatie berekenen
Vruchtbare dagen berekenen
Je vruchtbare dagen en eisprong kun je berekenen aan de hand van je menstruatiecyclus. Hier vind je een handige rekentool. In dit schema zie je jouw vruchtbare dagen en hoelang je na de eisprong je vruchtbaar bent.
Hoe weet je of je ovulatie eraan komt?
Je kunt je eisprong herkennen aan de volgende symptomen of tekenen:
- 01.
Ovulatiepijn
Sommige vrouwen kunnen hun eisprong voelen. Ze hebben rond hun ovulatie meer zin in seks en/of last van ovulatiepijn. Dit is een duidelijk aanwijsbare pijn (een soort kramp) links of rechts in de onderbuik. De pijn komt door de spanning in de follikel en de eierstok en het vrijkomen van de follikelvloeistof. Lees meer over ovulatiepijn: kun je de eisprong voelen? - 02.
Cervixslijm
Als de eisprong nadert, verandert je vaginale afscheiding (cervixslijm) van kleur en samenstelling. Daardoor is de baarmoeder op de vruchtbare dagen beter toegankelijk voor zaadcellen. Hier lees je hoe je aan je cervixslijm kunt zien dat je een eisprong krijgt. - 03.
Lichaamstemperatuur
12 tot 24 uur na je eisprong is je lichaamstemperatuur 0,3 tot 0,5 graden hoger dan normaal. Door elke ochtend na het wakker worden je temperatuur te meten, weet je wanneer je een eisprong hebt gehad. Bij een regelmatige cyclus weet je dan op welke dag van de volgende cyclus je eisprong komt. Bij een onregelmatige cyclus kun je na een paar maanden temperaturen zien wanneer je eisprong gemiddeld plaatsvindt. - 04.
Een ovulatietest
Een ovulatietest meet het LH-gehalte in je urine. LH staat voor luteïniserend hormoon en speelt een belangrijke rol bij je ovulatie. Na een aantal dagen meten weet je wanneer je LH-piek is. Dit is 1-2 dagen voor je eisprong. Hier lees je meer over de ovulatietest.
Tip: Hier kun je ovulatietesten kopen
Hoe gaat het verder na de ovulatie?
Na de ovulatie wordt de rijpe eicel door trilhaartjes in de eileider naar de baarmoeder verplaatst. Onderweg kan de eicel worden bevrucht door een zaadcel. Als de bevruchte eicel vervolgens innestelt in het baarmoederslijmvlies, ben je zwanger.
Lees ook: Sneller zwanger met een ovulatie-app?
Wordt de eicel na de ovulatie niet bevrucht, dan word je ongeveer twee weken later ongesteld. Tijdens de menstruatie worden de eicel en het baarmoederslijmvlies afgestoten. En vanaf dag 1 van je menstruatie is er weer een nieuwe cyclus begonnen en rijpt er opnieuw een eitje.
Hoeveel kans op bevruchting na een eisprong?
Tijdens de vruchtbare periode van je cyclus kun je zwanger raken. Als je partner klaarkomt, komen er tijdens de zaadlozing miljoenen zaadcellen in je vagina terecht. Veel zaadcellen sterven al snel af. De sterkste zaadjes komen via de baarmoedermond en de baarmoeder in de eileiders. Daar kan maar één zaadcel de eicel doorboren. Deze twee cellen smelten samen tot één nieuwe cel. Dit heet de bevruchting of conceptie. Zaadcellen die al in de buurt zijn op het moment van de eisprong, hebben de meeste kans om de eicel te bevruchten.
Tip: Zo verbeter je de kwaliteit van sperma
Je bent pas zwanger als de conceptie én de innesteling zijn gelukt. Per eisprong heb je ongeveer 20 procent kans om zwanger te raken. Bij zo'n 80 procent van de vrouwen die zwanger proberen te worden, lukt dit binnen een jaar.
Lees ook: Het verschil tussen een innestelingsbloeding en menstruatie
Hormonen rond de eisprong
Rondom de ovulatie zijn er een aantal hormonen aan het werk om een zwangerschap mogelijk te maken:
-
FSH. Het follikel stimulerend hormoon zorgt voor de groei en uitrijping van een follikel (eiblaasje). Dit is een blaasje gevuld met vloeistof, waarin de eicel rijpt.
-
Oestrogeen. Tijdens het groeien en rijpen maakt de follikel steeds meer van het hormoon oestrogeen aan. Dit maakt het baarmoederslijmvlies dikker.
-
LH. Het luteïniserend hormoon zorgt ervoor dat het eitje loskomt uit de follikel en uit de eierstok 'springt'. Je krijgt een LH-piek en dan volgt de eisprong. De eicel kan dan worden bevrucht.
-
Progesteron. Vervolgens maakt progesteron het baarmoederslijmvlies geschikt voor de innesteling van de bevruchte eicel. Ook remt het de aanmaak van FSH en LH, zodat er niet nog meer eicellen rijpen en springen.
Problemen met de eisprong
Niet alle vrouwen hebben elke maand een eisprong. De kans kan minder zijn door:
-
stress
-
topsport
-
zwaar werk
-
snel veel afvallen
-
ondergewicht
Er zijn daarnaast verschillende medische oorzaken waardoor de eisprong (geregeld) uitblijft, zoals de aandoeningen PCOS en andere cyclusstoornissen.
Heb jij een (zeer) onregelmatige menstruatiecyclus? En lukt het niet om zwanger te worden of heb je telkens een negatieve ovulatietest? Bespreek dit met je huisarts. Die kan met je kijken of leefstijlveranderingen de cyclus en eisprong kunnen herstellen. Ook kan die je doorverwijzen naar een gynaecoloog of fertiliteitsarts. Je krijgt dan onderzoek om te kijken of er een eisprong plaatsvindt en zo niet, wat de oorzaak is. Zo nodig krijg je een behandeling om de kans op een eisprong te vergroten.
Lees ook: Tips en advies als je zwanger wilt worden
Bronnen: De verloskundige.nl, Thuisarts.nl, Freya.nl