
Asfyxie: zuurstoftekort rond de geboorte
Tijdens de zwangerschap of rond de bevalling kan je baby tijdelijk een tekort aan zuurstof hebben. Dit heet asfyxie. Wat zijn de symptomen van asfyxie en wat zijn de gevolgen voor je kind als hij ouder is?
Wat is asfyxie?
Asfyxie betekent letterlijk ‘niet ademen’. Je baby heeft tijdens de zwangerschap of rond de bevalling tijdelijk een tekort aan zuurstof gehad. Het is belangrijk dat er snel wordt ingegrepen, want verschillende organen in het lichaam kunnen beschadigd raken. Hoe langer het zuurstoftekort duurt, hoe ernstiger de schade. Zo’n tijdelijk tekort aan zuurstof kan op alle leeftijden gebeuren. Toch wordt de term asfyxie alleen gebruikt voor zuurstoftekort tijdens de zwangerschap of rondom de geboorte.
Oorzaak
Asfyxie kan op verschillende manieren ontstaan:
- de bevalling verloopt niet goed
- een loslatende placenta (moederkoek)
- geen goede doorstroming in de placenta. Dit kan komen door een te hoge bloeddruk, roken of drugsgebruik.
- een afknellende navelstreng
- vroeggeboorte
- infectie bij de baby
- inademen van poep (meconium) dat in het vruchtwater zit
Symptomen
Er zijn verschillende symptomen bij asfyxie. Sommige baby’s hebben een paar verschijnselen en andere baby’s hebben bijna alle symptomen.
- Ademhalingsproblemen: vaak is de ademhaling te snel en komen er ook adempauzes (apneu) voor. Als zo’n adempauze te lang duurt, kan je kind blauw worden. Als je baby niet zelf kan ademen, moet hij aan de beademing worden gelegd.
- Hartslag: de hartslag van je baby kan te hoog of te laag zijn.
- Bloeddruk: als de bloeddruk van je baby te laag is, stroomt het bloed minder goed door zijn lichaam. Hij krijgt dan vaak een bleke kleur.
- Ondertemperatuur: je baby heeft moeite om zijn lichaam op temperatuur te houden. Meestal gaat het om een ondertemperatuur.
- Meer of minder alert: een baby met een lichte vorm van asfyxie is vaak erg alert en reageert erg op prikkels. Je baby huilt veel en overstrekt zich. Een baby die een ernstige vorm van asfyxie heeft, is minder alert en reageert niet of nauwelijks op prikkels. Hij kan suf zijn, slaperig en voelt slap aan.
- ‘Fladderen’: een baby met asfyxie kan onrustige of ‘fladderende’ bewegingen maken. Dit kan door een te laag bloedsuikergehalte in het bloed komen. Daarnaast kan je baby trillen met zijn benen of armen en smakken. Dit kan een teken zijn van een epileptische aanval.
- Moeite met drinken: als je baby suf en/of slap is, kan het hem veel moeite kosten om goed te drinken.
Lees ook: Behandeling van een slappe baby (hypotonie)
Diagnose en onderzoek
Om te kunnen vaststellen of er sprake is van asfyxie, stelt de arts vragen over je zwangerschap en de bevalling. Ook wordt er gekeken naar de Apgar-score. Meteen na de geboorte onderzoekt verloskundige, gynaecoloog of kinderarts de ademhaling, hartslag, spierspanning, reactie op prikkels en de kleur van de huid van je baby. Daar komt een cijfer uit, dit heet de Apgar-score. Het is een cijfer tussen de nul en tien en na vijf minuten wordt de Apgar-score opnieuw bepaald. De scores geven weer of je baby de bevalling goed heeft doorstaan en wat de gezondheid is van je baby na de geboorte. Ook kan ermee worden bepaald of je baby asfyxie heeft of niet.
Hier lees je meer over de Apgar-score.
- Bloedonderzoek
Om te kijken hoe ernstig de asfyxie is, wordt er bloedonderzoek gedaan. Als er te weinig zuurstof in het bloed zit, wordt het bloed zuur. En hoe zuurder het bloed is, hoe ernstiger het zuurstoftekort. Ook wordt het melkzuur in het bloed gemeten. Als die waarde te hoog is, is dat een teken van asfyxie. Verder wordt de suikerwaarde in het bloed gecontroleerd. Bij pasgeboren baby’s met asfyxie ontstaat makkelijk een te lage bloedsuikerwaarde. Zo’n bloedonderzoek wordt regelmatig gedaan bij asfyxie, om de conditie van je baby goed in de gaten te houden. - Echo-onderzoek
Als je baby een paar dagen oud is, kan er een echo worden gemaakt van de hersenen. Artsen kunnen dan zien of er een verhoogd risico is op beschadiging van de hersenen door de asfyxie.
Hoe vaak komt asfyxie voor?
Beschadiging door zuurstofgebrek komt voor bij ongeveer één procent van alle voldragen pasgeborenen.
Wat kun je eraan doen (behandeling)?
De behandeling van asfyxie bestaat uit symptoombestrijding. Dit zijn de meest voorkomende behandelingen bij baby’s met asfyxie:
- Ademhalingsondersteuning: via een ‘zuurstofbrilletje’ krijgt je baby continu een beetje zuurstof. Als er wat meer druk nodig is, krijgt je baby een neusstukje met twee neussprietjes in. Je baby krijgt dan extra lucht en zuurstof. Als dat allebei niet genoeg helpt, wordt hij aan de beademingsmachine gelegd.
- Couveuse: je baby wordt in een couveuse gelegd. Zo’n couveuse helpt om de temperatuur van je baby op peil te houden.
- Koelen: door het lichaam van je baby te koelen, gaat het lichaam minder snel functioneren en heeft je baby minder energie en zuurstof nodig. Het koelen van baby’s gebeurt alleen bij heel zieke baby’s.
- Medicijnen: soms zijn medicijnen nodig om de bloeddruk goed op peil te houden. Als je baby een infectie heeft, krijgt hij een antibioticakuur. Lees ook: Is antibiotica schadelijk voor pasgeboren baby’s?
- Rust: je baby heeft na een bevalling vooral veel rust nodig. Hij heeft al zijn energie nodig om zijn lichaam weer te laten herstellen. Harde geluiden en te veel licht kunnen voor te veel prikkels zorgen.
- Vocht: om het lichaam van je baby te herstellen, is veel vocht nodig. Hij krijgt dan een infuus met vocht.
Wat betekent asfyxie voor de toekomst?
Hoe sneller de symptomen verdwijnen, hoe minder groot de gevolgen zullen zijn voor je kind. De meeste baby’s met een milde vorm van asfyxie herstellen in de eerste paar dagen na de geboorte. Als de asfyxie wat ernstiger is, duurt het herstel langer en kan het wel twee weken duren voordat het beter gaat met je baby. Baby’s met een ernstige vorm van asfyxie kunnen nog langer nodig hebben voor het herstel. En een klein deel van de baby’s zal niet meer kunnen herstellen en overlijdt.
De gevolgen van asfyxie
Bij kinderen die een lichte vorm van asfyxie hebben, kan de ontwikkeling normaal verlopen. Soms zijn er kleine aanpassingen nodig, bepaalde hulpmiddelen of begeleiding. Het is belangrijk dat je alert blijft. Heeft je kind leerproblemen? Zorg dan dat je kind meteen hulp krijgt.
Bijna alle kinderen die een ernstige vorm van asfyxie hebben, zullen daar op latere leeftijd nog last van hebben. Denk bijvoorbeeld aan bewegingsproblemen (spasticiteit) en problemen met leren en ontwikkelen.
Ontwikkelingsachterstand
Kinderen met asfyxie gaan vaak later rollen, zitten, staan en lopen dan andere kinderen. Kinderen die een ernstige vorm van asfyxie hebben, kunnen soms helemaal niet lopen. Kinderen met asfyxie die wel kunnen lopen, lopen vaak een beetje houterig. Ze kunnen sneller struikelen en vallen. Als ze ouder zijn, wordt dit meestal beter.
Kinderen met asfyxie kunnen ook problemen hebben met de fijne motoriek. Netjes leren schrijven, teken, knippen en plakken is voor hen een stuk lastiger. Het is heel lastig te voorspellen met welke uitdagingen een kind te maken zal krijgen. Dat hangt erg af van de mate van asfyxie en het kind zelf. Dit kunnen voorbeelden zijn:
- Problemen met praten
Behalve later rollen, zitten, staan en lopen, kunnen kinderen met asfyxie later zijn met praten. Ze hebben geen problemen met het aanleren van woorden, maar wel met het uitspreken van woorden. Ze zijn dan moeilijker te verstaan voor anderen. - Problemen met slikken
Het doorslikken van eten en drinken lijkt zo eenvoudig, maar dat is een heel proces. Alle spieren in de mond, tong en keelholte moeten samenwerken en de bewegingen moeten op elkaar afgestemd zijn. Voor kinderen met asfyxie is dat moeilijk. Ze kunnen zich sneller verslikken.
- Problemen met slapen
Ook gezonde baby’s kunnen moeite hebben met het vinden van een goed slaapritme, maar dat geldt vooral voor baby’s met asfyxie. Ze zijn vaak wat onrustiger en slapen erg licht.
- Problemen met leren
Het hangt ervan af hoe erg de asfyxie is bij je kind, maar hij kan problemen krijgen met leren. Ook dyslexie kan voorkomen. Meer weten? Zo herken je dyslexie.
- Problemen met zien
Kinderen met asfyxie hebben een grotere kans om problemen te krijgen met hun zicht. Moeilijk scherp stellen en slechtziendheid kunnen de gevolgen zijn van asfyxie.
- Problemen met horen
Slechthorendheid of doofheid kunnen symptomen zijn van asfyxie.
- Voedingsproblemen
Kinderen die een ernstige vorm van asfyxie hebben, hebben vaak problemen met drinken. Ze pakken de borst of fles niet goed en kunnen vaak niet goed zuigen en verslikken zich.
Lees meer: Ontwikkelingsachterstand baby, wanneer zorgen maken?
Hebben broertjes en zusjes een vergrote kans om ook asfyxie te krijgen?
De meeste kinderen hebben asfyxie gekregen door zuurstoftekort rondom de bevalling of tijdens de zwangerschap. Bij een volgende zwangerschap kan het nodig zijn dat een gynaecoloog je begeleidt en dat je vaker op controle moet komen. Broertjes en zusjes hebben meestal geen verhoogde kans om ook asfyxie te krijgen, tenzij er bij hen ook sprake is van zuurstoftekort rondom de bevalling of tijdens de zwangerschap.
Lees ook: De eerste 30 minuten van je pasgeboren baby
Dit artikel is tot stand gekomen en goedgekeurd door artsen en andere (medische) deskundigen van het Ouders van Nu expertteam.
Bron: Hersenstichting