Waarom je baby vaccineren?
Als je kind een infectieziekte heeft, bouwt zijn lichaam afweerstoffen op die in het bloed blijven zitten. Hierdoor is je kind (meestal) voor de rest van zijn leven niet meer vatbaar voor de ziekte. Bij inentingen of vaccinaties wordt het lichaam van je baby of kind 'besmet' met een kleine dosis afgezwakte of dode ziektekiemen (virussen of bacteriën). Je kind krijgt de ziekte dan niet echt, maar zijn afweersysteem krijgt een seintje dat het antistoffen moet aanmaken.
Tegen de meeste ziekten is je kind pas na een aantal inentingen goed beschermd. Zo krijgt hij bijvoorbeeld drie keer een Hib-prik. Met elke vaccinatie neemt de bescherming tegen die ziekte toe. Als je kind dan toch de ziekte krijgt, wordt hij hier minder ziek van.
Vaccinaties voor baby op het consultatiebureau
Alle kinderen kunnen gratis worden gevaccineerd volgens het Rijksvaccinatieprogramma. Kort na de geboorte van je baby krijg je hierover automatisch bericht van het RIVM. Je krijgt een set oproepkaarten voor de eerste serie vaccinaties, een vaccinatiebewijs en een folder met informatie. De oproepkaarten en het vaccinatiebewijs neem je mee naar je afspraak bij het consultatiebureau. Je kind krijgt daar zijn vaccinaties als je dat wilt.
Voordat de eerste vaccinaties aan je baby worden gegeven, wordt hij onderzocht door de jeugdarts tijdens een bezoek aan het consultatiebureau. De jeugdverpleegkundige is al eerder op huisbezoek geweest voor een kennismaking en heeft daarbij al iets verteld over het Rijksvaccinatieprogramma.
Heb je daarna nog vragen over de vaccinaties? Die kun je stellen aan de jeugdarts van het consultatiebureau. De jeugdarts of jeugdverpleegkundige legt je bij elke vaccinatie uit wat er gaat gebeuren. Je kind krijgt de prikken in zijn bovenbeen of bovenarm.
Vaccinatieschema voor baby en kind
In onderstaand schema zie je wanneer je baby of kind welke inentingen krijgt en hoe lang er tussen de vaccinaties zit volgens het Rijksvaccinatieprogramma:
NB: een kind krijgt tussen de 6 en 9 weken een extra DKTP-Hib-HepB-prik als de moeder niet is gevaccineerd tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap en in sommige bijzondere situaties. De jeugdarts van het consultatiebureau bespreekt dit met je.
Daarnaast is er nog een vaccinatie voor baby's waarvan de moeder tijdens de zwangerschap hepatitis B blijkt te hebben. Deze baby's krijgen binnen 48 uur na de geboorte al een hepatitis B-vaccin toegediend.
Lees ook: Hoe het kinkhoestvaccin voor zwangere vrouwen een baby vanaf de geboorte beschermt
Tegen welke ziekten wordt je baby ingeënt?
In zijn eerste levensjaar krijgt een baby vaccinaties tegen verschillende ziektes. Sinds 2024 krijgt je baby als hij 6 tot 9 weken oud is eerst het druppelvaccin tegen het rotavirus. Je baby krijgt een paar druppels in zijn mond waarna hij beschermd is tegen de ernstige klachten van een rotavirusinfectie.
Welke vaccinaties als je baby 3 maanden is?
De eerste twee prikken krijgt je baby als hij ongeveer 3 maanden is. Eén daarvan is het combinatievaccin DKTP-Hib-HepB dat beschermt tegen zes ziektes. Deze cocktail bestaat uit drie vaccins:
Hib: biedt bescherming tegen ziekte veroorzaakt door de Hib-bacterie (haemophilus influenzae type b), waaronder een zeer ernstige vorm van hersenvliesontsteking.
HepB: biedt bescherming tegen het Hepatitis-B-virus.
De tweede prik is het pneumokokkenvaccin. Je baby krijgt deze op hetzelfde moment als de DKTP-Hib-HepB-vaccinatie. Een infectie met pneumokokken kan hersenvliesontsteking veroorzaken. Deze vaccinaties worden nog twee keer herhaald. Een keer op de leeftijd van 5 maanden en een booster op de leeftijd van 11-12 maanden.
Vaccinaties bij je kind: 1 tot 4 jaar
Als je het Rijksvaccinatieprogramma volgt wordt je kind na zijn eerste verjaardag nog een keer gevaccineerd.
Met 14 maanden krijgt een kind de BMR-vaccinatie, tegen de bof, mazelen en rodehond.
Bij dezelfde prikafspraak krijgt hij ook het meningokokken-vaccin, dat beschermt tegen de typen A, C, W en Y van de meningokokbacterie. Dat is een bacterie die bloedvergiftiging en hersenvliesontsteking kan veroorzaken.
Tussen de 2,5 en 3,5 jaar krijgt je kind een herhaling van de BMR-prik.
Vaccinaties bij je kind: 5 tot 14 jaar
Als je kind 5 jaar is en na zijn 9e verjaardag, krijgt hij opnieuw een vaccinatie.
Als je kind 5 is, wordt de DKT-prik herhaald, maar dan zonder het polio-vaccin.
Als je kind 9 jaar is, krijgt hij een DTP-vaccinatie (DKTP, maar dan zonder kinkhoest-vaccin).
Ook krijgen zowel jongens als meisjes als ze 9 zijn het vaccin tegen HPV aangeboden. Het HPV-virus kan namelijk ook kanker bij jongens veroorzaken. Meer lezen: kijk dan op vaccineren tegen HPV-kanker | Rijksvaccinatieprogramma.nl .
Als je kind 14 jaar is, krijgt hij opnieuw een meningokokken-vaccin.
In dit vaccinatie-dossier vind je een overzicht van alle vaccinaties en (mogelijke) bijwerkingen.
Rotavirusvaccinatie
Het rotavirus veroorzaakt een ontsteking aan de maag en darmen. Kinderen kunnen door langdurige of hevige diarree uitdrogen. Rotavirusinfecties komen vaak voor bij baby's en jonge kinderen tot twee jaar. Het rotavirus is heel besmettelijk.
De ziekte komt veel voor in Nederland, maar kan vooral bij jonge kinderen (tussen de zes maanden en twee jaar) ernstige gevolgen hebben. Zo belanden jaarlijks zo'n 3.500 kinderen in het ziekenhuis met een rotavirusinfectie. Daarom is in begin 2024 het rotavirusvaccin opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Dit vaccin wordt gegeven via druppeltjes in de mond als je baby 6 tot 9 weken oud is en wordt herhaald bij drie maanden.
DKTP-vaccinatie
De DKTP-inenting wordt in principe voor het eerst gegeven als een kind ongeveer 3 maanden oud is en wordt herhaald bij een leeftijd van 5 en 12 maanden. Rond de 5 jaar krijgt je kind een DKT-vaccinatie (zonder polio). Als je kind 9 jaar is, wordt deze vaccinatie herhaald, maar dan zonder kinkhoest erin: de DTP-inenting.
De DKTP-inenting beschermt je kind tegen:
Difterie: een ernstige infectieziekte die zich in verschillende organen kan manifesteren, met name de huid en luchtwegen. Het kan verstikkingsgevaar veroorzaken, aantasting van het hart en het zenuwstelsel van je baby. Voordat er in Nederland een vaccinatie was tegen difterie, gingen er veel kinderen aan dood.
Kinkhoest: een zeer besmettelijke luchtweginfectie die ook wel de honderd dagen hoest wordt genoemd. Kinkhoest is vooral gevaarlijk voor nog niet gevaccineerde zuigelingen, vanwege de kans op hersenbeschadiging.
Tetanus: ook wel kaakklem genoemd. Tetanus is zonder behandeling een dodelijke ziekte. Het zenuwstelsel en de spieren worden snel aangetast, waardoor problemen met slikken en ademhalen ontstaan en de spieren rondom de kaak verkrampen. Door beschadiging van het spier- en zenuwstelsel kunnen botbreuken, een hoge bloeddruk en hartritmestoornissen ontstaan. Iedereen die niet gevaccineerd is tegen tetanus kan een besmetting oplopen en ziek worden. Omdat bijna iedereen in Nederland tegen tetanus is ingeënt, komt deze ziekte hier bijna niet meer voor.
Polio: ook wel bekend als kinderverlamming. Polio is een maag-darminfectie waarbij het virus kan doordringen in het zenuwstelsel en zo kan leiden tot ernstige verlammingsverschijnselen of zelfs overlijden. De laatste polio-epidemie in Nederland vond plaats in 1992/1993 onder niet-gevaccineerde mensen.
Hib-vaccinatie
Als je baby 3 maanden oud is, krijgt hij zijn eerste Hib-inenting. Deze wordt herhaald als je baby 5 en 12 maanden oud is. Deze vaccinatie beschermt je kind tegen een Hib-infectie. De Hib-ziekte wordt veroorzaakt door de bacterie Haemophilus influenzae type b. Als de bacterie in de bloedbaan of in het zenuwstelsel komt, kan het ernstige gevolgen hebben, zoals bloedvergiftiging of hersenvliesontsteking.
HepB-vaccinatie
Tegelijk met het DKTP- en Hib-vaccin krijgt je baby het hepatitis B-vaccin. Ook deze wordt herhaald als je baby 5 en 12 maanden is en beschermt tegen het hepatitis B-virus. Dit virus kan een acute of chronische leverontsteking veroorzaken, die kan leiden tot leverfalen. Bij een chronische actieve ontsteking is de kans op leverkanker of beschadiging van de lever op latere leeftijd groter.
Pneumokokkenvaccinatie
Als een baby 3 maanden oud is, krijgt hij een vaccinatie die beschermt tegen tien typen pneumokokken. De pneumokokkenvaccinatie wordt herhaald bij 5 en 12 maanden.
Pneumokokken is een verzamelnaam van bacteriën. De pneumokok kan oorontsteking veroorzaken of luchtweginfecties zoals een longontsteking, maar ook bloedvergiftiging en hersenvliesontsteking.
BMR-vaccinatie
Zodra een kind 14 maanden oud is, krijgt hij zijn eerste BMR-prik. Die wordt herhaald als hij 3 jaar (tussen 2,5 en 3,5 jaar) is. Dit was eerst 9 jaar, maar deze prik is onlangs naar voren gehaald. Daardoor zijn er natuurlijk kinderen die inmiddels al ouder zijn dan 3 jaar en de prik nog niet hebben gehad. Voor hen wordt de komende jaren een inhaalcampagne georganiseerd. In 2025, 2026 of 2027 kun je een uitnodiging verwachten als dit voor jouw kind geldt.
De BMR-vaccinatie beschermt je kind tegen:
Bof: een ziekte van de speekselklieren, waarbij de wang opzwelt. De bof kan leiden tot hersenvliesontsteking, doofheid en een ontsteking van de teelballen/bijballen of eierstokken. In zeldzame gevallen kan dat onvruchtbaarheid tot gevolg hebben.
Mazelen: een vervelende en zeer besmettelijke virusziekte. De ziekte begint als een gewone verkoudheid maar later kan hij hoge koorts en huiduitslag krijgt. Mazelen kan ernstige complicaties met zich meebrengen, zoals hersenontsteking en longontsteking. Soms is de ziekte dodelijk.
Rodehond: een besmettelijke ziekte die gepaard gaat met verkoudheidsklachten, lichte koorts en rode, vlekkerige uitslag. Voor kinderen is rodehond onschuldig, maar de ziekte is erg gevaarlijk voor zwangere vrouwen en vooral voor het ongeboren kind. Baby's kunnen doof, blind of met een verstandelijke handicap geboren worden of de zwangerschap kan eindigen in een miskraam.
Jonge kinderen worden dus vooral tegen rodehond gevaccineerd om zwangere vrouwen te beschermen. Ook deze kinderziektes zijn gevaarlijk voor zwangere vrouwen.
Meer weten over huiduitslag? Check onze handige rode vlekjes-wijzer
Meningokokken-vaccinatie
Dreumesen van 14 maanden krijgen de meningokokken-vaccinatie, tegelijkertijd met de BMR-prik. Infectie met meningokokken kan op alle leeftijden voorkomen, maar de ziekte komt het meest voor bij kinderen tussen één en vier jaar oud, bij jongeren tussen de veertien en twintig jaar en bij mensen ouder dan zestig jaar. Als een kind 14 maanden oud is, wordt hij ingeënt tegen meningokokken typen A, C, W en Y. Als je kind veertien jaar is wordt dit herhaald.
Een infectie met meningokokken is zeer gevaarlijk. Deze infectie kan hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging veroorzaken. Je kunt er heel snel, heel ziek van worden. Een kind kan eraan overlijden, maar ook blijvende schade overhouden zoals doofheid, problemen met de motoriek of leer- en gedragsproblemen.
HPV-vaccinatie
Meisjes én jongens krijgen in het jaar dat ze tien worden een oproep voor de HPV-vaccinatie. HPV staat voor humaan papillomavirus. Er zijn heel veel van die HPV-virussen, maar een aantal is gevaarlijk en kan later baarmoederhalskanker veroorzaken. Ook andere soorten kanker kunnen door het virus veroorzaakt worden, zoals kanker aan de vagina, schaamlippen, anus, penis, mondholte, keel en slokdarm. Het HPV-vaccin beschermt tegen de gevaarlijke HPV-virussen typen 16 en 18.
Als een meisje is ingeënt met het HPV-vaccin, neemt de kans op baarmoederhalskanker door HPV af met 75 procent. Sinds januari 2022 is het HPV-vaccin ook beschikbaar voor jongens. Dit heeft twee voordelen: ze dragen het virus niet meer over aan meisjes en zelf kunnen ze ook voordeel hebben van het HPV-vaccin, omdat het virus ook andere vormen van kanker kan veroorzaken.
Zijn vaccinaties voor baby en kind verplicht?
Je bent niet wettelijk verplicht om je kind te laten inenten. Toch kiezen in Nederland verreweg de meeste ouders ervoor om hun kinderen te laten vaccineren: voor de meeste vaccins ligt de vaccinatiegraad boven de 90 procent.
Wel is er al een paar jaar sprake van een dalende vaccinatiegraad. De overheid maakt zich daar zorgen over. In 2019 en 2020 nam de vaccinatiegraad licht toe, maar na de coronapandemie is de vaccinatiegraad weer gedaald.
Bij een te lage vaccinatiegraad wordt de kans op uitbraken van ziektes als de mazelen groter. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) moet de vaccinatiegraad tegen mazelen bijvoorbeeld hoger dan 95 procent zijn. Op dit moment is de vaccinatiegraad voor alle vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma onder de benodigde 95 procent gezakt. De uitbraken van kinkhoest en mazelen in 2024 komen hierdoor.
Uitgesteld vaccineren
Je hoeft je baby niet per se met 3 maanden de eerste inenting te geven, maar het wordt wel sterk aangeraden. Wil je de inenting uitstellen tot een later moment, dan kun je dit het beste overleggen met de jeugdarts van het consultatiebureau. Het is belangrijk dat je je aan de tijdsvolgorde van het vaccinatieschema houdt, want daarmee krijgt je kind de beste bescherming. Moet je een inenting uitstellen wegens ziekte, zorg er dan voor dat er niet te veel tijd komt te zitten tussen twee vaccins.
Als je kind verkouden is, een verstopte neus heeft of een lichte temperatuurverhoging (tot 38,5 graden), kun je hem gewoon laten inenten. Heeft hij hogere koorts of is hij flink ziek, dan kun je de vaccinatie beter uitstellen. Overleg dit wel met het consultatiebureau en maak daarna een nieuwe afspraak. Het is niet verstandig om een inenting over te slaan. Je kind heeft alle vaccinaties nodig om optimaal beschermd te zijn.
Welke overige vaccinaties zijn er?
Naast de vaccinaties uit het Rijksvoorlichtingsprogramma zijn er ook andere vaccinaties die je kind kan krijgen:
Meningokokken (andere types)
Waterpokken
Bijwerkingen van vaccinaties bij je baby
Een vaccinatie doet meestal (even) pijn, waardoor je baby waarschijnlijk moet huilen. In bijna alle gevallen verdwijnt de pijn snel. De plek van de prik is gevoelig en kan wat dikker en rood worden.
Elk vaccin kan wel wat bijwerkingen geven, zoals hangerigheid en dat je kind zich niet lekker voelt. Een aantal uren na de DKTP-Hib-HepB-inenting, de pneumokokkenvaccinatie en de meningokokkenvaccinatie kan je kind wat koorts krijgen en een beetje huileriger zijn dan normaal. Verder kan hij wat slechter eten en meer of juist minder slapen dan gewoonlijk.
Reacties op de BMR-prik komen wat later: pas tussen vijf dagen en twee weken na de vaccinatie. Je kind kan dan verhoging hebben en hangeriger zijn dan normaal. Ook kan hij tijdelijk last hebben van een lichte huiduitslag. Ook deze klachten zijn in bijna alle gevallen na een dag of twee verdwenen.
Meer lezen: Bijwerkingen vaccinaties: dit kun je per prik verwachten
Wat kun je doen tegen bijwerkingen?
Het is handig om paracetamol (zetpillen) in huis te hebben, zodat je dat eventueel kunt geven als je kind zich niet lekker voelt of pijn heeft. Zorg verder dat je kind voldoende blijft drinken. Meestal heeft je kind na één of twee dagen nergens meer last van.
Vertel bij het volgende bezoek aan het consultatiebureau altijd hoe je kind heeft gereageerd op vaccinaties. Als je kind na een prik een onbekende of ernstige reactie heeft, meld dit dan meteen bij het consultatiebureau of Lareb. Dit is een organisatie die alle bijwerkingen van medicijnen en dus ook vaccinaties bijhoudt en daar verder onderzoek naar doet.
Lees meer: Reisvaccinatie voor kinderen, wanneer is het nodig?