ZwangerBevalling

Bevalling met vacuümpomp: dit is belangrijk om te weten

vacuümpomp bevalling Getty Images
Getty Images
Leestijd 11 minuten
(Medisch) beoordeeld door:
josje buizert
Josje Buizert
Klinisch verloskundige
rianne reijneveld
Rianne Reijneveld
Arts en founder Medisch Bevallen
Lees verder onder de advertentie

Bevallen met een vacuümpomp

Een vacuümpomp is een instrument dat tijdens de persfase gebruikt kan worden om de geboorte van de baby te helpen. Dit gebeurt altijd in het ziekenhuis en wordt gedaan door een gynaecoloog (in opleiding) of een verloskunde-arts. Als de persfase te lang duurt en/of de conditie van de baby achteruitgaat, kan een vacuümverlossing nodig zijn. Dit wordt ook wel een vaginale kunstverlossing genoemd.

Waarom een vacuümpomp bij bevalling?

Bevallen met een vacuümpomp kan om verschillende redenen gebeuren:

  • Zorgen om de conditie van de baby.

  • Onvoldoende perskracht, bijvoorbeeld door uitputting van de moeder.

  • Als de stand van het hoofdje niet optimaal is, bijvoorbeeld bij een sterrenkijkerligging, waardoor het niet dieper komt.

Lees verder onder de advertentie

Een vacuümverlossing is pas mogelijk als het grootste deel van het hoofd het smalste punt in het bekken voorbij is. De behandelend arts kan dat voelen. Het alternatief van een vacuümverlossing is een keizersnede.

Lees ook: Dit zijn de 4 fases van een bevalling

Hoelang mag je persen zonder ingreep?

Volgens de richtlijnen staat er ongeveer twee uur voor de persfase bij een eerste kind. Bij een tweede of volgende kind is dat één uur. Als de baby er dan nog niet is, kan de gynaecoloog een vacuümverlossing voorstellen. Dat kan ook als al eerder blijkt dat de conditie van de baby tijdens het persen achteruitgaat of als de kans op een spontane geboorte erg klein is.

Lees verder onder de advertentie

Wat is een vacuümpomp?

Een vacuümpomp is een ronde kunststof of metalen cup van ongeveer vijf centimeter doorsnee. Aan de buitenkant zit een rubberen of plastic slang. Daarmee wordt lucht uit de cup gezogen nadat hij op het hoofdje van de baby is geplaatst. Zo wordt hij stevig als een zuignap op het hoofdje van je baby vastgezet. Aan de cup zit ook een soort ketting waaraan de gynaecoloog kan trekken.

Lees ook: Bevallen: thuis of in het ziekenhuis?

Ouders van Nu Redactie
Ouders van Nu Redactie
Lees verder onder de advertentie

Bevallen met vacuümpomp.

Hoe verloopt een vacuümverlossing?

Bij een vacuümverlossing lig je op je rug op het verlosbed. De onderkant van het bed wordt weggehaald en je benen worden in de steunen gelegd, zodat de gynaecoloog er goed bij kan. Als het nodig is, wordt je blaas geleegd met een katheter. De gynaecoloog voelt eerst hoe diep de baby is ingedaald en hoe de stand van het hoofdje is, zodat hij weet hoe hij de cup moet plaatsen.

De cup wordt vacuüm gezogen op het hoofdje. Vervolgens trekt de gynaecoloog bij iedere wee mee, terwijl je zo goed mogelijk perst. Tussen de weeën door blijft de gynaecoloog een klein beetje trekken, zodat het hoofdje van je baby niet terugzakt. Meestal is de baby er met een paar weeën. Zodra het hoofdje is geboren, wordt de cup losgemaakt. Het helpt (ook qua pijn) als je zo goed mogelijk kunt ontspannen door bijvoorbeeld een ademhalingsoefening te doen.

Lees verder onder de advertentie

Is een knip nodig?

De kans op een totaalruptuur (doorscheuren tot en met de kringspier van de anus) is groter bij een vacuümverlossing. Dat geldt met name voor vrouwen die bevallen van hun eerste kind. Het advies is daarom vaak om een knip te laten zetten, om de kans hierop te verkleinen. Voor het plaatsen van de knip wordt de huid verdoofd, hierdoor voel je de knip niet. De eerste dagen na de bevalling kan een knip wel flink pijn doen.

Lees ook:
Tips hoe je uitscheuren kunt voorkomen

Wat is de kans op complicaties?

Naast een grotere kans op een ernstige ruptuur (zie hierboven) kan de cup tijdens het trekken losschieten. Het kan zijn dat de baby dan al ver genoeg is en de geboorte verder vanzelf gaat. Soms moet de cup opnieuw worden aangebracht of is toch een spoedkeizersnede nodig.

Meer lezen: Zo gaat een keizersnede in zijn werk

Lees verder onder de advertentie

Heeft een baby last van de vacuümpomp?

Als je moet bevallen met een vacuümpomp of knip is dat best schrikken. De kans is groot dat je je zorgen maakt over de gezondheid van je baby. Heeft je baby last van de vacuümverlossing? Hoewel een baby het achteraf niet kan vertellen, is het aannemelijk dat een vacuümpomp vervelend voor hem is. Eerst moet hij lange tijd persweeën doorstaan, soms terwijl zijn hoofd vastzit. Vervolgens wordt er hard aan zijn hoofd getrokken.

Gelukkig blijkt uit onderzoek dat er op de lange termijn geen gevolgen voor je baby zijn. Uit onderzoek naar neurologische afwijkingen en ontwikkelingsproblemen na een geboorte met de vacuümpomp kwamen geen verschillen naar voren met kinderen die spontaan zijn geboren.

Er is wel een heel kleine kans (0,8%) op een hersenbloeding, maar het is niet bekend of dat komt door de vacuümverlossing of door de réden van de vacuümverlossing. Na de geboorte wordt de baby goed nagekeken door de gynaecoloog of de kinderarts. Ook is er kans op een bloeduitstorting onder de huid.

Hoe kun je je baby na afloop helpen?

Zoals gezegd, is een kunstverlossing ook voor je baby ingrijpend. Als hij na de geboorte direct huid-op-huid op je borst kan liggen, kunnen zijn stresslevels herstellen. Neem hiervoor, als het voor jullie allebei medisch gezien mogelijk is, uitgebreid de tijd. Meestal wordt je baby onderzocht door de kinderarts. Je kunt vragen of je baby daarbij zoveel mogelijk bij jou of je partner kan blijven liggen.

Lees ook: Waarom je baby buidelen na de geboorte zo belangrijk is

Lees verder onder de advertentie

Het hoofd van je baby na bevalling met vacuümpomp

De eerste dagen na een vacuümgeboorte kan er een gezwollen, blauwrode afdruk van de cup op het hoofdje van je baby zitten. De zwelling komt doordat er opgehoopt vocht of bloed onder de huid zit. Dit vocht verdwijnt meestal na een dag, de blauwe plek na een paar dagen. Je baby kan hoofdpijn hebben en misselijk zijn. Het is daarom heel belangrijk om hem rustig op te pakken en zo weinig mogelijk met hem te bewegen.

Soms wil hij de eerste uren nog niet drinken vanwege de misselijkheid. De kinderarts kan paracatamol voorschrijven tegen de hoofdpijn. Als de conditie van de baby na de geboorte prima is, kun je na een paar uur of de volgende dag naar huis. Soms is voor observatie of medische zorg langere opname nodig.

Wat helpt na de bevalling?

Het kan voor je baby en jezelf fijn zijn als je na de geboorte (of later in de kraamweek) rustig en troostend uitlegt wat er tijdens de bevalling is gebeurd en waarom. Dat het anders is gegaan dan jullie hadden verwacht of gehoopt, maar dat hij het heel goed heeft gedaan en dat je zo blij bent dat hij er is. Baby's hebben behoefte aan communicatie, net als wij. Ook al begrijpt hij je woorden nog niet, hij voelt jouw aandacht wel als troostend. Bovendien leert hij dat jij er voor hem bent als hij iets indrukwekkends heeft meegemaakt. Het kan de hechting versterken.

Lees verder onder de advertentie

Tips: zo versterk je de band met je baby.

Herstel na een vacuümpompbevalling

Het herstel na een vacuümverlossing is meestal pittiger dan normaal. Vaak heb je een zware bevalling achter de rug en een pijnlijke wond van een knip of ruptuur. Ook mentaal kan het zwaar zijn voor jou en/of je partner (maar dat hoeft niet). Bijvoorbeeld omdat je relaxte thuisbevalling eindigde met een ingreep in het ziekenhuis. Of omdat het voelt alsof een 'normale' bevalling je is afgenomen, of je vindt dat je hebt gefaald omdat je de geboorte niet zelf kon afmaken. Misschien waren jullie in paniek of wanhopig, werd je erdoor overdonderd of begreep je niet wat er met je werd gedaan. Dat kan eenzaam en angstig voelen. Voor je partner kan het erg heftig zijn geweest om machteloos toe te kijken.

Het is belangrijk om dit soort gevoelens serieus te nemen en erover te praten. Ook als de vacuümverlossing ervoor heeft gezorgd dat je baby gezond is geboren, kun je iets anders voelen dan alleen maar blijdschap. Je kunt misschien vinden (of te horen krijgen) dat je 'niet moet zeuren', want een gezond kind maakt toch alles goed? Toch staat je ervaring van de bevalling op zich daar los van. Bespreek het bij de nacontrole als je het moeilijk hebt met het verloop van je bevalling. Goede, empathische uitleg door je verloskundige of gynaecoloog kan je geruststellen en helpen accepteren hoe het is gegaan. Vraag ook daarna hulp als je last houdt van somberheid, verdriet, angst of nare gedachten over je bevalling.

Lees verder onder de advertentie

Lees ook: Zo verwerk je een traumatische bevalling

Kun je een vacuümverlossing voorkomen?

Er kunnen verschillende factoren meespelen waardoor een vacuümverlossing nodig is. Die kun je vooraf niet allemaal uitsluiten. Je kunt wel een aantal dingen doen om de kans op een soepele geboorte zo groot mogelijk te maken:

  1. 01.

    Bereid je bevalling goed voor. Creëer zoveel mogelijk de omstandigheden waarin je je veilig en gesteund voelt, door je partner en je verloskundige of gynaecoloog. Vrouwen die zich tijdens hun bevalling continu gesteund voelen, bevallen vaker spontaan (zonder vaginale kunstverlossing). Een zwangerschapscursus en geboorteplan kunnen hierbij helpen. Handleiding: zo schrijf je een geboorteplan en kraamplan

  2. 02.

    Let tijdens de zwangerschap op je houding. Draag geen hakken en probeer niet te veel in dezelfde (onderuitgezakte) houding te zitten. Door een goede houding is de ruimte in je bekken en baarmoeder optimaal en kan de baby makkelijker indalen in de handigste positie voor de bevalling.

  3. 03.

    Blijf in beweging. Dit helpt om je spieren en banden soepel te houden en voor een goede bekkenstand te zorgen. Ook dat kan je baby meer ruimte geven om goed te gaan liggen. Wandelen, zwemmen, zwangerschapsyoga, Spinning Babies: het kan allemaal helpen. Tip: dit zijn ook goede sporten voor tijdens je zwangerschap.

  4. 04.

    Probeer ook tijdens de bevalling in beweging te blijven. Door van houding te wisselen en met je heupen te draaien kun je je baby helpen in de beste positie in het bekken te zakken.

  5. 05.

    Neem een verticale houding aan. Als je op je rug ligt tijdens het persen, is de ruimte in je bekken/geboortekanaal het kleinst. Een verticale houding (staand of zittend persen, bijvoorbeeld op een baarkruk) zorgt voor meer ruimte en hulp van de zwaartekracht en verkleint de kans op een kunstverlossing.

  6. 06.

    Probeer op je linkerzij te liggen. Als je tijdens de persfase op je linkerzij gaat liggen, kunnen de persweeën krachtiger worden door een verbeterde bloedtoevoer naar de baarmoeder.

  7. 07.

    Probeer te ontspannen. Dat helpt de aanmaak van oxytocine (voor goede weeën) en zorgt dat de weefsels waar je baby langs moet zacht/flexibel zijn. Bij mindfulness, hypnobirthing of een andere zwangerschapscursus kun je ontspanningstechnieken leren.

  8. 08.

    Vergeet niet tijdens de ontsluitingsfase af en toe te plassen. Je partner kan je eraan helpen herinneren. Een volle blaas kan tijdens de persfase in de weg zitten en plassen lukt dan vaak niet meer.

  9. 09.

    Begin pas met persen als je persdrang voelt. Te vroeg beginnen met persen (dus zodra er volledige ontsluiting is, maar nog geen persdrang) kan een oorzaak van een langdurige uitdrijvingsfase zijn. Als je eerst een tijd op eigen kracht perst, dus zonder hulp van je natuurlijke uitdrijvingsreflex, verbruik je onnodig veel energie en kun je uitgeput raken, waardoor het persen uiteindelijk niet goed meer lukt. Lees ook: 6 goede pershoudingen, probeer uit welke voor jou werkt

  10. 010.

    Je kunt een kunstverlossing ook uitstellen. Is de baby in goede conditie, houd jij het nog goed vol en is er progressie? Dan kun je overwegen het besluit tot een kunstverlossing uit te stellen. Richtlijnen zijn er niet voor niets, maar zijn gebaseerd op gemiddelden. Zolang alles gezond verloopt, is het niet erg dat jij er langer over doet dan de gemiddelde vrouw.

Lees verder onder de advertentie

Verhoogde kans op een kunstverlossing

In een aantal situaties is de kans groter dat de persfase moeizaam gaat en dat een kunstverlossing nodig is:

  • Beval je in het ziekenhuis vanwege een medische reden, dan verhoogt dat de kans op ingrepen, zoals een kunstverlossing.

  • Bij gebruik van pijnmedicatie zoals een ruggenprik, pethidine of remifentanil kan het persen langer duren. Je mag meestal niet meer vrij rondlopen (vanwege valgevaar, je voelt je benen minder goed), en liggend is er minder ruimte in het geboortekanaal. Door de verdoving kunnen de persweeën zwakker zijn en na een ruggenprik kan het lang duren voordat ze op gang komen. Ook voel je minder goed hoe je moet meepersen of heb je weinig kracht.

  • Sommige onderzoeken laten zien dat kunstmatige inleiding de kans op een kunstverlossing vergroot. Als je lichaam nog niet klaar was voor de geboorte, kunnen de weeën ondanks weeënopwekkers te zwak blijven. Andere onderzoeken weerspreken dit weer.

Als je al eens bent bevallen met een vacuümpomp, is de kans dat dat bij een volgende bevalling weer nodig is nauwelijks groter. Bij meer dan 90 procent van de vrouwen die de eerste keer met een vacuümpomp zijn bevallen, verloopt de volgende bevalling zonder problemen. Het is ook zelden een reden voor een medische indicatie bij een nieuwe zwangerschap.

Lees ook: Wat is een natuurlijke bevalling?

Naar een osteopaat?

Een vacuümgeboorte kan erg belastend zijn voor het hoofd, de nek en de ruggengraat van een baby. Soms houden baby's daar fysieke klachten aan over. Dit kan een oorzaak zijn van veel huilen, een voorkeurshouding en zelfs darmkrampjes of reflux. Uiteraard is het verstandig om daar naar te laten kijken door de huisarts of kinderarts, maar mogelijk kan een osteopaat ook goed helpen. Lees wat osteopathie voor je baby kan doen.

Bronnen: Kennisnetgeboortezorg, UMCG